aan welken kant het met geluk bekroonde menschenrecht gelegen was.
Eerst allengs zou dan onze twijfel komen, onder het relaas harer kleine lotgevallen der stemmige, oudmodische Hollandsche vrouw, die van niet veel anders te vertellen wist dan van de ziekten en het opgroeien harer kinderen. Om zijn hoogtepunt, waarbij wij ons afvragen of niet zij juist de gelukkigste is, te bereiken bij den ontvangst van een brief, die den onverwachten terugkeer van den geliefden en liefhebbenden zoon meldt.
Dan zou het vraagstuk in al zijn geweldige beteekenis voor ons staan....
Wie is het gelukkigst: zij, die met verbreking van maatschappelijke en conventioneele banden het leven naar haar aard en begeeren inricht, zich individueel zoo volkomen mogelijk uitleeft, of zij, die met algeheel vergeten van het eigen ik en zijn begeerten, opgaat in het leven van haar gezin en als 't ware in haar kinderen herboren wordt?
Ernstige vraag? Een Engelsch tijdschrift zou prijzen uitloven voor de beste beantwoording en vele inzenders zouden zich pro en contra aftobben om die prijzen te verdienen. Ik zal mij echter wel wachten mede te dingen, van der jeugd af mijn minderheid kennende in de aangename bezigheid van het rebussen oplossen. Maar misschien heeft de schrijfster zelve niet gewild, dat men kiezen zou en slechts bedoeld te kennen te geven, hoe men op verschillende wijzen gelukkig kan worden en één soort geluk niet allen menschen dient.
Welke waarheid zeker niet te betwijfelen valt, doch de verdienste der nieuwheid zou ontberen. Gewis had deze deftige dame, die mevr. Poolman voorstelde, niet anders kunnen leven, dan zij deed, omdat haar de behoefte aan individueele vrijheid en geluk nog niet geraakt had, omdat zij nog geen volkomen individu geworden was. Haar bevrediging was nog één met die der anderen en zeker zou der vriendin isolement haar rampzalig gemaakt hebben.
En de vriendin? Ik denk eenigszins, dat de schrijfster haar schiep als het moderne ideaal van zelfbewuste kracht en dat zij er aan twijfelt of dit wel een ideaal mag heeten. Misschien kende zij in hare omgeving ettelijke zulke jonge vrouwen, die emancipatie en eigen-gerechtigdheid als 's levens hoogte aanzien. En heeft zij dezen willen wijzen op een andere hoogte, die toch het geluk niet uitsluit: een leven van zelfopoffering en overgave aan anderen. Maar als men die beide geluksoorten tegen elkaar op zal wegen, dan dienen de draagsters dier zoo verschillende levens ook als ongeveer gelijkwaardig van geest te worden voorgesteld en dat is hier niet geschied. Geen van beiden had ook inderdaad kunnen kiezen. Geen van beiden had op de wijze der andere gelukkig kunnen worden. Hun naturen bepaalden beider lot, hetgeen beteekent dat de strekking van het stukje gemankeerd moet heeten, in zoover het nog