De Gids. Jaargang 151
(1988)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermdJohan Polak
| |
[pagina 227]
| |
het einde van de bange jaren dertig heeft geschreven, vermoedelijk zonder te beseffen dat het zijn laatste zouden zijn, maar wel sprekend voor de zienersgave die de grote dichter eigen is: ... hier ligt het maansteenrif
dat stand houdt als de vloed ons overvalt
en de cultuur gelijk Atlantis zinkt;
hier alleen scheert de wiekslag van het licht
de kim van het drievoudig continent
dat aan ons lied den blanken weerschijn schenkt
van zacht ivoor en koolzwart ebbenhout,
en in den dronk den geur der rozen mengt met de
extasen van den wingerdrank.
hier golft de nacht van 't dionysisch schip
dat van de Zuilen naar den Hellespont
en van Damascus naar den Etna zwierf;
hier de fontein die naar het zenith sprong
en regenbogen naar de kusten wierp
van de moskee, de tempel en het kruis.
hier heeft het hart de hoge stem gehoord waardoor
Odysseus zich bekoren liet
en 't woord dat Solon te Athene sprak;
en in de branding dezer kusten brak
de trots van Rome en van Babylon.
uit: Tempel en kruis, 1939
Wat valt hier aan toe te voegen? Marsman verdronk op de vlucht voor de Duitse barbaren, toen de boot, waarop hij wegvoer, de vrijheid tegemoet, in het eerste jaar van de tweede wereldoorlog getorpedeerd werd, Boethius, de laatste grote wijsgeer van de oudheid, stierf in de zesde eeuw, gemarteld zijnde, een vreselijke dood op last van koning Theodorik, die zich, oud geworden, bedreigd voelde door de senatoriale oppositie van de aanzienlijksten onder de Romeinse burgers. Hoe lang doet de natuur er over zulke breinen te scheppen, hoe vlug zijn zij verwoest? Niettemin, om Marsman te citeren:
zolang de europese wereld leeft
en, bloedend, droomt den roekelozen droom
waarin het kruishout als een wijnstok rankt,
ruist hier de bron, zweeft boven deze zee
het lichten van den creatieven geest.
[ibidem]
Zal de creatieve geest stand houden? Wat is er inmiddels overgebleven van de Europese wereld? Europa, eens verbonden, zoals Norbert Elias onlangs in besloten gezelschap opmerkte, door de eenheid van de christelijke kerkgemeenschap, door de torenspitsen die zich in elk land afzonderlijk op gelijke wijze ten hemel verhieven. Het hart van dat oude Europa - Midden-Europa (die goudmijn van joodschristelijke cultuur) - is eruit weggesneden, omgebracht in de dodenkampen. Steen voor genummerde steen zijn de verwoeste steden soms weer opgebouwd, maar de mensen zijn weg, het pulserende leven is eruit verdwenen, het lijken Potemkin-dorpen, waarover zich een vijandige hemel spant...
Enige zwaarmoedigheid aangaande de toekomst is wellicht op zijn plaats, een alles overheersend pessimisme stellig niet. Liever dan met u te wenen, wil ik mij met u bezinnen op datgene wat ons te doen staat om ons geestelijke erfgoed voor nieuw onheil te bewaren.
Ontvang herhaalde dank voor de moeite die u zich hebt willen getroosten mij te schrijven. Ik heb van uw consolatio veel, zeer veel geleerd.
Uw Johan Polak |
|