De ijzertoren
Vorige week had ik een gesprek met de IJzertoren, met z'n schim dan - wel te verstaan. Ik kwam hem tegen op straat, heel onverwacht, en vroeg of hij zin had om met me mee te gaan en een kop koffie te drinken.
- Ja maar, stoor ik niet, en is het voor u niet vervelend... hakkelde de toren.
- Wel nee, natuurlijk niet. Dacht je soms dat ik me wat van die dingen aantrok?
- Ja maar, u weet toch wel wat ze een paar weken geleden nog van me gezegd hebben in de Volksvertegenwoordiging?
- Natuurlijk, en daar wou ik het juist eens over hebben. Ik heb me doodgelachen, toen ik dat las. Jij niet?
- Om u eerlijk de waarheid te zeggen, mijnheer, voor mij was de zaak een beetje pijnlijk, ziet u. Zoudt u het zo leuk vinden om schim te zijn?
- Nee, dank u, liever niet.
- Om nu op de zaak zelf terug te komen. Wat ben jij eigenlijk, IJzertoren?
- Ik? IJzertoren, mijnheer. Niets meer en niets minder. U weet toch dat ik een historisch monument ben, dat de Vlamingen herinnert aan de heldenmoed van hun dapperste zonen, en aan het schandalige onrecht waar ze als Vlamingen aan blootgesteld waren. Bovendien ben ik grafmonument, en daarom is het juist zo hemeltergend dat...
- Ja, ja, laten we daar maar over zwijgen. Het is al mooi genoeg zo. Weet je wel, ‘du travail bien fait’? Maar iets anders: wees nu eens eerlijk, had je heus niets met de Duitsers uit te staan? We zijn hier nu toch onder elkaar, en ik zal er tegen niemand over spreken.
- Ja, mijnheer, dat had ik in zover, dat de Vlamingen die hun culturele rechten opeisten, tegelijk ook tegen de Duitsers vochten, en in die strijd gesneuveld zijn.
- Is het heus? Merkwaardig. En... nee, dat is typisch zelf, hebben de Duitsers je daarom dan niet in de lucht laten vliegen?
De IJzertoren kreeg een kleur.
- Nee, mijnheer, het spijt me dat ik het zeggen moet, maar ofschoon ik eigenlijk anti-Duits was, hebben ze me niets in de weg gelegd.
- En toen, die bedevaarten? Dat V.N.V.?
- Kon ik dat helpen, mijnheer? Als morgen de Russen hier zouden komen en communistische bedevaarten zouden organiseren in het Paleis van Justitie te Brussel, zou dat dan ook na de bevrijding de lucht in moeten? Maar wat heb ik dan toch in Godsnaam misdaan?