pelijke activiteiten. ‘De wetenschap tracteert ons op allerlei dingen waar we niet om gevraagd hebben. En als je dan aan die wetenschap vraagt: “Wat moeten we hiermee?”, krijg je als antwoord: “Dat moeten filosofen maar eens bekijken.”’ Wie nu denkt dat de humanistiek dus toch net zoiets is als theologie, heeft het mis: ‘We houden ons niet bezig met puur filosofisch-fundamentalistische overpeinzingen, maar koppelen dat aan praktijkproblemen.’ Een kritische wetenschap, normatief gefundeerd en ten dienste van de samenleving: het klinkt vagelijk bekend. Maar destijds met het Maagdenhuis lag het toch weer anders. Bovendien, het is uit de tijd, dat trappen tegen het establishment. Brood op de plank en publikaties in de kast, dat is veel belangrijker. De samenleving zit helemaal niet verlegen om een ‘kritiese’ wetenschap, leren de jongere generaties van hun universitair docenten. Die kunnen het weten, want ze waren er zelf bij.
Alleen in Frankfurt bleef het onrustig. Het heeft wel iets weg van een avontuur van Asterix en Obelix: de druïde heet in dit geval Habermas, zijn toverdrank de theorie van het communicatieve handelen, uit 1981. Wie ervan drinkt, weet zich gewapend tegen instrumenteel denken en al te strategisch handelen, de tactieken waarmee Romeinse legereenheden de wereld veroveren in hun tomeloze hang naar geld en macht. Het klinkt alsof men daar in Utrecht ook een slokje genomen heeft. En voorwaar, onze eigen Obelix, die als kind in een ketel met toverdrank viel, is als een van de eersten de nieuwe nederzetting komen versterken: Harry Kunneman, voorheen sociaalfilosoof aan de Universiteit van Amsterdam, is er hoogleraar geworden. Zijn vakgebied is nu ‘theorie en praktijk van het geestelijk werk, in het bijzonder de praktische humanistiek’. Of, in de woorden waarmee hij zijn inaugurele rede begon: ‘Uitgedrukt in termen van het bekende onderscheid tussen harde en zachte wetenschappen geniet ik waarschijnlijk de eer om vanmiddag de zachtste leerstoel van Nederland te mogen aanvaarden.’
De Universiteit van Amsterdam verliest met Kunneman niet alleen een studententrekker, zoals Folia meldt, maar ook een levendig en begaafd denker. Zijn omgang met de filosofie is het best te omschrijven als een spannend en bij tijden hoogst amusant avontuur. Ik ken maar weinigen die dat gegeven is. Kunneman werd bekend door de samenvatting van Habermas' theorie, die hij in 1983 publiceerde. Het is een handzaam boekje, waarin hij Habermas' lange reis door sociale wetenschappen en kennistheorie met grote stappen volgt. Ik heb er veel plezier van ondervonden wanneer ik behoefte had aan wat wijsheid, maar mij er niet toe kon zetten de dicht bedrukte bladzijden Gründlichkeit geheel onwetend tot me te nemen. Zijn bemoeienis met Habermas resulteerde drie jaar later in een proefschrift: De waarheidstrechter, een communicatie-theoretisch perspectief op wetenschap en samenleving. De waarheidstrechter is het geheime wapen van de westerse wetenschap: ‘Om welke problemen het ook gaat, deze trechter staat klaar om ze in zijn brede opening op te vangen en zodanig te kanaliseren dat er een rationele, wetenschappelijk verantwoorde oplossing uit de trechter te voorschijn komt.’ Daar zou geen kwaad in schuilen, ware het niet dat de trechter tegelijkertijd ‘normatieve, expressieve en ethische aspecten tot een irrationele, onverwerkbare rest reduceert’. Om een afweermiddel hiertegen te vinden volgt een boeiende expeditie door kennisland. Dat de theorie van Habermas een cruciale rol heeft in de goede afloop mag geen geheim heten. Maar voordat het zo ver is en de oude en nieuwe vrienden zich om de tafel kunnen scharen, is er heel wat gebeurd.
Het zou te ver voeren om de kracht van Kunneman geheel aan Habermas toe te schrijven. Zij zijn ontegenzeggelijk stamgenoten. Niet alleen delen ze het streven naar een maatschappelijk zinvolle wetenschap(sbeoefening), ook paren beiden een voorliefde voor het brede gebaar aan gedegen studiezin. Zelfs Habermas' voorkeur voor driedelingen lijkt bij Kunneman terug te keren, ware het niet dat hij in De waarheidstrechter een vierde deel nodig had