De Gids. Jaargang 157(1994)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 935] [p. 935] Anne Duden Steenslag I De cadens een aanhoudende regen gelijkmatig gesnoerd litanieën van het versluierde waarin de beelden verdrinken uit een Duitsland dat nooit bestaan heeft. Onder schutdak en laag plafond anticyclonen lichtschuw en kalkachtig bestoft in krappe ruimte bij elkaar terwijl een paar meter verderop felwit voor afgeschaalde stammen een helderheid steil staat opgericht waarin alleen de hoge en bewegelijke klanken worden aangeslagen. Onafhankelijk van het weer. Er loopt geen weg langs het werkkamp en maar één keer per ploegendienst mag men naar de latrine. Als de avondschemer valt worden die uit het stenen blok met de zware ijzeren poorten ruw gewekt samen de opstanding ingedreven en onverwijld naar de aangrenzende pantyproduktie gestuurd hoewel ze absoluut zouden moeten liggen. Na zo'n nacht buigen de woorden naar binnen en zitten gekromd in de overledene. Van de niets dan doorweende tijden zijn alleen afvoergoten en groeven over. De bruinkoolkleurige engel die elk oogcontact mijdt gaat door met zijn prooi stukje bij beetje te pakken. [pagina 936] [p. 936] Oneconomisch maar wel grondig. Het tegendeel kan hem niet worden bewezen want onbuigzaam is hij en altijd in het gelijk. Geperst in de meeste nauwe tijdnaden als in haarscheuren voor soldaten op weg tussen slag en slacht opeens de allergrootste weidsheid een seconde hoogstens een paar minuten zich uitdijend onverschillig immers anders dodelijk opvangen van gespitst maar verholen blijvend uitsnikken van een aantal kilometers landschap langs de snelweg van de snelweg zelf waar het landschap trillend van de hitte zich er helemaal overheen gelegd heeft. Eigenlijk niets anders dan de beweging van volkomen alledaagse mengverhoudingen licht lucht kleur en vorm die zich altijd al afzijdig hebben gehouden. Natuurlijk uiteindelijk is alles extase en van het asfalt tot aan de horizon zou het zich wigvormig uitbreiden gapende kloven slaan als men het zou laten begaan. Maar: altijd langs degenen die levenslang hebben langs de aan roof- en grijpengelen bevolenen die niets anders wensen dan niet meer te hoeven opstaan naakt en kaal als ze zijn met niets dan met hun ongevoerde vel bekleed met alleen nog zwaarte van het eigen skelet waar het merg uitgehaald werd. Het extatische een extract geklemd bekoeld verhardend in spleten afgronden van de tijd waar ze van begin af aan geen toegang tot hadden. Wie het lukte uit te breken [pagina 937] [p. 937] ging aan uitputting te gronde. Te gering de kracht om met de altijd al bloedeloze lippen en ongeoefende kringspieren de nectar op te zuigen en tot zich te nemen. Wijd en zijd geen lichtvoetige te zien geen vertegenwoordiger van de leisure class al was het maar voor een paar minuutjes hulp. Elke dode vuilwijzer en -opruimer een extremist. Ten slotte maar pas dan en geen tel eerder gesust en bedaard voor het geval dat de loerende eeuwigheid eerder afloopt dan verondersteld met eenheden van vliegensvlug gekweekte tot haastige bloemen opgefokte pot-chrysanten in geel roestrood en violet. Preventieve afstompingen voor het geval dat alles uitkomt onthuld wordt als door een spookhand met een ijzeren hark omgekeerd door wie weet wie. Sinds twee jaar dode Cathy drieëntwintig amper glimlachend door haar vader de aarde in gejaagd gestopt vastgetrapt en op haar foto na geschrapt van de presentielijst. Verzwaard door platen marmer één keer per jaar officieel in slaap gewiegd zodat de verdoving blijft de schemertoestand de verlamming waaruit wel niemand zal opstaan om het onderste boven te krijgen of zichzelf in de diepe slaap der killers. [pagina 938] [p. 938] Intussen behouden zich de lichtvoetigen toegewijd argeloos een recht voor dat aan de ploeg werd meegegeven en halen adem gracieus gebarend uit de voorraad van het niet verbruikte als kwam hen dat zo zonder meer maar toe net als hun onschuld die zich sierlijk ter beschouwing ontvouwt en de sprankelende woordenschat overgenomen uit de heemopwerkingsinstallaties. Volgens de wet moet elk overblijfsel van aanschouwelijkheid afgegraven en hun overhandigd worden ten behoeve van uitdunning tot opruiming van de metaforen van daaruit voortvloeiende hartstocht en onverhulde bevrediging. Ze hoeven zich niet ongerust te maken. Ook zonder hun glimlachend toedoen verandert het juist nog broze silhouet waaronder het water opgevangen gezuiverd en naar de hogere lagen wordt gepompt in een centraal massief. Gevrijwaard verdiepen ze zich in de wonderen der tussenruimten steken gelovig alles in het telkens laatste overblijfsel en hebben maar heel erg lichte klappen te verduren alleen zulke die het lot toch al uitdeelt en zonder welk extraatje de loop der dingen