niet wist dat literatuur zo persoonlijk mogelijk dient te worden gelezen. Zij zien in hem iemand die iets zegt over de toestand van de wereld en herkennen in hem de problemen die ze zelf ondervinden bij het vat krijgen op die wereld. Ik zie in schrijvers of preciezer gezegd in boeken middelen om mijn innerlijke ervaringsbereik en het intensiteitenspectrum van mijn gevoel te verbreden en verfijnen. Ongeacht of een schrijver tot de canon behoort of allang weer vergeten is, zolang hij in mij iets verandert vind ik het prachtig. Boeken gaan over mijn innerlijk, mijn reactievermogen - over de buitenwereld gaan ze niet (net zomin als de krant trouwens).
Welke leesopvatting is nu beter, die van mijn kinderen of die van mij? Die van mijn kinderen natuurlijk. Ook Hermans meende iets over de buitenwereld te melden. Hij poogde op zijn manier de wereld behapbaar te maken, een wereld die in zijn schooljaren overladen was met betekenisgeving en die in de oorlog vervolgens van elke zin was ontdaan. Aan dat historische gegeven heeft hij recht trachten te doen. Punt is alleen dat elke jeugd zo verloopt: tot een bepaalde leeftijd is de wereld overzichtelijk, ordelijk, vanzelfsprekend, zinvol, georganiseerd, logisch, zonder gaten, klein ook wel. Dan breekt het moment aan dat het zelfstandig denkvermogen gaat functioneren, het kind wordt halfvolwassene en opeens moet het eigen brein voor orde zorgen, samenhang, zin, vertrouwen, en o, wat is de wereld dan opeens groot, ongrijpbaar, verwarrend, oneerlijk, gemeen, gewelddadig, hypocriet, vals - zoals te lezen op elke dagbladpagina en te zien in elke nieuwsuitzending, elk televisieprogramma. En als de jongeling zelf iets wil doen en een daad poogt te stellen, loopt het prompt mis, schat hij de situatie verkeerd in, zijn de beschikbare middelen ontoereikend, is er sprake van moedwil en misverstand: Hermans' wereldbeeld is dat van een puber. En dat heeft alle recht van bestaan.
Het is geen schande als een ‘volwassen’ schrijver een generatie of twee later vooral als jeugdauteur wordt gelezen. Wees blij dat er nog groepen zijn die zijn boeken de moeite waard vinden. Mij verbaast het in elk geval dat mijn kinderen internet laten staan om Hermans te lezen. De vraag waarmee ikzelf nu zit is: wat zou de beste manier zijn om deze boeken uit te geven? Zouden ze als jeugdlectuur moeten worden gepubliceerd, met het bijbehorende spannende omslag, grote lettertype, dikke papier? Of is een van de charmes van Hermans dat zijn boeken er juist zo streng en echt uitzien, vooral de Van Oorschots, maar ook wel een paar van de latere Bezige Bij-boeken. Eenmaal als jeugdlectuur gepresenteerd, staat het de uitgeverijen vrij om verkorte edities op de markt te brengen waar de taaie stukken uit zijn geschrapt, zoals met Moby Dick en dergelijke gebeurt. Ik weet niet of