Golfslag. Jaargang 1

[p. 264]

Pilatus

'k Vind niets in dezen man, waarvan hij wordt beschuldigd
en wat hij predikt is niet eens onwaar.
Wat is waarheid? Onze Goden, wrevelig gehuldigd?
Zijn God, nog in de nevels, onvatbaar?

Maar klacht en eisch klinken vermenigvuldigd! -
Is deze man wellicht een volksgevaar,
mij is hij een namiddagslaap verschuldigd...
Genoeg om in te gaan op 't luid misbaar?

Hoe meer ik vraag, hoe meer mij overtuigt
dat hij in niets misdeed...
Maar ik ben bang... Wie niet voor het gepeupel buigt,

kan vallen door zijn botten kreet.
'k Hoor liever dat het looft en juicht.
Ach, waarom instaan voor een anders leed?

Hendrik STORM.