Ars Nova
Als reactie op het verbod van Paus Johannes XXII nog onkerkelijke motetten uit te voeren, begonnen de componisten meer aandacht te besteden aan de wereldlijke muziek, terwijl ook de kerkelijke muziek een nieuw aanschijn kreeg. De woordvoerder dezer nieuwe richting, PHILIPPE DE VITRY, schreef een tractaat dat zijn naam gaf aan deze kunst: Ars Nova.
De ANONIEME MIS UIT DOORNIK (± 1320), en de grote Mis door GUILLAUME DE MACHAUT, in 1364 gecomponeerd voor de Kroningsplechtigheid van Karel V van Frankrijk, zijn twee der belangrijkste werken uit de beginperiode der Ars Nova. Hier vindt men voor 't eerst de vaste delen der Mis, Kyrie, Gloria, Credo, enz. getoonzet. Vroeger componeerde men inderdaad meestal fragmenten van het Proprium der Mis terwijl slechts zelden een enkel deel van het Ordinarium van muziek voorzien werd.
De belangstelling voor de kerkelijke muziek die enigszins verflauwd was, groeide weer en men bracht de nieuwe vindingen, veroverd op het gebied der wereldlijke muziek, over op de meerstemmige kerkmuziek.