Buitenlandse literatuur
Een nieuw paradigma in de literatuurwetenschap?
Christel van Boheemen en Willem G. Weststeijn
Tijdens de redactievergaderingen van de rubriek ‘Buitenlandse literatuur’ van De Gids raakt de redactie nog al eens verwikkeld in een discussie over ontwikkelingen in de hedendaagse literatuurwetenschap.
Sommigen menen dat er reden is aan te nemen dat de literatuurwetenschap een ‘paradigmawisseling’ ondergaat en in een nieuwe fase terechtkomt. Tekenen daarvan zouden zijn een afnemende interesse in theorie pur sang, gepaard gaande met een groeiende belangstelling voor interdisciplinariteit en het interpreteren van het literaire werk. Bovendien valt, in het bijzonder in de Verenigde Staten, de tendens te constateren dat de literatuurwetenschap zich de functies van filosofie en cultuurgeschiedenis aan het toeëigenen is: in een aantal literatuurwetenschappelijke studies lijkt de literatuur ondergeschikt aan de opvattingen en ideologieën van de auteurs van deze studies zelf.
Omdat deze kwestie ons van breder belang lijkt, hebben we besloten een aantal ‘experts’ en ‘autoriteiten’ aan te schrijven met het verzoek te reageren op de volgende stellingen en vragen:
1. Het bestaansrecht van de literatuurwetenschap berustte tot voor kort op het idee dat het mogelijk was literatuur op een strikt wetenschappelijke wijze te benaderen. Bij dat idee worden de laatste tijd steeds meer vraagtekens gezet. Wat is uw opvatting hierover?
2. Er lijkt tegenwoordig een verschuiving op te treden in de literatuurwetenschap, zowel ten aanzien van het bestudeerde gebied als ten aanzien van de gehanteerde theorieën: behalve literaire worden ook historische, filosofische en theologische teksten onderzocht en er wordt minder strikt vastgehouden aan gevestigde literatuurbenaderingen. Soms lijken literatuurwetenschappelijke studies meer op cultuurhistorische of filosofische werken dan op werken waarin de interpretatie of theorie van literatuur centraal staat. In hoeverre acht u dit een juiste waarneming?
3. Zijn naar uw mening de eventuele veranderingen in de literatuurwetenschap een gevolg van:
a) | ontwikkelingen binnen het vakgebied zelf; |
b) | veranderingen in het maatschappelijk bestel waardoor de universiteiten een nieuwe plaats en functie krijgen; |
c) | ontwikkeling in de cultuur (is er een nieuwe cultuurhistorische stroming aan het ontstaan)? |
4. Voelt u zich door onderwijs, onderzoek of anderzins persoonlijk betrokken bij de hierboven geschetste (eventuele) veranderingen?