De Gids. Jaargang 150
(1987)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 178]
| |
Derek Phillips
| |
[pagina 179]
| |
land wordt toegekend aan persoonlijke verantwoordelijkheid voor eigen slagen of falen in het leven leidt tot een veel groter gevoel van collectieve verantwoordelijkheid voor en collectief begaan zijn met het lot van maatschappelijk zwakken dan in de Verenigde Staten. Met andere woorden: het hogere en humanere niveau van sociale voorzieningen in Nederland lijkt een direct gevolg te zijn van exact diezelfde Nederlandse eigenschappen die ik eerder heb gekritiseerd. En het beschamend lage voorzieningenniveau in de Verenigde Staten is de keerzijde van de medaille van het Amerikaanse individualisme.Ga naar eind2. | |
IIn dit opstel wil ik mijn eerdere beschouwingen over de verschillen in karakter en gedrag tussen Nederlanders en Amerikanen verder uitwerken. Gezien de beperkte ruimte die mij hier ter beschikking staat kan ik deze verschillen slechts kort en vrij oppervlakkig belichten. Zo zal ik niet nader ingaan op de historische oorsprong van de sterke nadruk op het individu in Amerika en de navenante Nederlandse nadruk op de groep.Ga naar eind3. Ik wil daarentegen in grote lijnen bepaalde culturele waarden en ervaringen behandelen die in deze twee samenlevingen volkomen verschillend zijn. Maar al te vaak zijn het vooral de talrijke oppervlakkige overeenkomsten tussen de Verenigde Staten en Nederland die onderkend en geaccentueerd worden - vooral door buitenlandse bezoekers. Maar achter deze overeenkomsten gaan dikwijls diepgaande verschillen schuil in het proces van opgroeien en volwassen worden in beide samenlevingen. Om mijn opmerkingen en oordelen over de karakterstructuur en het sociale gedrag van de Nederlander te begrijpen is het, naar ik meen, noodzakelijk deze verschillen nader te onderzoeken. Ik zal in mijn bespreking dus zowel ‘de Nederlander’ als zijn Amerikaanse tegenhanger moeten betrekken. In het bijzonder wil ik de aandacht vestigen op het sociale verschijnsel van het verlaten van het ouderlijk huis in beide samenlevingen. We zullen zien dat het belang dat in de Amerikaanse samenleving wordt gehecht aan ‘uit huis gaan’ sterk contrasteert met het Nederlandse gevoel van saamhorigheid. Maar in eerste instantie zou ik het begrip individualisme nader willen bezien. | |
IIDe term ‘individualisme’ gebruik ik kortweg ter aanduiding van de overtuiging dat een samenleving bestaat uit autonome, gelijkwaardige mensen wier inherente waardigheid en intrinsieke rechten belangrijker zijn dan die van welke grotere, samengestelde groep ook.Ga naar eind4. Een van de belangrijkste elementen in dit ideaal van individualisme in de Amerikaanse samenleving is het enorme belang dat wordt gehecht aan zelfstandigheid en het persoonlijk verantwoordelijk zijn voor wat men in het leven bereikt. Verschillende buitenlandse beschouwers hebben deze sterke nadruk op voor zichzelf zorgen en op eigen kracht iets bereiken opgemerkt. De Franse socioloog Crozier noteert in een beschouwing over jongeren in de Verenigde Staten dat deze ‘vergeleken met hun Europese en Japanse leeftijdsgenoten veel eerder leren om voor zichzelf te zorgen’.Ga naar eind5. Dat geldt zeker in vergelijking met jongeren in Nederland. Terwijl het in Amerika als een normaal onderdeel van de ‘karaktervorming’ wordt beschouwd dat jongens en meisjes uit de middenklassen allerlei bijbaantjes hebben - kranten rondbrengen, babysitten, werken in de horeca en andere soorten ongeregeld werk - lijkt in Nederland de mening te overheersen dat kinderen tegen dergelijke ervaringen beschermd dienen te worden. Als er geen financiële noodzaak bestaat, worden Nederlandse jongeren in het algemeen niet aangemoedigd om het soort onaanzienlijke werkzaamheden te verrichten dat in de Verenigde Staten als een essentieel onderdeel van de karaktervorming geldt. Ook in ruimere zin wordt voorbereiding op latere onaf- | |
[pagina 180]
| |
