De Gids. Jaargang 152(1989)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 214] [p. 214] Gerrit Kouwenaar Drie gedichten Niet ver van de weg Ontdek het moment, het is leeg, het ligt niet ver van de weg, de heg er omheen staat voor niets, dus weiger zijn rijm, breek bot weg de volgzame reis af, kraak leegstand, bezet leg steen in het uitzicht, maak kunstlicht, verteer hoe men vroeger zich uitvrat, besta het bederf onteigen het eten, bezit het vergeten, her inner geen uitweg, wees binnen, weeg niets dan het lood dat men nabootst, terwijl men zijn vleugels openvouwt dichtvouwt terwijl men - [pagina 215] [p. 215] Een geur van verbrande veren Men komt thuis, het is maart, men ontsluit het verwinterde huis, afzijn gebrek hebben webben gestrikt, meeëters verteerd, de uil door de schoorsteen de dood in gedreven de vloer vol hulpeloos dons, de boeken kalk wit bescheten, de glazen aan gruizels op het eeuwige bed een proper karkas met machtige vleugels wat heeft men gedaan vandaag? takken geraapt, de kwijnende vlier beklaagd vuur gestookt van afval - [pagina 216] [p. 216] Vrouw met honden Niets dan het steenpad de stenen het steen en de leegte die zelfs de verte versteent dat men hier vastloopt, dat er niets klikt dat men zich neerlegt bij wat er al is dat men bevreemd is dat men hier thuishoort dat men zich meedeelt in wat niet gebeurt dat de vrouw met haar honden voorbijkomt dat zij geen dag zegt, geen nacht, dat haar honden niet likken, niet blaffen - Vorige Volgende