De Gids. Jaargang 157
(1994)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 477]
| |
[pagina 478]
| |
Een man boort gaatjes in de muur
en hoort wat zij niet zegt
maar denken moet, want waar
zijn rook is, is haar vuur.
Zij is het midden van de vlam.
Zij luistert aan haar eigen oren
en weet te zeggen wat daar klinkt.
Ik hoor haar ruisen minder puur.
| |
[pagina 479]
| |
Mijn moeder poetst het koper: slot
en bel en brievenbus. En wat
zij denkt, klaart ervan op.
Heel even is haar deur een beeld van God.
‘Straks loop ik tot ik nergens ben.’
De deur zit dicht, glans
van buiten. Zij zoekt haar sleutel,
wanhoopt, en verwenst haar kot.
|
|