Groot Nederland. Jaargang 2(1904)– [tijdschrift] Groot Nederland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 477] [p. 477] Gedichten door J.L. Walch. 's Zomers dag-worden. 't Flauw-kille westewindje vaart door bleeke, vochtige lucht - de stille boomen beven - vogelgekwetter gaat in 't loover leven en komt de wijde grijze stilte breken - De lange weg, die naar de stad voert, rustigpeinzend is wakker - daarlangs boomen droomen - wagenraatlen komt eve'm store'in loomen, eenzamen vrede - Hooren daar niet lustig vogelgezang de stil ontwaakte twijgen - De bleeke lucht gaat nu gloedleven krijgen - Nu heft in langzaam waken zich de aarde - er komt een zeegnend licht de lucht doorzijgen en jublend gaat verrukte leeuwrik stijgen in goude'en roode lucht, die Zonne baarde. [pagina 478] [p. 478] Maart-schemer. Nu 's later licht nog in de lucht, de boomen wachten stille - schemerwind kust met zoeler zucht de takken, die zacht trillen.... de loome boomen, nu bevrucht, heffen in week rillen de twijgjes weer in stil genucht, eve' met leven-willen. November-schemer. Nevelen zinken in schemering, ach.... triest is de weg, die in mist blijft waken; hel schatert sneeuw op takken en daken; wèch wentelt weer een levensdag. [pagina 479] [p. 479] Crom-vliet. Oud huis in droomig vroom gepeis, aan 't eind van breede laan in voorjaarswaas; in vredig mijm'ren glimlacht 't blij-dwaas gepiep van jonger vooglen lentewijs - Ge zaagt véél lange jaren komen - en bloesems bloeide'en vielen telken reis.... 't is een zangerige oude leis, die u inwiegt, in teere heugnisdroomen. Altijd omwachtte'u vlakke velde' alleen, die alle voorjaars zachte blijheid voelden, die wije weide' in stil verrukt geween onder de doomheid, die de lucht vervulde - o droom, droom vredig in de opnieuw verzoelde, verlichte lucht, in heugenis gehulde. Vorige Volgende