hankelijkheid nauwelijks gestimuleerd noch erg hoog aangeslagen. In de Verenigde Staten wordt echter wel degelijk grote waarde gehecht aan onafhankelijkheid. Dit ideaal wordt vaak wel zeer prozaïsch uitgedrukt in de stelling dat de mens slechts verdient waarvoor hij heeft gewerkt. Bijgevolg is het individu in economisch opzicht in de eerste plaats op zichzelf aangewezen. In hun onlangs verschenen boek Habits of the Heart melden Bellah c.s. dat zij hebben vastgesteld dat Amerikanen in overgrote meerderheid dit ideaal van emotionele en economische onafhankelijkheid onderschrijven. Zij stellen dat Amerikanen ‘slechts als zij kunnen zeggen op eigen kracht in het leven geslaagd te zijn, het gevoel hebben hun succes te hebben verdiend’.Ga naar eind6. Vele Amerikanen verklaren - in overeenstemming met de waarde die zij hechten aan het voor zichzelf zorgen en op eigen kracht slagen in het leven - het falen van anderen als gevolg van een gebrek aan zelfdiscipline of onwil om hard te werken.Ga naar eind7. In Nederland wordt falen daarentegen eerder toegeschreven aan factoren die geheel buiten de macht van het individu liggen: ziekte, stress, ernstige persoonlijke problemen, onvoldoende begeleiding of gewoon ‘omstandigheden’. Wanneer externe invloeden ter sprake worden gebracht, dienen deze altijd om het individu vrij te pleiten en de schuld elders te zoeken. Naast zelfstandigheid is ook ‘autonomie’ een essentieel begrip dat ten nauwste samenhangt met de hang naar individualisme in de Amerikaanse samenleving. Ook hierin ligt weer de opvatting besloten dat de mens voor zichzelf verantwoordelijk is. Maar bij autonomie ligt de nadruk vooral op het unieke, ongebonden, afzonderlijke ‘ik’. In zekere zin wordt de mens geacht de architect van zijn eigen ziel te zijn. Voor zover mogelijk dient hij zelf in volle vrijheid zijn weg te bepalen, te vinden en te realiseren - dit in tegenstelling tot een wezen dat sociaal gevormd, voorgeprogrammeerd of geproduceerd is volgens de eisen die een groep of samenleving stelt. Dit alles staat lijnrecht tegenover de nadruk die in de Nederlandse samenleving ligt op het ervaren en definiëren van zichzelf in termen van de groep waartoe men behoort en de relaties die men met anderen onderhoudt. | |
IIIIn de Amerikaanse samenleving is ‘het huis uitgaan’ een belangrijke voorwaarde om autonoom en onafhankelijk te worden.Ga naar eind8. Natuurlijk verlaten in alle samenlevingen kinderen op zeker moment het ouderlijk huis. Maar veel sterker dan in Nederland heerst in Amerika het idee dat kinderen ‘voor hun eigen bestwil’ het nest uitgeduwd moeten worden. In de Verenigde Staten worden jongeren geacht zelf te onderzoeken en te experimenteren, misschien een heel andere richting in te slaan en mogelijkheden te creëren om de eigen verlangens te verwezenlijken. Om te slagen in het leven, om uit te munten, zich van anderen te onderscheiden, zijn eigen stempel op de wereld te drukken en zich in denken en doen vrij te maken dient de jongere het ouderlijk huis te verlaten. Als het al niet eerder is gebeurd, zal dat vertrek in elk geval plaatsvinden wanneer de jonge Amerikaan naar college of universiteit gaat. Contact met de ouders blijft in de meeste gevallen beperkt tot de vakanties. Na voltooiing van de opleiding zal de jongere zeker niet meer bij zijn ouders wonen: niet alleen woont hij of zij in een eigen huis, maar vaak ook in een andere woonplaats die niet zelden in een heel ander deel van het land ligt. Veel sterker dan in Nederland leeft de verwachting dat het kind een leven zal gaan leiden dat nagenoeg geen verbindingen meer heeft met dat van zijn ouders. Zo is alleen al de geografische mobiliteit een factor die verhindert dat men verstrikt raakt in een net van familierelaties, vriendschappen, contacten van studie of werk, kortom - banden met mensen die men langdurig kent. Die mobiliteit betekent dat vrienden en verwanten geografisch verstrooid zijn en heeft tot gevolg dat de continuï- | |
[pagina 181]
| |
