[Nummer 8]
In memoriam Jozef Simons
Ik begrijp heel goed dat een volk niet is warm te krijgen voor kleine ingewikkelde taalwetjes, waarvan het 't grote gewicht niet inziet, niet direct voelt die telkens weer afstuiten op den onwil van wie ze moeten uitvoeren. Maar houd het volk iets groot, iets eenvoudiger voor...
(Jozef Simons in Eer Vlaanderen vergaat.)
Jozef Simons was een bescheiden man. Na een lange ziekte is hij zacht ontslapen. Het heeft ons wellicht niet verrast zoals amper een jaar geleden de dood van Felix Timmermans ons schokte. Maar met Jozef Simons' verscheiden zijn wij ons plots sterk bewust geworden dat een gevaarlijke leemte ontstaat. Vlaanderen verliest zijn volksschrijvers en nergens kondigen zich nieuwe elementen aan die met een goed volksboek de onmisbare brug kunnen houden die het bredere publiek met de literatuur verbindt. Conscience heeft zijn volk leren lezen. Het is geen holle slagzin, maar de onmiskenbare basis van wat wij honderd jaar literatuur in Zuid Nederland noemen. Moeten wij de rol en de lof van de volkschrijver - inzonderheid de katholieke volksschrijver - vertolken? De genieën der naoorlogse bachanaliën hebben de waarde van de volksschrijver verloochend. De verwaande uitstalling van en de ziekelijke hang naar extravagante conflicten, gekruid met de onmisbare dosis erotiek en pseudo-philosophische kletskoek, hebben de kloof tussen lezer en auteur ontstellend vergroot. De opvoedende taak, die elke auteur als een conditio sine qua non moet stellen, wordt thans herleid tot een rush naar z.g. ‘oorspronkelijkheid’, den eigen persoon ter ere. Nooit zijn er zoveel genieën geweest, en merkwaardig... nooit bestond er zo weinig werkelijke belangstelling vanwege het grote publiek. Wie interesseert zich voor de flappende ‘meesterwerken’ van Anna Blaman, H. Lampo, Piet van Aken, Daisne, voor de vuilnis van P.L. Boon, voor het laatste werk van Walschap? Pers, radio, bibliotheekinspecteurs en partij, alles staat ter hunner beschikking en toch... het blijft de dood in de pot. Zij hebben in hun verwaandheid de brug vernietigd... En het is voorwaar niet een zg. achterlijkheid van de gezonde Vlaming, die hieraan schuld zou hebben.
Dat de dood van Jozef Simons ons zo accuut deze gedachte ingeeft, belicht meteen de schone taak die hij als schrijver volbracht. Na Conscience staan Snieders, Edward Vermeulen, Ernest Claes, Jozef Simons en Emiel Van Hemeldonck als onontbeerlijke schakels waarzonder een intenser literatuurbeleven moeilijk denkbaar is.
Jozef Simons, bescheiden verbindingsagent, sterk geworteld in de schoot van het Vlaamse volksleven, heeft ons moeten verlaten. Eer Vlaanderen vergaat is zijn credo geweest. De Jeugd zingt zijn liederen, het hymne aan de Kempen. Vol ongeduld wacht het huidige Vlaanderen op zijn plaatsvervanger, want de taak van Jozef Simons moet worden voortgezet... eer Vlaanderen vergaat.