De Gids. Jaargang 157
(1994)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 349]
| |
[Nummer 5]Kroniek & kritiekHerman de Lange
| |
Een conservatieve visieEr bestaat een defensieconservatieve verklaring van de zoëven aangestipte internationale politieke ontwikkelingen. Volgens deze school was het communisme in politiek en economisch opzicht in een diepe crisis vervallen. Het kon de economische, technologische en militaire competitie met het Westen niet meer aan. Onder invloed van de derde Amerikaanse bewapeningsronde (1980-1986), het starten van het sdi-programma, de ideologische kruistocht van de Amerikaanse president Reagan tegen het ‘evil empire’ en de grote politieke eensgezindheid die was ontstaan tussen de lidstaten van de Navo, stonden het communistische gemenebest en de Sovjetunie omstreeks 1985 op instorten.Ga naar eindnoot3. Zelfs de aanpassingen en hervormingen van een vernieuwingsgezinde leider als Gorbatsjov konden deze ondergang niet meer verhinderen. Deze defensieconservatieve interpretatie van het einde van de Koude Oorlog maakt een simpele en overtuigende indruk, maar is bij nader inzien op drijfzand, losse beweringen en bluf gebaseerd. Met bluf doel ik op het feit dat de conservatieven hun eigen denkbeelden en geschriften tussen 1974 en 1984 hebben vergeten en niet eens aan een herinterpretatie hebben onderworpen. Sinds ongeveer 1974-1975 hebben met name de conservatieven in de Verenigde Staten de militaire dreiging van de Sovjet- | |
[pagina 350]
| |
unie enorm opgeblazen en verschillende voorspellingen (de zogenaamde ‘vensters van de kwetsbaarheid en de afpersing’) in omloop gebracht over een op handen zijnde militaire verrassingsaanval van de Sovjetunie.Ga naar eindnoot4. Hoe is het mogelijk dat een rijk op het toppunt van zijn militaire kracht plotseling als een kaartenhuis ineenzakte nadat in 1989 de vijf lidstaten van het Warschaupact in alle rust en geweldloos hun politieke vrijheid hadden herwonnen? Het maakt een ongeloofwaardige indruk wanneer conservatieve historici en politicologen eerst jarenlang hebben geschreeuwd dat de Sovjetunie in militair opzicht zo sterk en gevaarlijk was dat het Westen gemakkelijk in een golf van ‘appeasement’ jegens Moskou zou kunnen bezwijken om later haar ondergang te wijten aan haar innerlijke politieke, economische en militaire zwakte en de plotseling herwonnen kracht van het Westen.Ga naar eindnoot5. Kunnen sterke mogendheden in zo korte tijd zo zwak worden zonder de tussenkomst van een oorlog, een economische catastrofe of een andere cataclysmische gebeurtenis en omgekeerd zwakke landen in enkele jaren zo sterk? En kan deze veranderde krachtsverhouding in de wereld op rekening geschreven worden van politieke acties en besluiten van de regering Reagan, waartussen op het eerste gezicht niet zo veel verband bestond behalve dat wat door de anticommunistische retoriek en de kruistocht tegen het ‘evil empire’ is geschapen? Toen rond 1990 het verval van de Sovjetunie zich aftekende, hielden vele conservatieven rekening met haar bloedige ondergang. Rijken stortten niet geweldloos in, zoals het voorbeeld van het Romeinse, Ottomaanse of Chinese rijk had geleerd. Ondergaande rijken hebben altijd een spoor van oorlog, bloed en verwoesting door de geschiedenis getrokken.Ga naar eindnoot6. Het plotselinge verval van de Sovjet-staat was een enerverende en opzienbarende gebeurtenis, maar voltrok zich binnen het bestek van slechts enkele maanden. De vestiging van de nieuwe Russische Federatie, het gos en de talrijke andere nieuwe staten verliep evenzeer in snel tempo en was ook een geweldloos proces. De stabilisatieprocessen en politieke veranderingen verlopen sindsdien in verschillende landen niet geweldloos. Het politieke geweld heeft nu minder te maken met de ontbinding van het oude imperium. Het wereldbeeld van de conservatieve geschiedschrijving berust op een uiterst eenvoudig patroon. De wereldpolitiek is een strijd tussen goed en kwaad. Het bestaan van grijze vlakken tussen wit en zwart wordt nauwelijks erkend. Het ‘grijze vlak’ van de zogenaamde goede leider worden opgepoetst tot bekwaam