teit van een gezamenlijk verleden grotendeels ontbreekt. Bij elkaar vormen geografische mobiliteit, arbeidsmobiliteit, afstand tot ouders en verdere familie en de betrekkelijke onbekendheid van de woonplaats waar men terechtkomt een achtergrond die de uitdrukking ‘het huis uitgaan’ een betekenis verlenen die in een klein land als Nederland nauwelijks voorstelbaar is. Ik zal uiteraard niet ontkennen dat ook Nederlandse jongeren het huis uit gaan. Maar zij doen dat op kleinschaliger, minder dramatische wijze dan in de Verenigde Staten. Zelfs als ze uiteindelijk financieel onafhankelijk worden en een eigen gezin stichten, duren hun regelmatige contacten met ouders, broers en zusters en andere familieleden voort. Men blijft elkaar ontmoeten voor de vele geritualiseerde activiteiten die in het Nederlandse leven zo'n grote plaats innemen: verjaardagen, huwelijken, doopplechtigheden, jubilea, eindexamens enzovoort. In de allereerste plaats wordt hiermee een intens hunkeren naar ‘gezelligheid’ bevredigd. Veel sterker dan in de Verenigde Staten worden dus nauwe familiebanden tussen ouders en kinderen (van de wieg tot het graf) onderhouden en blijft men participeren in een verscheidenheid van relaties met oude vrienden en kennissen. Aangezien autonomie, zelfstandigheid, persoonlijk succes en zelfverwerkelijking in Nederland zoveel minder gewaardeerd worden dan in de Verenigde Staten,Ga naar eind9. zal het niemand verrassen dat zo weinig belang wordt gehecht aan het verlaten van het ouderlijk huis. In feite zouden de Nederlandse idealen van eerbied voor de traditie, groepsloyaliteit, collectieve inzet en wederzijdse afhankelijkheid ernstig in het gedrang komen als ‘uit huis gaan’ in de Amerikaanse zin van het woord hier ooit een normale ervaring zou worden. Amerikaanse universitaire studenten worden, zoals ik al zei, gewoonlijk aangemoedigd om ver van huis te gaan studeren. In Nederland bezoeken studenten daarentegen in het algemeen een universiteit in de buurt van hun ouderlijk huis (en waarom ook niet? Tenslotte zijn in de Nederlandse ideologie alle universiteiten ‘gelijk’). Op die manier worden de meeste Amerikaanse studenten geconfronteerd met de situatie dat zij in een vreemde stad waar zij geen mens kennen alleen een nieuw leven moeten beginnen, terwijl deze ervaring aan de overgrote meerderheid der Nederlandse studenten onthouden blijft. Vele Nederlanders zullen eigenlijk zelden of nooit ervaren wat het betekent om lange tijd te midden van volkomen vreemden te verkeren. Ook wat werk betreft zijn Nederlanders veel meer dan Amerikanen geneigd om een baan te zoeken in de omgeving waar zij al wonen en hun hele arbeidsleven lang een zelfde soort betrekking te vervullen en binnen hetzelfde beroep te blijven. In Amerika veranderen elk jaar zo'n twintig procent van alle gezinnen van woonplaats, tegenover nog geen vier procent in Nederland. En terwijl een verhuizing in de Verenigde Staten meestal betekent dat men naar een ander deel van het land vertrekt, blijft zestig procent van de Nederlandse verhuizers binnen dezelfde provincie.Ga naar eind10. Het zal dan ook duidelijk zijn dat ‘het huis uitgaan’ voor de meeste Nederlanders een volstrekt andere culturele ervaring is dan voor het merendeel der Amerikanen. Vooral Amerikanen uit de middenklassen, die zowel in geografisch opzicht als naar beroepsleven mobiel zijn, zullen familieleden en oude vrienden waarschijnlijk snel uit het oog verliezen. Zij zullen psychologisch en fysiek in hun verdere leven een grote afstand hebben tot die vroege relaties en hun sociale contacten in ruimere zin zullen her en der verspreid en uiteenlopend van aard zijn. Bij paren waarvan beide partners werken (hetgeen in de Verenigde Staten meer voorkomt dan in Nederland) heeft de vrouw in het algemeen weinig tijd om contacten met buren te onderhouden. Bijgevolg zijn zowel familiebanden als informele relaties in de buurt betrekkelijk zwak. Vrienden zijn daarentegen voor mensen wier verwanten onbereikbaar zijn ontegenzeglijk van meer belang. Vele buitenlandse waarnemers is opgevallen dat Amerikanen in het algemeen vrien- | |
[pagina 182]
| |
