De Gids. Jaargang 153
(1990)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 383]
| |
Politiek leven
| |
[pagina 384]
| |
ligheidssituatie wordt gevoed door een denken en houding waardoor de mensen niet geleerd wordt met conflicten te leven. Deze benadering heeft soms rampzalige ontwikkelingen in de hand gewerkt, want de mensen die merkten dat de automatische werkwijze niet werkte, werden vaak aanhangers van de gewelddadige oplossing van conflicten. De verwachting dat staten zullen opgaan in hogere politieke eenheden die beter passen bij een vermeend ideaalbeeld van de wereldpolitiek en dat mensen doelmatig hun leven en maatschappij zullen inrichten, berust op een gevaarlijk misverstand, namelijk dat groot beter is dan klein en eenheid te verkiezen is boven verdeeldheid en verscheidenheid. Het einde van de Koude Oorlog houdt niet in dat de Verenigde Staten en Rusland niet langer elkaars rivalen zijn. Dat einde betekent dat bepaalde benaderingen en mogelijke oplossingen van het conflict en de rivaliteit naar de achtergrond worden geschoven waardoor nieuwe vormen en benaderingen van vredeshandhaving op de politieke agenda zullen worden geplaatst. Houdingen, waarden, voorstellingen, beschouwingswijzen en percepties van mensen veranderen niet snel. De cultuur is een even weerbarstige en moeilijk te veranderen factor als bijvoorbeeld de economie. Om deze reden kan men ervan uitgaan dat ingebeelde veiligheidsangsten, politieke waanvoorstellingen en doemdenken niet gemakkelijk verdwijnen. Ze bezitten slechts een oppervlakkige relatie met de werkelijkheid en de feiten. En ze kunnen ook moeilijk weerlegd en geëlimineerd worden met behulp van de feiten en de werkelijkheid. Eigenlijk kan men stellen dat het stagneren van de materiële ontwapeningspolitiek, de heropleving van nationalisme en etnocentrisme in verschillende delen en landen van Europa en het nieuwe doemdenken factoren zijn die mede in het licht van een oppervlakkige beschouwingswijze van de internationale politiek, een nieuw militarisme, een nieuwe Koude Oorlog en bewapeningswedloop en nieuwe veiligheidspercepties of veiligheidsangsten zullen legitimeren. Het anti-communisme als het leidende principe in de buitenlandse en defensiepolitiek en de democratische staten van Europa en Amerika, is weggevallen en daarmee is de geloofwaardigheid van de traditionele veiligheidsangsten en militaire doembeelden verdwenen. Een bindend vijandbeeld is weggevallen. Kunnen mensen en maatschappijen wel buiten een vijandbeeld? Dreigen zij niet het slachtoffer van desintegratie te worden zodra zij niet van buitenaf worden bedreigd? Deze vragen kunnen ontkennend worden beantwoord. De Europese Gemeenschap groeit het snelst nu het Russische gevaar verdwenen is. Als gevolg van het wegvallen van de kapitalistische vijand maakt de Sovjetunie geen proces van verdeeldheid, verbrokkeling en desintegratie door. De feitelijke oorzaken daarvan zijn gelegen in het feit dat het vroegere dictatoriale stelsel alle problemen en conflicten had ingevroren. Met de hervormingen kwamen deze te voorschijn, maar de ervaringen, regels, methoden en instrumenten om creatief met deze conflicten om te gaan, ontbraken nu eenmaal. Staten en gemeenschappen hebben geen vijandbeelden en een externe bedreiging nodig om een proces van grotere samenwerking en integratie tot stand te brengen. Toch worden vijandbeelden, doemdenken en ingebeelde veiligheidsangsten nog gretig gekoesterd. Niet omwille van henzelf, maar vaak omwille van hogere waarden zoals wereldpolitiek, veiligheid en vrede. Is dit een geseculariseerde variant van de dreiging met hel, vagevuur en verdoemenis als een aansporing het goede te doen? En welke totalitaire politieke ideologie verschuilt zich achter deze vijandbeelden en dit doemdenken? Ik ben langzamerhand geschrokken van een nog impliciet en onopgemerkt doemdenken dat als vijandbeeld de Derde Wereld koestert. Dit doemdenken gaat uit van het beeld dat Beiroet en Libanon het model van de wereldsamenleving vormen: multi-raciaal, multi-cultureel, multi-religieus. In deze smeltkroes is een oorlog van allen tegen allen uitgebroken en dit kan in vele steden en in vele landen ge- | |
