Het Hoge Feest.
SEDERT DE WILDE TIJDEN DER FRANKISCHE Middeleeuwen werd in onze gewesten de geboorte van de Heiland herdacht. Langzaam groeide het uit tot het traditionele hoogfeest van het jaar. Feest van de witte vrede en de broederliefde, van heilige, innige rust.
Nochtans, nu de technische suprematie allengs de geesteswaarden meer verstikt en elke diepere ziele-uiting naar de achtergrond dringt, dreigt deze plechtigheid te ontaarden in een mondaine gelegenheid, in een brallend uitleven van schaamteloze driften. De Christus-Mis, de oeroude viering van de Gewijde Nacht, wordt in een hels réveillon geprostitueerd.
Zelfs onder diegenen, die zich nog bezinnen over de ware betekenis van het antieke feest, groeit de bittere vraag hoe het tere symbool zijn zuiverheid en zending te bewaren. Want de cynische uitingen, die in de naoorlogse vervolgingswoede, de chantage-intriges en de onverantwoordelijke veroveringszucht der grootmachten hun hoogtepunt bereiken, stellen de Goede Wil, die de vrede onder de mensheid moet waarborgen, in een vreemd-ontmoedigend licht.