leiderschap en consistent beleid. Politieke retoriek wordt versleten voor daadkracht. De schurken in de geschiedenis worden zonder nuance als ‘omgekeerde helden’ - als doelbewuste, krachtige, rationele, effectieve en risico's afwegende leiders dus - beschreven. Tegenover deze booswichten staan de helden wier al te opvallende tekortkomingen, zoals bijvoorbeeld van de Amerikaanse president Reagan, graag worden vergeven gezien hun politieke consistentie en hun juiste intenties en waarden. Een dergelijke rechtse geschiedschrijving bevredigt het verlangen naar helderheid en eenvoud. Deze essentialisten kennen uitsluitend de waarheid met een hoofdletter. De weg die tot deze waarheid leidt, is simpel. Deze vindt men en weet men, omdat men nu eenmaal over de goede morele toerusting beschikt. Het is het oude verhaal tussen booswichten en goeden. De wereldpolitiek is een manicheïstisch theater waarin de krachten van het kwade permanent strijden tegen de krachten van het goede.Ga naar eindnoot7. Een narratief schrijven over dit eeuwige drama behoort tot de plichten van de defensieconservatieve historicus. | |
De plausibiliteit van deze conservatieve visieDe plausibiliteit van het westerse succesverhaal wordt vaak aangetoond met behulp van enkele eenvoudige redeneringen en een willekeurige selectie van feiten. De victorie van het Westen | |
[pagina 351]
| |
was volgens deze voorstelling te danken aan het duidelijke, standvastige en consistente beleid van de regering Reagan vanaf 1981. Deze had een buitenlands-politiek en militair beleid uitgestippeld zoals werd voorgeschreven door de beleidsmodellen uit de schoolboeken. Men was begonnen met een beschrijving en definitie van de internationale politieke situatie. Volgens de aanhang van Reagan deugden de Sovjetunie en het communisme niet (‘evil empire’). Zij waren verantwoordelijk voor alle grote internationale politieke problemen, in het bijzonder het terrorisme en de verspreiding van politiek geweld en oorlogvoering in de Derde Wereld. In het voorbijgaan stel ik hier vast dat na 1989 of 1991 het politieke geweld en de internationale en burgeroorlogen in de Derde Wereld opnieuw zijn opgelaaid, hoewel het ‘evil empire’ en het communisme als factor in de wereldpolitiek zijn verdwenen. Hoe kan dat? Op basis van deze definitie van de situatie werd het centrale doel van de Amerikaanse politiek vastgesteld. De Sovjetunie moest dus met alle beschikbare middelen (van actieve diplomatie tot propaganda en militaire pressie) bestreden en in de verdediging gedwongen worden. Vervolgens werd er een strategie opgesteld. Dit veronderstelde in de eerste plaats een inventarisatie van beschikbare machtsmiddelen of politieke instrumenten: militaire macht, bewapening, buitenlandse politiek en diplomatie, economische pressiemiddelen en tenslotte propaganda en ideologische macht. Behalve voor een intensivering en verbetering van de propaganda-oorlog werd vooral gekozen voor een opvoering van de bewapeningsuitgaven en het versterken van de militaire kracht. De definitie van de situatie, de vaststelling van de algemene doelstellingen en tenslotte de opstelling van de te volgen strategieën worden altijd de hoofdingrediënten van politiek beleid genoemd. Dat beleid moet volgens de regels van de politieke strategie en van de beleidswetenschappen op een krachtige en consistente manier worden uitgevoerd. Als het Amerikaanse beleid ten opzichte van de Sovjetunie tijdens de regeerperiode van Reagan volgens de sjablonen van dit beleidsmodel kan worden beschreven, dan kan men in het licht van de uitkomsten spreken van een buitengewoon succesvol beleid. Reagan blijkt dan een geniale president te zijn die dankzij zijn effectief en doelmatig beleid Amerika aan een grote politieke overwinning heeft geholpen. De vraag is of de besluiten en acties van de Amerikaanse regering doelbewust zijn gepland en gewild, zoals kennelijk moet blijken uit de historische reconstructies achteraf. Is er in deze jaren sprake geweest van politieke doelstellingen, plannen en strategieën die onderling op elkaar afgestemd waren en vervolgens op een doelmatige manier werden ‘geïmplementeerd’? Het succesverhaal van Reagan berust op het aanvaarden van het veronderstelling dat de voornaamste politieke handelingen en retorische doelstellingen van de regering Reagan de werkelijke oorzaken van het einde van de Koude Oorlog en de Sovjetunie zijn geweest. Is er ooit in de opeenvolgende handelingen van de regering Reagan sprake geweest van een dergelijke planmatige samenhang die gericht was op de ineenstorting van de Sovjetunie? Of is deze samenhang achteraf geconstrueerd? Daarbij kon men wijzen op vele regeringsverklaringen die de noodzaak van het oprollen van het communisme bepleitten, en op strategische documenten van het Pentagon of andere overheidsdiensten waarin een strategie werd ontvouwd om door middel van een opvoering van de bewapeningswedloop de Sovjetunie economisch bankroet te maken. Dit succesverhaal verwierf een zekere geloofwaardigheid dankzij de voor het Westen gunstige en vreedzame afloop van de Koude Oorlog. Dat was Reagans grootste geluk. Het hervormingsbeleid van Gorbatsjov vanaf 1986 kwam als een ‘deus ex machina’. Op dat moment veranderde het ‘evil empire’ in een land waarmee de Verenigde Staten zaken kon doen, onderhandelen en verdragen sluiten. Dat was toen helemaal niet zo vanzelfsprekend. De Amerikaanse minister van buitenlandse zaken, George | |
[pagina 352]
| |
Shultz, moest alles op alles zetten om de weerstand binnen de regering Reagan tegen deze nieuwe koers te overwinnen. Ook een weerspannige president Reagan, die vaak niet begreep waarom het ging, moest door Shultz met veel geduld en list over de streep worden getrokken. Het is echter ook mogelijk deze gunstige afloop op een geheel andere wijze te becommentariëren. Gelukkig waren er in de Koude Oorlog enkele vaste politieke gedragseigenschappen en stabiele structuren ontstaan waardoor de Sovjetunie niet geheel en al in paniek raakte en een besluitvormingsproces in gang zette dat de wereld aan de rand van de afgrond zou hebben gebracht. Kennelijk was de situatie van wederzijdse afschrikking op basis van de kernbewapening zo robuust dat de wereld het fenomeen Reagan en zijn vaak wilde retorische politiek heeft kunnen overleven. Er bestaat dus voldoende aanleiding om de vertrekpunten en generalisaties van deze conservatieve beschouwingswijze aan een nader onderzoek te onderwerpen. | |
‘Jantje zag eens pruimen hangen’De hoofdvraag is of de conservatieve, militaire, ideologische en retorische buitenlandse politiek van president Reagan het einde van de Koude Oorlog en van de Sovjetunie teweeg heeft gebracht. Bestaat er een aantoonbaar verband tussen gebeurtenissen en handelingen die zich afspelen in de onmiddellijke omgeving van het hoofdgebeuren? Ik zal deze vraag op drie verschillende manieren beantwoorden met behulp van de eerste regel van het bekende kinderliedje van Hieronymus van Alphen: ‘Jantje zag eens pruimen hangen’. In het volgende tafereel is er sprake van een aantoonbaar verband tussen oorzaak en gevolg. Als ik de pruimeboom schud, vallen de rijpe pruimen op de grond. Het schudden van de boom als een zichtbare en ingrijpende krachtshandeling. Dit is de eerste variant. Als ik nu eens bij de pruimeboom het liedje zing van ‘Jantje zag eens pruimen hangen...’ en vervolgens vallen er pruimen op de grond, dan is er sprake van een duidelijke handeling en een uitgesproken wens. Ik wil dat de pruimen vallen. Kan ik nu uit het vervolg concluderen dat mijn gezang beloond is met een handvol pruimen onder de boom? Heeft mijn lied het vallen van de pruimen veroorzaakt? Er is toch sprake van een handeling die duidelijk gericht is op het verwerkelijken van een wens. Dit is de tweede variant. Tenslotte wandel ik naar de pruimeboom. De rijpe pruimen lijken me lekker. Plotseling vallen rijpe pruimen op de grond. Ik hoef niet eens te zingen. Kan ik nu zeggen dat mijn wandeling de val van de volrijpe pruimen heeft veroorzaakt? Dat is de derde variant. Vele buitenlands-politieke acties van de regering Reagan zijn symbolische handelingen, retorische uitspraken, diplomatieke verklaringen en beleidsvoornemens geweest. Nog meer internationale politieke acties en reacties van