Wij wensen echter zelfstandig te blijven, niet het minst om ‘onpartijdig’ op mogelijke fouten te kunnen wijzen. Dit heeft het land steeds ontbroken: een eerlijke en strenge kritiek, die scherp de horizont afspeurt en hen verwittigt, die de hitte van de dagelijkse arbeid vaak verblindt. ‘Golfslag’ wenst deze gids te blijven om Vlaanderen een Kassandra te sparen!
Na deze nodige terechtwijzing wil ik nog even onze grote bezorgdheid uitspreken over wat we in de Vlaamse middens zien gebeuren.
Toen na de bevrijding vele families geteisterd werden, en dit niet alleen door de vliegende bommen, groeide er een lotsverbondenheid die het mooiste voor de toekomst deed verhopen. Immers, men hoeft geen Geyl te heten om in te zien dat de verdeeldheid de grote nachtmerrie van ons volk is geweest. Van in de vroege Middeleeuwen over de Scheuring tot in de jongste jaren heeft een geheimzinnige en onverklaarbare tweespalt de Nederlanders, en dan vooral die beneden de rivieren, bloedig gescheiden gehouden. Weliswaar was er de laatste tijd een groeiende neiging merkbaar om dit noodlottig euvel te bestrijden, en vele flaminganten hadden het reeds zo ver gebracht het ‘O Nederland, let op uw Zaak’ voor hun eigen belangetjes te plaatsen.
Maar wat zien we nu gebeuren? Verre van iets geleerd te hebben uit de voorbije rampen, graven tientallen kliekjes in een even belachelijk als rampzalig getwist hun en Vlaanderen's graf. Als boze dwergen hakken ze met hun bijltjes de trotse, gevelde eik tot spaanders. Het gemenebest telt niet meer, de res publica schijnt vergeten. De meest onverkwikkelijke persoonlijke kwesties nemen de voorrang op het landsbelang. Wij bezitten weer honderden leiders. Alle nuchterheid is uit de boze. Vivat de romantische samenzwering, vivat de vendetta!
Zolang echter de eenheid niet zal bereikt worden is het nutteloos nog over de Nederlanden en hun toekomst te praten. De Brusselse heren zijn accoord geraakt met enkele franspratende Hollanders om de Unie te ‘maken’. Opgepast voor het nieuwe 1830! Het ene Nederland moet groeien uit de eenheidsdrang van het hele volk en niet uit het belang van financiers en diplomaten. En die drang kan niet gedijen zolang er over de nietigste haarklieverij gevit wordt, terwijl levensproblemen doodgezwegen worden. Hierin zijn onze tegenstrevers heel wat wijzer: hun eendracht tegen al, wat een Diets karakter draagt, doet zich op elk gebied gelden, in zoverre dat iedere roep om gerechtigheid aanstonds versmoort. De stilte heeft de grieventrommel gesloten. Brussel? De verfransing der Vlamingen in Wallonië en de Westhoek? De IJzertoren? De epuratie? Het Nederlands in het Parlement? Alles larie...
Och kom, waarom ons laten verleiden daar nog over te spreken. Het klinkt al te bitter. De Vlamingen stoken voort ruzie. Het hoogste gebod wordt uitgejouwd. De eenheid is weer een verre droom. Sérénade sans espoir...
Misschien zullen enkelen ons van overdreven en misplaatst pessimisme beschuldigen; dit vooral met het oog op sommige nabije verwezenlijkingen. Wellicht ware het dan ook verstandiger met de klassieke optimistische oproep te eindigen. Maar zolang de tweedracht over de verbondenheid triomfeert, zolang de Unie een woord blijft, zullen we haar als dusdanig behandelen. En de Dietse mooipraters niet meer vertrouwen schenken dan ze verdienen.
Voor wanneer de tijd van bezinning en... handelen?
Manu RUYS.