Een hoopvolle klank...
Indien er een periode is waarin het vraagstuk der jeugdbeweging dringender is dan ooit, dan is het zeker deze na-oorlogse. Waar zoveel ouderen het spoor bijster werden en in totale onverschilligheid vervallen, is het zeker niet verwonderlijk dat uit zulke middens een geestelijk-zieke jeugd groeit (om van de physische gezondheid te zwijgen).
Wie deze nood inzag en vol spanning wacht op iedere opbouwende daad uit de hoek der jeugdbewegingen - waarop alle hoop op redding gevestigd is - zal dan ook met vreugde het pasverschenen boek van Dr. M. Vanhaegendoren ‘Het Verkennersleven’ begroeten (Uitgave: Vlaamsche Scoutspers Comité, V.Z.W. Brussel - 1946).
Het is een ‘Handboek voor Leiding in de Verkennersbeweging’ en als dusdanig moeten we vorm en stijl begrijpen. Het is een bezinnen op de ganse aktiviteit van het verkennersleven, voornamelijk dan voor hen die zelf midden in de beweging staan, zonder dat dus de onmiddellijke praktijk uit het oog verloren wordt. Vandaar echter een soms al te aphoristische behandeling die bij jonge leiders tot al te simplistische besluiten zou kunnen leiden. Op iedere bladzijde is het echter voelbaar dat deze beknopte behandeling gerugsteund wordt door veel diepergaande bezinning en vooral door gezond inzicht in de jeugdige ziel.
Wanneer we dit boek uit hadden, hebben we getracht de jonge mens voor de geest te roepen, zoals hij in dit boek in al zijn aspekten opgebouwd wordt. En toen hebben we ja geknikt en gezegd: inderdaad, dit is, in grote lijnen geschetst, het mensenbeeld waar al onze jeugdbewegingen naar streven, waar onze toekomst naar schreeuwt. Er is dat ene overheersende doel: ‘Jeugdbeweging is beweging naar het hoogstaande gezin toe’, er is die - voor onze eeuw zo noodzakelijke - nadruk op het stevig geleide natuurleven, het wijzen op de eenheid van ziel en lichaam, het leiden van gemeenschapsgevoel en ik-bewustzijn naar een gezond evenwicht, er is het bewust zich richten naar onze Dietse volksgemeenschap. Wat dit laatste punt betreft, stemmen de kernachtige teksten - passend gekozen uit eigen letterkunde en geschiedenis - bij het begin van ieder hoofdstuk, reeds zeer hoopvol voor de nieuwe marschrichting die het V.V.K.S. zich koos. Nochtans hadden we betreffende dit doelbewust leiden van onze jongeren naar de Dietse gemeenschap, graag een diepergaande uitwerking gezien. We betwijfelen inderdaad of het voldoende is aan onze Zuid-Nederlandse jeugd zekere onderdelen uit onze geschiedenis uitgebreider voor te schotelen opdat in haar ziel het natuurlijke gevoel van eenheid weer zou ontbolsteren. Dit ontbolsteren zal inderdaad eerder resultaat kunnen zijn van gestage opvoeding, van het dageljiks laten opmerken, van het leggen van accenten, van het leren kennen van het Noorden als eigen land. Hierover hadden we graag meer gehoord!