de Verenigde Staten gebeurden in de politieke of geografische nabijheid van de Sovjetunie, maar hielden met dit land geen verband. Deze acties zijn vergelijkbaar met het zingen van het liedje ‘Jantje zag eens pruimen hangen’ of met het wandelen naar de pruimeboom. Op welke manier en hoe vaak werd nu de pruimeboom geschud? En hoe vaak werd er alleen maar gezongen of gewandeld? Retoriek is gericht op het beïnvloeden van percepties van anderen. Deze anderen kunnen ook de eigen bevolking of de eigen bondgenoten zijn. In sommige gevallen was de retoriek bestemd voor de Sovjetunie. Wanneer deze de retoriek gaat geloven, dan kunnen daardoor de verhoudingen in de werkelijkheid worden beïnvloed en mogelijk zelfs veranderd. De mate waarin dit geschiedt, moet echter nog worden vastgesteld. Tenslotte is het de vraag of symbolische en retorische handelingen zoals het lopen naar de pruimeboom en het zingen van het bekende liedje, welke schijnbaar erop zijn gericht de tegenpartij te imponeren, in | |
[pagina 353]
| |
werkelijkheid bedoeld zijn om de eigen bevolking te beïnvloeden. Met de sdi-plannen wilde men de eigen bevolking ervan overtuigen dat Amerika in militair en technologisch opzicht nog altijd het eerste land ter wereld was. | |
Wandelde Reagan, zong hij alleen maar of schudde hij de pruimeboom?Het verhaal dat de Verenigde Staten in de jaren 1981 en 1985 de Sovjetunie met behulp van de bewapeningswedloop doodgeconcurreerd hebben, berust op de foute bewering dat de Sovjetunie tussen 1975-1985 nog steeds bezig was haar militaire uitgaven op te voeren en haar investeringen in nieuwe wapentechnologie en wapensystemen te vergroten. Deze veronderstelling strookt niet met de feiten. Reeds in de jaren 1975 tot 1977 was de langdurige bewapeningsronde (1965-1975) van de Sovjetunie tot stilstand gekomen. Vervolgens is het defensiebeleid op het niveau van uitgaven, investeringen in nieuwe militaire technologieën en aankoop van nieuwe wapens min of meer stabiel gebleven. Alleen de Amerikaanse propagandadiensten verbreidden het verhaal dat de militaire uitgaven van de Sovjetunie veel hoger waren dan de officiële cijfers en de Amerikaanse ramingen uitwezen, omdat de Sovjetunie ook hier haar tactiek van desinformatie en leugen zou hebben gebruikt. In de tweede plaats moet worden aangetoond dat de Sovjetunie in 1985 economisch gezien niet meer in staat was op het terrein van kwalitatieve en kwantitatieve bewapening met het Westen te concurreren. Dit is niet gemakkelijk. In 1980 of 1985 was de economie van de Sovjetunie in een diep dal terechtgekomen. Om deze te stimuleren zou de Sovjetunie eigenlijk haar militaire uitgaven drastisch moeten inperken. Juist haar militaire macht garandeerde haar positie als supermogendheid in de internationale politiek. Die positie zou de Sovjetunie niet gauw opgeven. Daardoor zou de Sovjetunie economisch blijven doormodderen. De Sovjetunie zou economisch verzwakken, maar militair en politiek invloedrijk blijven. Volgens de prognosen van vele deskundigen moest het Westen daarmee rekening houden. Geen enkele serieuze onderzoeker geloofde in 1985 dat de Sovjetunie de bewapeningswedloop niet langer kon en wilde volhouden. De bekende Duitse politicoloog en vredesonderzoeker Ernst-Otto Czempiel schreef hierover: ‘[...] Ronald Reagans massive Aufrüstung habe die Sowjetunion “totgerüstet” und damit zur Aufgabe gezwungen, trägt nicht. Militärisch war die Sowjetunion bis zur Beendigung des Ost-West-Konflikts hochleistungsfähig. Bei anhaltend hohem Außendruck hätte der Ostblock noch jahrelang existieren können. Es war die Druckverminderung durch den inf-Vertrag, die die innenpolitische Kräftekonstellation veränderte, den Herrschaftseliten ein für sie unentbehrliches Instrument zur Konsensmobilisierung nahm und damit die Revolution förderte.’Ga naar eindnoot8. In de derde plaats moet nog vastgesteld worden wat de aard van de derde Amerikaanse bewapeningsronde (1980-1986) onder Reagan is geweest. Was er toen sprake van een efficiënt en planmatig verlopend defensiebeleid? Het doel van een dergelijke buitenlandse politiek zou zijn geweest de Sovjetunie op