Den groten zee-held Paul Jonas
(1785)–Anoniem Groten zee-held Paul Jonas, Den– AuteursrechtvrijStem: ô Menschen wilt u dog Bekeren!1.
Is nu de Vredens band gebroken?
Al door de Oorlog op de Zee?
’t Doen ons eigen Bond-genoten,
So leefden wy in rust en Vree;
Wy bidden u doch God en Vader,
Weest over ons Nederland doch genadig.
2.
Men hoort nu aan alle kanten,
Alle Koningen die binnen bereyt;
So als ons vermelt de Cranten:
Al om te trekken al in de streyt,
Een zware Bloed-slag staet nu op handen,
Gods toorn is nu ook aen ’t branden.
3.
Och Engeland wat heb ik u misdreve?
’t Is alles met u eigen schuld:
| |
[pagina 40]
| |
Gy bracht Holland veel in de wege;
Want hy gebruikt met u geduld:
Was elk te Vreden in zijn Staat,
Maar als min zich besint dan is ’t te laat.
4.
Doch u gemoed dat sal u knagen,
Als gy aansiet ons groot getal:
Als onse Vloot sal komen vragen,
En die Bloed-vlag eischen sal,
Wy verloren liever alle het Leven,
Als ons aan de Viand te geven.
5.
Al hebt Gy nu wat weg genomen,
Het u doch niet baten en sal;
Het moet alles weer te rugge komen,
Als gy aansiet ons veelheyt al:
Als God sal onse Vloot bewaren,
Dan kunnen wy ’t met zweert weer halen.
6.
Denk eens aan de Trouwe daden,
Van ’t Schip dat g’Sinte Stasius vond:
Hoe trou dat zy haar Leven waagden,
Het deed zijn best al wat het kon,
Zy vogten so lang, wel Ses uuren,
Haar Captein moest de dood besuren.
7.
Och God wilt onse Vloot bewaren!
Bestierdse doch met uwe hand;
Wanneer zy in de Bloed-slag varen,
Als zy trekken in Vuur en Vlam:
Dat God den Heer mag by u wesen!
Dan hebben wy geen Viand t’vresen.
8.
Och God wilt ons dog nu bewaren!
| |
[pagina 41]
| |
Als voor doen ons de Spaanse Vloot;
Die dochte de Vreugde aan ons te halen,
Maer zy wierden zelfs gedood:
Op God alleen kan men betrouwen,
Op Menschen hulp kan men niet bouwen.
9.
O God wil ons verder bewaren,
Voor Siekte, Pest in dese Tijd:
En red ons noch uit dees gevaren,
Och helpt ons doch uit dese Stryd!
Als Koning David komt te spreken,
Al in u Woord ons tot een teken.
10.
Och wilt u doch tot God Bekeren!
Aanschou de Plagen in ons Land:
Wy Bidden u doch God den Heere!
Ondersteund ons doch met u hand:
Het is beter in de hand des Heeren,
Wilt u doch tot God Bekeren.
|
|