verleden. Het bedrijf op de rivier riep hem terug tot de werkelijkheid. Hij wandelde verder. Vóór hem koepelde de schalieblauwe dom van het Institut de France, donker op den lichteren hemelboog. Joris slenterde langs de quai Voltaire, doorbladerde eenige ouderwetsche infolio's aan de uitstalling van vermolmde boekenkraampjes, stak weer de Seine over, stapte onder één der poortgewelven van het massieve Louvre-Museum en kwam opnieuw in de volle drukte van het cosmopolitische straatgewoel.
Eensklaps hoorde hij een vrouwenstemmetje gillen, angstig:
- Attention m'sieu, vous écrasez mon chien!
Joris schrikte uit zijn gepeinzen los. Een gesluierd, rillend juffertje, in rouwgewaad, bukte zich voor hem en greep naar een spartelend, mager griffoentje.
- Pauvre Frimousse, jammerde ze. On t'écraserait!
- Excusez-moi, aarzelde Van Melle, een beetje onthutst, waarop het meisje, minzaam nu, en met iets kinderlijks in de fijne stem, zei:
- N'est-ce pas, qu'il est gentil, m'sieu, mon p'tit cabot? En op Joris toetredend, vrank, op 't deuntje van een lach:
- Embrassez-le, m'sieu, pour votre pénitence. Voulez-vous?
Met een sierlijk gebaar wierp het meisje haar sluier op den rug. Van gansch haar geparfumeerd hoofdje zag Joris enkel de twee bruine, vinnige kijkers en 't rozige pruimenmondje. Hij bemerkte al dadelijk met wie hij te doen had en vond het trukje met 't schoothondje vernuftig alhoewel een beetje komiek. Driest antwoordde hij:
- Je préfère vous embrasser, mademoiselle.
Rondloerend, jolig, pareerde de andere:
- Vous n'avez pas froid aux yeux... Pour un p'tit Belge...
- Un grand, verbeterde Joris, de borst opstekend als een kemphaan
- Allons-y pour un grand. Où allez-vous, chéri?
- Je me ballade, loog Joris.
Haar arm onder den zijne schuivend meesmuilde zij:
- Je vous accompagne.
- Si vous voulez. Doch zijn arm loswringend vermaande hij:
- Pas de ca. Je suis militaire.
Het meisje berispte hem met een blik vol verwijt.
- Vous avez peur d'une femme?
- D'un femme, non! Mais des gendarmes. C'est défendu!
Gelaten liep ze naast hem. Ze streelde Frimousse in den nek, speelsch. Daarna, loreleyend: