miskenbaar verveelt de onbekende fotograaf zich. Het tweetal in het smetteloos wit is al een middag lang in de weer een keuze te maken. Aan het koffertje te zien is de zittende man een scheepsarts - maar de dichter J. Slauerhoff is hij niet. De ander is beduidend jonger, een assistent misschien. Onder de rechterarm van de staande blanke ligt een ingelijste foto onbarmhartig, als afgewezen, op zijn kant. Het stelt een doorwaadbare plaats met karbouwen voor.
Vanaf de zittende man loopt er een lijn schuin naar beneden naar een nederig hurkend iemand: een inlandse bediende. Hij kijkt schrikachtig. Dat ongetwijfeld een derde blanke deze foto nam, brutaal, ongewenst in het atelier van een fotograaf, getuigt zowel voor de inlander als voor zijn meester van neerbuigendheid.
Fotograferen was voorbehouden aan de blanke klasse. De bediende wil er niets mee te maken hebben. Hij is slechts voor de helft in beeld. Zijn opengesperde ogen zien iets dat wij niet zien - onheil, geesten.
Is het Java? Nee, ik gok op Sumatra. De fotograaf beoefent alle gevraagde genres. Allereerst in het midden en op de ronde, houtbewerkte tafel de gebruikelijke familieleden. Deze staatsieportretten van doodgewone, rijk aangeklede blanke mensen, stijlvol gearrangeerd, geven hen bijkans vorstelijke allure.
(Ik betrap me erop dat ik kijk of ik mijn moeder tussen die jonge dames kan ontdekken. Onzin natuurlijk. Ons kortstondige verblijf in Indië was een luchtspiegeling. Zij komt helemaal niet uit Indië. Een bollenboerendochter uit Sassenheim.)
Waarom Sumatra en niet Java? Omdat een fotograaf van Java de kostbaarheden van dát eiland had getoond, bijvoorbeeld de schatkist van de Boroeboedoer gebouwd tegen een glooiende heuvel of de kratons der vorstensteden Yogjakarta en Soerakarta, tegenwoordig anders geheten maar dat doet er niet toe. Bali is uitgesloten. Dat was het eiland van de inlandse vrouwen met ontbloot bovenlijf, verwoed gefotografeerd, wellustig geschilderd.
Boven de linkerschouder van de fotograaf is de trots van Sumatra te zien: het Toba Meer met zijn spiegelende watervlakte en de heuvelruggen die traag en schuchter, omlijnd door ochtendnevel, stijlvol in het water afdalen. Een Noorse fjord overgeplaatst naar het tropisch halfrond, moeiteloos. En dan al die rookpluimen van een vulkaanuitbarsting. Dat is de Krakatau, in zee gelegen aan de westelijke zuidpunt van Sumatra in de Straat Soenda. Na de uitbarsting in 1883 zag de hemel boven Indië dagenlang zwart. Vanzelfsprekend, dit natuurgeweld moest vastgelegd worden.
Er stijgt zelfs een rookpluim op uit het hoofd van de fotograaf.