Groot Nederland. Jaargang 15(1917)– [tijdschrift] Groot Nederland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 620] [p. 620] Bezinning door Victor E. van Vriesland. Gekomen in den avond wierd gij een Kristallen klaarheid waar de stilte aan blonk. Zoo dat mijn hart sidderend overzonk Tot u, en om uw roerloos zitten heen. Werd niet verleden als een hand die wonk? Samen met u en de eeuwigheid alleen Was daar geen lauw genadezwaar geween Dat ik niet in uw zoete deernis dronk. Die tusschen de andre' alleen mij zag misschien, Gij zijt gegaan als zoo veel andren gingen.... Mij armen blijven twee herinneringen: Uw lichtende ooge' en uw warm monde-beven, - En ook dees zekerheid: dat als mijn leven Vervloeien gaat, 'k vragen zal ú te zien. Vorige Volgende