Stalin ontketenden en die uitmondde in de liquidatie van de koelakken te vergelijken met de ‘rassenmoord’ en ‘Endlösung’ die Hitler en Himmler op hun geweten hadden? Kortom, is Auschwitz het ‘Arische antwoord’ geweest op de ‘Aziatische’ Goelag?
Voor een positief antwoord op deze vraag traden de filosoof Ernst Nolte, de journalist Joachim Fest en de historici Andreas Hillgruber, Klaus Hildebrandt en Michael Stürmer in het krijt. De soms ongemeen felle kritiek daarop werd onder andere verwoord door de socioloog Jürgen Habermas, uitgever/journalist Rudolf Augstein en de historici Martin Broszat en Hans Ulrich Wehler. Toegegeven, de indeling is wat grof en doet geen recht aan de nuances die in Duitsland zeker ook in acht werden genomen, maar dat moet bij deze maar even op de koop toe genomen worden.
In Nederland is de vraagstelling tot nu toe niet anders geweest. Wat er hier de afgelopen maanden te berde is gebracht, is niet veel meer dan een kopie van de ‘Historikerstreit’ in de Bondsrepubliek. Zelfs tussen de verschillende wetenschappelijke disciplines (geschiedenis en sociale wetenschappen) hebben zich bijna identieke tegenstellingen gemanifesteerd. In Duitsland werden de eerste stenen in de ‘Historikerstreit’ in eerste instantie vooral door die historici geworpen die zich in de jaren zestig - toen woedde er ook al een vergelijkbare discussie rond de these van Frits Fischer (Griff nach der Weltmacht) dat ook de Eerste Wereldoorlog op het conto van het Wilhelminische Duitsland moest worden geschreven - nog niet zo hadden geroerd. De sociale wetenschappers en literatoren die in de jaren zestig wel hadden deelgenomen aan het fascismedebat traden er vervolgens in het geweer tegen deze dreigende vervaging van de schuldvraag.
Zo ging het vooralsnog ook in Nederland. De historicus Nanno In 't Veld, medewerker van het Rijksinstituut voor oorlogsdocumentatie, plaatste zich onlangs tijdens een studiedag van post-doctorale historici aan de ene zijde van de krijtlijn. Het werd tijd voor een vergelijkend onderzoek, was zijn stelling. Zolang Auschwitz niet tegen het Siberische concentratiekamp Kolyma, de ss niet tegen de stalinistische geheime dienst nkvd waren afgezet, dienden de tegenstanders van de vergelijking tussen beide totalitaire regimes zich enigszins koest te houden.
Aan de andere kant posteerde zich vorige maand de polemoloog Herman de Lange. In het kielzog van Habermas nam hij in De Gids van maart stelling tegen ‘nieuw en oud rechts’, tegen de ‘restauratieve en apologetische opvattingen in het politieke klimaat en in de geschiedschrijving over het Derde Rijk’ van de ‘betrapte’ historici in het ‘conservatieve’ kamp. Inderdaad, met minder verbaal geweld wilde De Lange het niet doen. Aan het slot van zijn artikel kwam er dan ook een aapje uit zijn mouw. Op de keper beschouwd zouden de Duitsers zich volgens De Lange niet moeten bezighouden met hun nationale identiteit. Nationale geschiedschrijving is uit de tijd. Nu de Duitsers zich eindelijk hebben laten integreren in de verlichte politieke cultuur van het Westen is er geen reden meer voor terugblikken op de oude ‘Mittellage’ van Berlijn. Nee, er is nu behoefte aan ‘lokale, regionale en bovennationale geschiedenis, aan mentaliteitsgeschiedenis’.
Voor zowel de vraagstelling van In 't Veld als de positie van De Lange is wat te zeggen. Dat ligt ook voor de hand, zij borduren beiden immers voort op het Duitse voorbeeld.
Toch begint de Nederlandse kopie van de ‘Historikerstreit’ me te irriteren. Niet omdat het onzin zou zijn om het onderzoek te doen waarom Nanno In 't Veld heeft gevraagd. De hypotheses die hij lanceerde, schreeuwen om nadere studie. Wie daar a priori niet aan wil, is vooral bang voor de definitieve ontmaskering van het communisme. Want ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat de kritiek op In 't Velds uitgangspunt vooral wordt ingegeven door angst: de vrees voor een confrontatie met het eigen wat smoezelige verleden van de generatie der jaren zestig, zeker van hen die zich toen ‘positief kritisch’ verklaarden over de Sovjetunie of dweepten met Mao's Culturele Revolutie.