zo'n militaire achterstand te zetten dat ze gedwongen was met de Verenigde Staten over ontwapening te onderhandelen. Hiervan is nooit sprake geweest. Reagans politiek was vooral retorisch van aard, maar daarom niet minder effectief. Hij was president geworden te midden van een sociale, economische, culturele en ook morele crisis die sinds het einde van de oorlog in Vietnam de Verenigde Staten had geteisterd. Hij beloofde Amerika militair sterk te maken en de Amerikaanse economie te herstellen. Na drie jaren verklaarde Reagan dat hij in zijn toeleg was geslaagd en iedereen geloofde hem. Wat had hij gedaan? Zijn regering volgde een keiharde koers ten opzichte van de Sovjetunie. Diplomatieke confrontatie stond op de agenda. Praten en onderhandelen met de Sovjetunie was mogelijk, | |
[pagina 354]
| |
maar vooral op basis van Amerikaanse vertrekpunten en voorwaarden. De Sovjetunie werd geconfronteerd met een ongekende diplomatieke oorlog waarbij alle geweld en kwaad in de wereld aan het communisme werd geweten. Op het gebied van de Amerikaanse bewapeningspolitiek was Reagans beleid evenzeer sterk retorisch. De defensie-uitgaven werden verhoogd. De salarissen en pensioenen van de militairen stegen aanzienlijk. Er werd stevig geïnvesteerd in prestigeprojecten. Voor het overige beleefde het militair onderzoeks- en ontwikkelingswerk gouden tijden, want diverse tekentafelplannen kregen hoge prioriteit. Er werden voorts zakken met miljarden dollars voor de deur van het Pentagon gezet waaruit ieder lid van het militair industrieel complex kon graaien. Dankzij deze prestigeprojecten, loonsverhogingen en bevordering van nieuwe wapentechnologieën geraakte het militair beleid van de regering Reagan in een gevaarlijke situatie. Niet alle nieuwe uitgaven konden via overheidsleningen gefinancierd worden. Wat er toen plaatsvond, was een Amerikaanse vorm van militair kannibalisme. De regering Reagan verwaarloosde het onderhoud van de bestaande bewapening en het vervangings- en vernieuwingsproces van de bestaande en heel alledaagse conventionele bewapening stokte. Na ongeveer twee jaar dreigde dit beleid spaak te lopen.Ga naar eindnoot9. Toen verscheen Reagan met een geweldige politieke vondst ten tonele. Met veel bombarie blies hij een imponerende luchtballon op: het Strategisch Defensie Initiatief (sdi). Hiermee kon hij de aandacht van zijn problematisch defensiebeleid afleiden. De politieke discussie in het Westen werd nu vooral gedomineerd door vragen over de politieke en militaire wenselijkheid van sdi en de diverse gevolgen voor de veiligheidspolitiek van het Westen. Tevens wist hij een alternatief te verzinnen voor de vredesbeweging. Ook hij was overtuigd van de gevaren van de kernbewapening en meende nu een oplossing te hebben gevonden in de ontwikkeling van een conventioneel verdedigingsstelsel tegen binnenkomende kernwapenraketten. Op deze manier kon de regering Reagan enerzijds zowel haar verkwistend, exotisch en onevenwichtig defensiebeleid als de Koude Oorlog met Rusland voortzetten en anderzijds poseren als vredesengel. Dit bondige overzicht maakt de stelling plausibel dat Reagan vooral in de buurt van de pruimeboom heeft gewandeld en gezongen. Hij heeft de boom niet echt geschud en zich ook niet het krachtvoer toegediend om de boom bij gelegenheid eens stevig te schudden. Ook de bewapeningspolitiek van Reagan was meer toekomstig dan actueel, meer retorisch dan werkelijk. Zodra het ging om de handhaving van het afschrikkingsevenwicht en het voorkomen van een kernwapenoorlog verschilde zijn beleid niet echt van dat van zijn voorgangers. Dan veranderde de bruut die eens pruimen wilde jatten, in een moderne boomdokter die alle groen, onverschillig waar het vandaan kwam, wilde verzorgen. | |
