Golfslag. Jaargang 2(1947-1948)– [tijdschrift] Golfslag– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 259] [p. 259] De executie Toen was het of een leeuwerik werd losgelaten, het morgenlicht werd duister, en zijn rug gaf toe. O, hij zag helmen, wapens, doch hij zou niet haten: hij wilde opstaan, dienen. Hij was zwaar en moe. Hij hoorde het gegons van schepen, en het water waarop hij dreef was warm en rood. Hij hoorde kreten, die van drenkelingen waren, en hij zag handen: vlerken van een meeuw in nood. En toen hij naar zijn keel de vlammen voelde groeien, en roepen wilde, moeder, was zijn mond als hout. Het is voorbij. Hij weet de morgen lichter bloeien, want als hij leliën plukt, o ziet: zijn hand is goud . . . Adriaan MAGERMAN. Vorige Volgende