dere reden, misschien omdat er afvallers waren vanwege de recente ramp met de kernreactor van Tsjernobyl, misschien omdat het aanbod van docenten Russisch vanuit ons land nu eenmaal betrekkelijk gering is, waren er nog twee plaatsen beschikbaar. Hiervoor kwamen wij, beiden werkend aan een proefschrift, mijn vriend over Isaak Babel, ik over Osip Mandelstam, in aanmerking.
In Moskou waren wij gehuisvest in wat ik gemakshalve maar een appartement zal noemen, een tweepersoons studentenkamer in een van de machtige torens van het universiteitsgebouw, een ten tijde van Stalin gebouwde kolos, ontworpen om mensen het besef van nietigheid bij te brengen. Omdat ik bijna ieder gevoel voor oriëntering mis, is deze reusachtige wolkenkrabber met zijn vele zijvleugels evenals de immense stad met haar ondergrondse metrokluwen tot op de dag van vertrek voor mij één groot mysterieus doolhof gebleven, waarin ik zonder hulp vaak verloren ronddoolde. In het van kakkerlakken vergeven appartement deelde je douche en toilet, maar beschikte je elk over een eigen piepklein slaapgedeelte, waarin behalve een ijzeren bed nog wat sober meubilair in de weg stond.
Vanuit mijn raam op de veertiende verdieping - laat ik het niet mooier, of erger, maken door te beweren dat het de dertiende was - had ik een riant uitzicht op de plantsoenen en sportvelden die de universiteit omzoomden. Daarachter doemden onafzienbare rijen eenvormige, kleurloze flats op, onderdeel van het soort naargeestige woonoorden dat zich aan de periferie van elke grote Oosteuropese stad lijkt uit te strekken. Het schrijnende gebrek aan creativiteit dat de sovjet-bouwmeesters bij het ontwerpen van deze flatgebouwen aan de dag hebben gelegd, reduceert de opwinding in Nederland over het vermeende lage peil van onze architectuur tot niet meer dan een storm in een glas water. De gedachte dat miljoenen mensen tot aan hun dood hun dagen zouden moeten slijten in die betonnen woestenij stemde mij soms triest. Tegelijkertijd bespeurde ik op zulke ogenblikken bij mijzelf een bijna beschaamd gevoel van opluchting en dankbaarheid bij de wetenschap dat ik door een simpele speling van het lot ergens anders op de wereld was gezet en mij door stom toeval een dergelijk uitzichtloos bestaan bespaard was gebleven. Ja, de aanblik van Moskous buitenwijken leert je nederig te zijn.
De lessen vonden plaats in een bijgebouw van het universiteitscomplex. Afhankelijk van hun kennis en ervaring werden de cursisten ingedeeld in groepen van verschillende niveaus. Ik belandde volkomen ten onrechte bij de allerbesten. Die indeling had ik niet te danken aan mijn beheersing van het Russisch (die was bedroevend) als wel aan het feit dat ik bij de staf bekend stond als literatoerovjed, literatuurwetenschapper. Toen ik tijdens de kennismakingsles pochte dat ik met een boek over de dichter Osip Mandelstam bezig was - ik zei met opzet ‘boek’, omdat het volgens mij gewichtiger klonk dan ‘proefschrift’ - maakte dit op de Russische pedagoge vrij veel indruk, en ik verbeeldde mij dat ik sindsdien door haar en door andere stafleden altijd met extra egards werd bejegend.
Dat dit boek nog volop in de steigers stond en dat ik op dat moment hooguit vage ideeën had omtrent de definitieve vorm en inhoud ervan heb ik maar nooit verteld. En daar heb ik geen spijt van gekregen, want of ik de eretitel van literatoerovjed nu verdiende of niet, ze verschafte mij in elk geval een aparte status en veel krediet, waarvan ik zonder enige schroom heb geprofiteerd. Ik beschouwde het predikaat als een vrijbrief om de lessen steeds vaker te verzuimen tot ik er zo rond het midden van de tweede week maar helemaal de brui aan gaf. Hiervoor ben ik opmerkelijk genoeg nooit op de vingers getikt; ze lieten mij gewoon mijn gang gaan. Ik zag hierin eens te meer een bewijs van het diepe respect dat men over het algemeen in Rusland koestert voor alles wat maar enigszins verband houdt met poëzie.
Dichten, dichter zijn, over dichtkunst schrijven - het stelt daarginds nog echt iets voor, men houdt er terdege rekening mee, wat denk ik veel te maken heeft met de belangrijke