Groot Nederland. Jaargang 41(1943)– [tijdschrift] Groot Nederland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 25] [p. 25] Roekeloos drinklied Welaan, de glazen hooggeheven, De dorst gezelt ons op de wegen Als trouw genoot en duur kompaan: Niets anders is in 't hart bekleven - Wij zijn ons pad alleen gegaan. Ook ons was eens een lief gegeven, 't Lot heeft ons van haar borst gedreven - Heeft niet een man voor méér te staan? Daarom: de glazen hooggeheven, Slechts dorst rest ons op onze wegen, Als zweep voor 't hart en duur kompaan. Ons pad staat rauw in 't hart geschreven, Maar werd de leid-ster van ons leven Vergruisd door 't knotten van haar baan, De storm gebroken in de reven Op 't strand van 't dagelijksch bestaan? O heil! Het glas omhooggeheven, Heil dorst, God's dorst op onze wegen, Onleschbaar hart, gij duur kompaan! Wat heeft mijn lief alleen gedaan - Vond zij bij hen die achterbleven Een andren arm, een andren traan? Hoog, hoog het glas toch opgeheven, Niets breekt de verte onzer wegen: Slechts dorst - geen lief, geen heul, geen waan! JAN REDAM Vorige Volgende