van verklaringen voor aanvoeren. Bijvoorbeeld de illustratie die de auteur zelf voor het omslag van zijn recentste boek (Het nachtelijk liefdesmaal) voorstelde: een sfeervolle foto van een liggend mensenpaar, gebeeldhouwd uit zand, tegen de achtergrond van diezelfde Mont-Saint-Michel. En zijn uitdagend beleden liefde voor kermisachtige prulletjes die zo foeilelijk zijn dat ze daardoor, aldus Tournier, weer iets moois krijgen. Verder is in zijn roman De meteoren veel plaats ingeruimd voor de vraag hoe je het naar believen kunt laten sneeuwen, regenen, waaien, kortom hoe je greep kunt krijgen op de grilligheid van het weer. Bovenal is er de passage in zijn autobiografische Vent Paraclet, waarin hij schrijft dat dit soort plastic speeltjes, in zichzelf besloten miniatuurwerelden, hem doen denken aan de monaden van Leibniz. Michel Tournier is een meester in het leggen van verrassende verbanden. Als om de chaos en onvoorspelbaarheid van het leven te bezweren spreidt hij een netwerk van relaties over het universum uit. En de aankoop van het kitscherige souvenir moet mij het gevoel hebben gegeven dat ik zijn netwerk nog wat hechter maakte, de wanorde wat verder terugdrong.
‘Die Tournier van jou heeft het weer bont gemaakt!’ Voor zover je het zelf al niet doet, zullen anderen wel zorgen voor een soort vereenzelviging van schrijver en vertaalster. Dus wanneer hij in de media provocerende uitspraken doet over gevoelige onderwerpen, wordt soms van de vertaalster een toelichting verwacht. Tournier heeft de neiging om extra hard terug te slaan als hij zich in een hoek gedreven voelt, waardoor sommige van zijn uitspraken, over abortus bijvoorbeeld, naar mijn mening nauwelijks zijn te verdedigen. Toch is je eerste, instinctieve reactie van vertaalster er een van solidariteit. De solidariteit die waarschijnlijk automatisch ontstaat wanneer je jarenlang ronddwaalt in andermans schepping, in een wereld die je tot in alle uithoeken moet verkennen om haar in je eigen taal onder woorden te kunnen brengen.
Uiteraard gaat de solidariteit gepaard met irritatie en plaatsvervangende schaamte. Door het trage tempo dat de vertaalarbeid vergt worden wijdlopigheid, herhaling en over-explicitering hinderlijk uitvergroot. De antwoorden van de auteur op vragen van interviewers blijken op den duur pijnlijk voorspelbaar. En waarom laten de romans die hij al sinds jaar en dag aankondigt zo lang op zich wachten? Zou de man er niet beter aan doen zijn krachten te sparen voor de schrijfarbeid, in plaats van ze te versnipperen over tv-optredens, zijn werk als jurylid voor de Prix Goncourt, de korte stukjes die hij schrijft in allerlei tijdschriften, de reizen die hij maakt om de Japanse, Spaanse of Hebreeuwse versie van een van zijn boeken te promoten?
Maar juist dank zij die versnippering is hij ook voor zijn vertalers zeer beschikbaar. Een gesprek met hem over vertaalproblemen eindigt veelal binnen een haag van boeken, bereidwillig uit alle hoeken van zijn pastorie aangedragen om details te verifiëren en duistere fragmenten bij te lichten. Vertalers hebben wat dat betreft een bevoorrechte positie ten opzichte van journalisten of wetenschappers. Immers, de vertaler geeft de schrijver een stem in een andere taal, en de schrijver heeft er alle belang bij dat die stem zo zuiver mogelijk klinkt.
Schrijver en vertaalster weten zich bij zo'n ontmoeting overkoepeld door het oeuvre. Er wordt een spel gespeeld van summiere verwijzingen. De schrijver heeft de vertaalster opgehaald van het station, ze passeren een stel bouwvakkers die met een pneumatische boor in de weer zijn en de schrijver mompelt: ‘Idris.’ De vertaalster heeft voor de schrijver komijnekaas en pompernikkels meegebracht en biedt ze aan als ‘vertroostingen van de Hollandse filosofie’. De schrijver heeft zijn rechterpols gekneusd en laat de aantekeningen in zijn dagboek zien, geschreven met de linkerhand: ‘Sinister dagboek...’ Signalen ter herkenning van De gouden druppel, Vrijdag, De elzenkoning. Zijn deze momenten van merkwaardige harmonie, waarin je met de schrijver rondwandelt in dat vertrouwde, diepzinnige, schitterende werk,