De Gids. Jaargang 151(1988)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 203] [p. 203] Jan Kostwinder Drie gedichten Insula Dei Hoe is het, ondergedoken? Droomde je van waar ze apen uit de bomen schoten? (Geef me 1000 metaforen om iets van je aan te duiden: alle zal ik ze gebruiken.) Die er niet is, is in ons midden als een onbezette plaats aan tafel. - Hij heeft de ogen van Agge, zegt mijn tante. Suker om de krule. Je liep over de gang in zebrapak. Insula, Insula Dei - het mooiste vleermuishoofd had jij. Over het tuinpad naderde een vrouw met een kleine jongen op haar arm, je zag het door het kelderraam. Haar rokken waaiden op. De oorlog was voorbij. [pagina 204] [p. 204] Kleine verandering Dit landschap is leeg, want gebrandschat. Rood bedruppeld heeft het geen vorm dan die van de dood, engel van lood. Kleine verandering: Anselm Kiefer maakt de voren in de aarde nog wat dieper. Niet eerder viel het beeld zo samen met het ding. [pagina 205] [p. 205] Grondgas Wie rook het grondgas en zag Hermann's sporen in de voren, dode varens achter glas? Anselm Kiefer lacht, het hout vermolmt onder zijn handen. De moeren branden. Vorige Volgende