Tolstoj en de grote mannen in de geschiedenisDe willekeurigheid van de conservatieve geschiedschrijving wordt overigens gekenmerkt door wat Tolstoj in zijn epos Oorlog en Vrede heeft genoemd een beschrijving van ‘[...] hele reeksen uiteenlopende, maar overbodige gebeurtenissen, zoals bijvoorbeeld alles, waardoor de Fransen naar Rusland trokken, wordt veralgemeend tot een gebeurtenis, een generalisatie, die zich gewoonlijk naar het resultaat van de reeks richt’.Ga naar eindnoot10. In een alternatieve analyse van het einde van de Koude Oorlog zou het ontstaan en de ontwikkeling van een langdurig politiek en cultureel veranderingsproces centraal komen te staan waarin West en Oost hebben moeten leren hun rivaliteit, zo men wil hun lust om de andere partij eventueel met geweld en oorlogvoering te elimineren, in te tomen. Volgens deze voorstelling is de Sovjetunie ‘vrijwillig’ uit het dwangbuis van de bewapeningswedloop ge- | |
[pagina 355]
| |
stapt. Het is een heel langzaam en vaak onzichtbaar verlopend proces geweest, dat werd versneld toen eenmaal Gorbatsjov in maart 1985 de macht had overgenomen. Het boek van Godfried van Benthem van den Bergh over de politieke implicaties van de kernwapenrevolutie sinds 1945 is een goede poging boven het niveau van de traditionele historische beschrijvingen van politieke conflicten en oorlogen uit te komen. Dat niveau heeft Tolstoj in zijn Oorlog en vrede bekritiseerd en gehekeld. Een van de grote problemen waarmee historici worstelen, is de rol van grote mannen, schurken, sterke en zwakke leiders in de geschiedenis. Vervolgens moeten zij het probleem van wilsvrijheid en determinisme behandelen. Heeft Napoleon de veldtocht naar Rusland in 1812 doelbewust gewild? Of vloeide dit voort uit de ontwikkelingen en uit de dwang van de situatie en de contingentie? Met dergelijke vragen heeft Tolstoj zijn roman afgesloten. Dit werd een epiloog in de vorm van een essay. Volgens hem kon men uit zijn daden niet iets als doelbewuste planning aflezen: ‘[...] want wat de bronnen te zien geven, zijn grote aantallen bevelen en wilsuitingen van de man zonder enig stelselmatig verband, zonder bewuste strekking vaak. Uit de lange, lange reeks onuitgevoerde bevelen van Napoleon heeft men een serie uitgevoerde bevelen voor de veldtocht van 1812 bijeengeraapt, niet omdat deze bevelen zoveel van de andere, de onuitgevoerde, verschillen, maar omdat ze juist samenvielen met de gebeurtenissen, die de Fransen naar Rusland leidden, evenals een afdruk van een schabloon niet tot stand komt doordat men de verfkwast welbewust hanteert, maar doordat over de in de schabloon uitgesneden letter de verf kriskras is uitgesmeerd’.Ga naar eindnoot11. | |
BesluitUitgaande van de civilisatietheorieën van Norbert Elias sluit Van Benthem van den Bergh aan bij het politiek en sociaal-wetenschappelijk onderzoek uit de afgelopen dertig jaar waarin wetenschapsbeoefenaren hoofdelementen en details van de Koude Oorlog onder de loupe hebben gehouden in een poging hun theorieën te verklaren. Hoe reageren staten en regeringen in tijden van crisis op elkaar? Wat is de invloed van sociaal-psychologische factoren op hun beeldvorming en hun perceptie van de internationale situatie? Wat is de rol van hun angsten en hun onderling wantrouwen? Welke interacties doen zich voor tussen mensen, wapens en strategieën? Wat zijn daarvan de gevolgen? Welke projecties kunnen optreden wanneer militaire bedreigingen het denken van regeringen en het politieke beleid gaan domineren? In dit type vraagstelling past de theorie van Van Benthem van den Bergh over de noodzaak van staten te komen tot onderlinge impliciete gedragsregels om de kans op het uitbreken van een kernwapenoorlog te verkleinen. En om de ontwikkeling te bevorderen van nieuwe gedragsregels en structuren waardoor ook in de toekomst de kans op zo'n catastrofe klein zou blijven. De geschiedenis die uit een dergelijke sociaalwetenschappelijke analyse te voorschijn treedt, kan niet gemakkelijk worden naverteld. Het boek is geen vertelboek of verhaal. Het bestaat uit een sociale theorie waarmee geprobeerd wordt de onderhavige relaties tussen verschillende gebeurtenissen te verhelderen. Een dergelijke theorie vraagt om een grondige en kritische behandeling om uit te maken hoe plausibel deze is en op welke manier deze aangevuld en verbeterd kan worden. In elk geval wordt hiermee de discussie over de recente en actuele geschiedenis op een hoger niveau getild dan dat van schurken en helden, wit en zwart. |
|