Groot Nederland. Jaargang 8(1910)– [tijdschrift] Groot Nederland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 419] [p. 419] Maart Door Jan Walch. De witte zonnestraat is leeg-verlaten, maar boven hoor ik vogels overal in tjatrend pijpen van de lente praten -: de lente, die nu dra wel wezen zal! In 't bosch staan stil de boomen, die gelaten de wintervlagen en het stormgeschal voelde' om zich slaan; nú drage' een delicate, een rillig-teere vreugd de luchten al! De twijgen staan zoo zacht-gedwee genegen - daarover zeeft de zachte warme zon, en vult het wijde woud met zoelen zegen - Dat zulk een blijheid toch weer komen kon! Ze voelen 't kome' en staan zoo stil, de boomen.... zoo staat een meisje van 't Geluk te droomen. Vorige Volgende