De groote nieuwe Hollandsche boots-gezel, ofte Bataviers helden-stuk, zynde een groot deel vermeerderd en dat met de vermakelykste melodye en min-gezangen
(na 1750)–Anoniem Groote nieuwe Hollandsche boots-gezel– AuteursrechtvrijOp een aangenaame Vois.Het Best op Aard is een gerust Gemoed,
Dat steeds de pligt van alle Deugden voed,
En nooit ontrust werd door de Laster-monden,
Maar als een Rots onwrikbaar werd gevonden,
Jn weerwil van de Waereld, schoon die woed:
Het Best op Aard, is een gerust Gemoed.
Jk laat de Kroon en Scepter die ze draagd,
En laat het Goud voor die het Goud behaagd,
En laat die lust zig in de Wellust baden;
Een Aardsche Ziel kan zig dog niet verzaden,
Schoon dat hy daar, gelyk een Mol in wroed,
Het Best op Aard, is een gerust Gemoed.
ô Goon! wie had het ooit van haar gelooft
Dat zo de Liefde by haar was verdooft,
Ten eenemaal geheel en al versturven:
Ey! zeg my dog waar mee heb ik ‘t verkurven,
Myn waarde Lief en opperste Vermaak:
Gy zyt de geen die ‘t binnenst van myn draagd.
| |
[pagina 32]
| |
De valsche Tongen geeft dog geen gehoor,
Jk zweer u dat gy zyt die ik verkoor
Om hier op Aard met u in vreugd te leven;
Geef myn u Hert ik zal u ‘t myne geven,
Want ik vergaa, gelyk de Sneeuw op ‘t Veld,
Ten zy dat gy myn door u Min hersteld.
Maar zeg myn dog wat zal het wezen dan,
Als gy regeert gelyk een wreed Tyran
En lagt met al myn Tranen en Gebeden,
Heb ik ten vollen dan nog niet geleden,
Zo bid ik u, dat gy myn Vonnis maak,
Waar door dat ik uit al myn droefheid raak.
Bekoorlyk Beeld, beheerster van myn Ziel,
Die ik het eerst in myne Boezem hiel,
Door ‘t vriendelyk opslag van uwe Oogen,
Doe riep ik uit, ô! Oogen vol vermogen,
Die myne Ziel soo deerlyk hebt doorwond,
Zyt gy niet wreed, zo maakt myn weer Gezond.
Jk laat de Wyn voor die God Bacchus mind
En in zyn Sap een smakelyk Voedzel vind,
Jk laat die wil zig in de Wyn maar baden;
De zoete Min die kan myn meer verzaden
En voert de Ziel met vreugd ten Hemel in:
Niets is op Aard, of ‘t Leefd door Liefd' en Min.
|
|