Marijke Höweler
Overuren in de schouwburg
Een succesvol acteur is iemand die zelf geen karakter heeft en zich bij ontstentenis daarvan bedient van dat van iemand anders, omdat hij terecht vreest in de omgeving te zullen oplossen als hij dat niet zou doen. Vandaar dat het raadzamer voor hem is om tijdens een fatale hartaanval Florence Nightingale te vertolken dan om de advocaat van de duivel te spelen, want ‘wie man sich bettet, so liegt man, es deckt einen da keiner zu’. Dit is de échte acteur (Admiraal, Thoolen, Streep, Mastroianni). Daarnaast kennen we een tweede soort, het bastaardtype. Dit wordt gekenmerkt door een dermate consistente persoonlijkheidsstructuur dat het Freuds Wiederholungszwang zelf uitgevonden kon hebben en stenisch als een blok beton van kikvors tot Kaiser Wilhelm zichzelf of een afsplitsing daarvan op de planken zet (Krabbé, Dresselhuys, Belmondo). Zij behoeven het plotseling overlijden niet te vrezen c.q. ernaar te verlangen, daar zij als gewone stervelingen geoordeeld zullen worden naar hun persoonlijke werken.
Zo lag dat ongeveer bij ons thuis. En omdat het zo'n handzame lijn is om langs te klagen, houd ik hem even aan.
Nu heeft zich destijds te onzent een afschuwelijk misverstand voorgedaan. Men heeft meer dan een decennium lang gedacht bovenstaande stellingen straffeloos te kunnen omkeren, waardoor zij als het ware ondersteboven aangeslagen op Luthers deur kwamen te hangen. Wat was het geval? Men meende in een ieder, wiens huid dunne plekken vertoonde, een begenadigd kunstenaar te moeten begroeten die van deze nood een toneeldeugd zou weten te maken. Ten tweede was men ervan overtuigd dat zich welhaast in elke pedante vlerk, die zichzelf vermocht te blijven herhalen en uitstraling bezat, een door Gods eigen adem aangeblazen acteertalent ophield. En het gevolg van dit alles is dat het tot op de dag van vandaag barst van de valse positieven tussen de vaderlandse schuifdeuren. Normaal valt je dat misschien niet zo op. Maar als je, zoals ik destijds, dagelijks in een gekkenhuis rondliep, dan ontkwam je eenvoudig niet aan de indruk dat je overuren zat te maken als je naar de schouwburg ging.
Achteraf is het wel begrijpelijk dat ons toneel in een openbare behandelkamer begon te verkeren. De slachtoffers van de zinsbegooche-