[pagina 385]
| |
beuren. Het beeld lijkt te berusten op waarneming en analyse, maar in werkelijkheid ontmoet men hierin het vijandbeeld van het radicalisme in de Derde Wereld dat gemakkelijk een lont in het kruitvat kan werpen. In de Derde Wereld doen zich vele gewelddadige oorlogen voor. Er heersen daar soms bizarre onberekenbare en bloeddorstige tirannen. In landen van de Derde Wereld begint volgens velen in het Westen de drugsellende. Bovendien vindt het terrorisme in de wereld daar zijn onderdak en krijgt daar vaak zijn opleiding. Staten in het Midden-Oosten, zoals Irak, Iran, Syrië en Lybië zijn bijna terroristische staten die ook nog willen experimenteren met massavernietigingswapens en mogelijk niet terugschrikken voor genocide. Tenslotte treft men in dat gebied een religieus fanatisme aan dat mogelijk onder de vlag van de ‘heilige oorlog’ een spoor van vernietiging door de geschiedenis zal trekken. De Derde Wereld draagt ook bij tot een grotere milieu-onveiligheid, omdat door haar toedoen de oceanen en zeeën nog meer vervuild worden en de longen van de aarde, te weten de grote tropische regenwouden, vernietigd worden. Tenslotte is de Derde Wereld geen toonbeeld van democratie.Ga naar eindnoot1. Het onderhavige doemdenken en de daarmee verbonden vijandbeelden kunnen door een onvermoede samenloop van omstandigheden en ontwikkelingen uitmonden in een kruistocht ten behoeve van de democratie, militaire campagnes tegen milieudelinquenten, interventies in landen waar ondemocratische en gewelddadige regimes heersen, militaire bestrijding van de produktie van en de handel in drugs, en tenslotte oorlogvoering tegen regeringen die genocide in hun schild voeren. Dit doemdenken legitimeert bij voorbaat al de nieuwe functies van de militaire apparaten en van de bewapening: militairen als politie-een-heden ingezet in brandhaarden om de economische, politieke en milieuveiligheid in de wereld te vergroten en om het diffuse politieke geweld van terroristen te bestrijden en te elemineren. Ik denk dat we hier te maken hebben met pleidooien voor een militaire of quasi-militaire aanpak van probleemgebieden die bijna altijd door middel van civiele procedures en maatregelen tot een oplossing kunnen worden gebracht. De militairen verliezen grotendeels hun functie in de relatie tussen West en Oost en hebben in de loop van de twintigste eeuw al verschillende traditionele functies verloren. Via het spookbeeld van het terrorisme en het radicalisme van en in de Derde Wereld krijgen zij taken toebedeeld die waarschijnlijk beter door civiele organisaties kunnen worden uitgevoerd. Tijdens de Koude Oorlog werd de Derde Wereld gevraagd en ongevraagd het slachtoffer van directe en indirecte interventies van de zijde van het Westen of van de kant van Moskou, omdat beide supermogendheden vreesden dat de Derde Wereld door de tegenpartij beheerst zou worden. Nu in de Verenigde Staten als ook in Rusland de politieke agenda vooral bepaald zal worden door binnenlandse prioriteiten en nu in het bijzonder Rusland zich heeft teruggetrokken uit een reeks conflicthaarden in de Derde Wereld, zou het een ramp zijn wanneer in dit nieuwe tijdvak de Derde Wereld geen ongestoorde ontwikkeling gegund wordt. Via het medium van dit doemdenken en deze ingebeelde veiligheidsangsten kunnen onder invloed van etnocentrisme en nationalisme het daadwerkelijke gebruik van strijdkrachten in de Derde Wereld tezamen met kanonneerbootdiplomatie toenemen waardoor op de lange duur tussen de hoog geïndustrialiseerde staten en hoge inkomenslanden nieuwe vormen van koude oorlog, wapencompetitie en politiek antagonisme zullen ontstaan. Het vijandbeeld van de Derde Wereld ontmoet men in de staten van Midden-Europa, West-Europa en de Verenigde Staten. Het voedt een reeks ingebeelde angsten naar aanleiding van schijnbaar concrete voorbeelden en het doemdenken verleent aan de zoëven beschreven beschouwingswijze en oplossingen een zekere consistentie. |
|