was in Japan eervol ervan te leven om het mensen naar de zin te maken. Het was je taak als geisha om mannen te behagen. Met jouw gevoeligheid, Butterfly, moet je toch enige levenservaring hebben opgedaan? Onder alle Japanse verfijning moeten je toch de ogen open zijn gegaan voor de grillen en lusten van mannen? Want was er tijdens die vele ontmoetingen ooit sprake geweest van liefde? Van echte liefde? Was het niet wat naïef dat uitgerekend jij zulke grote verwachtingen koesterde van een vreemde? Waarom hebben je ervaringen je niet terughoudender gemaakt? Wat deed je denken dat je van die onbekende Amerikaan hield? En hoe is het te verklaren dat je na drie jaar wachten nog altijd niet aan zijn liefde twijfelde?
Inderdaad, Penelope wachtte heel wat langer op Odysseus, maar daarbij waren goden in het spel. Puccini geeft ons echter geen enkele hint. Madame Butterfly blijft raadselachtig, ondoorgrondelijk.
Als ik alweer huil, is dat ook uit verontwaardiging. Want wat was die Pinkerton een schurk, een angsthaas en een lafaard! Hij legitimeerde zijn seksuele verlangens door met haar te trouwen. Was dat misschien voor Butterfly het ultieme bewijs dat hij haar echt beminde? Intussen wist hij dat hij haar snel zou verlaten. Onbarmhartig heeft hij met haar verwachtingen en gevoelens gespeeld. Zou deze man zichzelf, zijn Kate en zijn ‘Japanse’ zoontje ooit recht in de ogen kunnen kijken?
Madame Butterfly werd het slachtoffer van een ontmoeting, dat wil zeggen, een misverstand tussen twee culturen, waarin het gekleurde westerse beeld van de Japanse zeden haar parten heeft gespeeld. Voor Pinkerton was Madame Butterfly slechts een van de talrijke aantrekkelijke, sensuele en in zijn ogen vooral gewillige Japanse jonge vrouwen. Wat voor Pinkerton een avontuurtje was, was voor Butterfly bittere ernst. Met haar fijnbesnaarde geest ging zij ten onder aan zijn egocentrische grofheid.
Of heeft niet Pinkerton maar Puccini de dood van Butterfly op zijn geweten, vraag ik me nu af, terwijl de componist mij, een westerse vrouw aan het begin van de eenentwintigste eeuw, voor de zoveelste keer met zijn muziek verleidt?
Butterfly, mag ik mijn oren nog geloven?