eentonig zou zijn in de geïrrigeerde regionen van hen die op de toppen zitten. Hier worden keizerzwammen opgediend en niet de dagelijkse porties galgevoer van vliegenzwam steengruis en verpulverde zware metalen. Intussen adem ik stenen onder strengste geheimhouding val voortdurend op de hardheid van het plaveisel neer op het raakpunt het slagvlak waar men overheen stapt met de lippen een beetje opgetrokken en ik laat me slechts krijsend jammerend en om me heen trappend afbrengen van het leven [pagina 939] [p. 939] dat zich inmiddels achterbaks verwent en er laf steels omkijkend in de tegenovergestelde richting vandoor gaat waar het zich gedwee maar liefdeloos verslingert aan geoffreerde verse vulva's en geprononceerde secundaire kenmerken en zich principieel door de eerste de beste verstrooiing bij de kladden laat grijpen. Met vrijlopende regels bespring ik de demarcatielijn kom onder aan de gebergten en achter de woestijnen overeind moet tussen de kinderen naar een meisje kijken dat voor een derde mijn kind is ontsproten uit de geweldmengeling wraak alcohol en afdrijving van herinnering met licht kroeshaar en nadonkerende huid mooi kinderlijk schatje uit potdichte mist en donkerste verlatenheid knaagt het aan mijn gevoelens krijgt meer dan nodig toegestopt door familietroepen en laat zich niet afschudden met het bekende recht aan haar zijde. Slechts één keer leek het adembenemend doorzichtig hulpeloos in het licht weerloos ineenkrimpend dat mijn hart om haar tekeerging en pas langzaam tot bedaren kwam. Maar meteen erna was het alweer verlengde arm aangevuurd en koud laaiend tot profijt uit troeven en vlotte voltrekking. Steenadem nu uit de bedding van de Durance zachtgeschuurd onbelemmerd uitgewassen verborgen achter ilex en hopen asfaltschotsen van opgebroken bestratingen. Tussen het zekere verval haalt de adem me onverhoeds komen de landschappen bloot in november. Bomen zonder blad die over vuilnisverwerking en -opslag [pagina 940] [p. 940] aan hun voeten onder hun open dak stoïcijns voor zich uitkijken. In een vrije val de gratis opluchting tegemoet die overeind en met aanloop niet te verkrijgen was geweest. Palaver in ruil voor stilzwijgen mensenharen voor bladeren die onder in de mond groeien zich tussen de lippen schuiven los en zich vallen laten. Eindelijk rechthoeken van steen in Aix. Laag gelegen rustpunt onder de jargontoppen ongestoorde slagplek midden in de koude oorlog van de modestoffen botsingszone zonder afdruk eropaf nu meteen onder vijfenveertig graden valhoek en zichtwig aflossing en wegvliegen van zwevende deeltjes echt niets anders dan ketsen dat een zwerm duiven met klapperende vleugelslagen de lucht injaagt. Als het bloed opgelucht uit de schaafwonden welt: zich stabiliserend in de horizontale nabevend in de avondlijke lucht bedaard en licht rood gekleurd een tot twee meter boven de steenspiegel de onbloedige dagslaapfiguur met weggeknakt hoofd. Taai en buigzaam haar geraamtebeentjes teder in de vorm van een vraagteken de wervelkolom terwijl in het hele land de neonlichten opflakkeren de gasvlammen ruisen en de kanalen voor de voeten naar de hoofden vooral in Berlijn stilstaan. [pagina 941] [p. 941] II Tegen riemen- en ruitenspieren gedrukte bitterbuilen geslachtsloze adamsappels in de keel en in de vervloeiende mond de geraspte dove tong die probeert hulpovereenkomsten na te komen aan één stuk door woordlopers overtroefd en wereldomvattend georganiseerde bevoorrading over streken heen waarvan het landschap door tijdsdruk uit Duitsland werd afgedwongen om redenen van behoeftevermeerdering. vorsprung durch technik in all fairness and if I may say so. En zowel het monnikenwerk van de kleine voorlichters als de flaneeroefeningen van hen die zich in beweging houden vieren hoogconjunctuur in de periferie en in de skeletnissen waarin het vriest maar onverstoorbaar de lichaamstemperatuur niet daalt. Natuurlijk schiet het het hoofd in hakt het de tandwortels af brandt het hart de hoofdwond uit. Omhooggejaagd al langer de stemtoon door wat aanrukt van onder geschopt en bedreigd hese woordspaanders verkruimelende lettergrepen letters en de beschraapte stilte als de noodzakelijkheden niets meer uithalen. Hölderlin als zeventigjarige auf den gassen der gärten met starende blik voorovergebogen almaar rechtdoor de naar binnen geslagen blikrichting achterna zonder weg- of keerbaken een slak met geladen geheugen an zimmern. Weerspannig het lichaamsrestant 's nachts herrieschoppende tijdruïne daarmee eenmaal in het gedicht in de laatste versregel aber die liebe liebt [pagina 942] [p. 942] alleen in de overdag verwarmde verlatenheid waar het gefeest in het achterhoofd slechts met een nekschot zou kunnen worden opgeblazen. vertaling Huub Beurskens Vorige Volgende