De Gids. Jaargang 167

(2004)– [tijdschrift] Gids, De– rechtenstatus



[pagina 99]
Johan de Boose Geniet. Geniet van wat je hebt gebaard. Zo blijft de aarde draaien. Iedereen in alles Heb je nageaapt. Zo heb je liefde leren Zien en taal bedacht. Zo kwam je in de macht Van angst: de pijn dat wat je eens bezit Je ooit ontvalt. Geniet van niets dan wat je toeloopt. Niet van elke lach is leed de zin. Wat bestaat, bestaat niet bij de gratie van Zijn afloop. Onder het geliefde lichaam ligt Niet steeds het wakke laken van een graf. Wat is het dan dat je geniet van het verbod Op het genot? Vanwaar die schrik die het vertikt Om dood te gaan aan wat je leven gaf?
[pagina 100]
Beklaag wie in een doolhof zonder hekken Woont, wie zwemt en nooit op sluizen stuit, Wie steden aandoet zonder sloppen, nooit Zijn hoofd stoot, nooit het lege bed ziet Onder volle lijven, nooit de lijken van de liefde Telt en inslaapt op het teken van een kus. Geloof niet wat gelogen en geloogd zich schikt In mak geluk en uitslaapt op het malse kussen Van een ingebeelde lust. Verdaag de afspraak Met de rust, vervoeg de toekomst in verleden tijd, Vergeet niet wat je nooit onthouden kon, En blijf, en blijf verdwalen op de oude wegen Tussen wiegen van weleer, waar ooit iemand begon Te vliegen, die voor hij viel de grootste hoogte won.