delijk zijn en gemakkelijk vrienden maken. Zulke vriendschappen tussen nieuwkomers in een gemeenschap hebben vaak een heel intensief karakter en voorzien in een bepaalde psychologische behoefte aan contact en binding. Maar dat levert bij mensen die voortdurend in beweging zijn een sterk wisselend patroon van vriendschappen op, waarvan de korte duur vaak het opvallendste kenmerk is. Naast het soort verschillen tussen de Verenigde Staten en Nederland dat ik hierboven heb beschreven vertoont het Amerikaanse waardensysteem nog een andere eigenschap die de vorming van langdurige en nauwe banden met anderen in de weg staat. Traditie en gemeenschap zijn voor de meeste Amerikanen geen waardevolle zaken. Zij laten zich in wezen juist vaak leiden door een klaarblijkelijke behoefte om zich te bevrijden van de eisen die verschillende groepen en instellingen stellen. De reden daarvan is niet dat zij in sociale zin geen bindingen zouden hebben, want dat is duidelijk wel het geval. Veeleer spreekt hieruit de wens om vrij te zijn in de keuze van het soort mensen waarmee men wil omgaan, het soort familierelaties dat men wil onderhouden enzovoort. Verwikkeld zijn in verschillende sociale relaties en geïnstitutionaliseerde betrekkingen roept slechts dan loyaliteit op en schept verplichtingen wanneer men in vrijheid gekozen heeft om zich daaraan te binden. Als zij niet meer in een behoefte voorzien worden zij, vaak abrupt, beëindigd.Ga naar eind11. ‘Kappen met het verleden,’ zo schrijven Bellah et. al., ‘is een onderdeel van ons verleden. De traditie achter ons laten loopt als een rode draad door onze traditie.’Ga naar eind12. In tegenstelling tot het idee dat eigenwaarde en persoonlijke identiteit nauw zouden samenhangen met de plaats (dat wil zeggen rollen en status) die het individu in verschillende groepen, gemeenschap en procedures inneemt, ‘is de zin van het leven voor de meeste Amerikanen,’ zo stellen de auteurs van Habits of the Heart, ‘een eigen persoonlijkheid te ontwikkelen, ja bijna zichzelf te baren’.Ga naar eind13. Het verlaten van het ouderlijk huis speelt mijns inziens een belangrijke rol in het ontwikkelen van de eigen persoonlijkheid van de Amerikaan. Terzelfder tijd verhindert het hem echter ook geïnvolveerd te raken in continue relaties van lange duur, ongeacht of dat nu banden met familie, kerk, buurt, gemeenschap of iets anders betreft. De betrekkelijk algemene ervaring van ‘het huis uitgaan’ in Amerika is bijgevolg bijzonder bevorderlijk voor de ontwikkeling van het soort individualistische karakterstructuur waaraan in de Verenigde Staten zoveel waarde wordt gehecht; zij staat anderzijds het soort collectieve engagement en de collectieve verantwoordelijkheid die bij Nederlanders veelvuldig wordt aangetroffen in de weg. Het feit dat ‘het huis uitgaan’ in Nederland een aanzienlijk minder dramatische ervaring is heeft een tegenovergestelde uitwerking: het bevordert een sterk gevoel van collectieve verantwoordelijkheid en saamhorigheid, maar verhindert een individualistische ontwikkeling. Traditie, gewoonte en loyaliteit ten opzichte van het grote geheel dragen ertoe bij de banden van saamhorigheid en solidariteit die in het Nederlandse leven zo belangrijk zijn in stand te houden. Maar het spreekt vanzelf dat zij de ontwikkeling van een gevoel van individualiteit en autonomie beletten. Veel meer dan voor Amerikanen geldt voor de Nederlander dat hij zichzelf ervaart en omschrijft in termen van relaties; wie en wat iemand in Nederland is hangt vooral af van de plaats die hij in de vaste netwerken van onderlinge afhankelijkheid inneemt. Men groeit op in een bepaald sociaal milieu en wordt geacht daarin te blijven. Het regelmatig ontmoeten van andere groepsleden, het reageren op de behoeften van de groep (en aan eigen behoeften voorbijgaan, indien nodig), een gesloten front vormen tegenover de buitenwereld zijn alle als vanzelfsprekend beschouwde aspecten van de collectieve ervaring. Het is in dergelijke omstandigheden voor de mens moeilijk te ontkomen aan het gevoel dat zijn hele bestaan afhangt van het tegemoetko- | |
[pagina 183]
| |
men aan de eisen van al die anderen waarmee hij verbonden is. Hij aanvaardt eenvoudig dat zulke relaties zullen voortduren, waarschijnlijk niet zullen veranderen en niet kunnen worden verbroken. Natuurlijk kan een gedrag en instelling waarin zozeer met anderen rekening gehouden wordt niet leiden tot het soort individualisme dat in de Amerikaanse samenleving veelvuldig wordt aangetroffen. Maar, zoals ik hierboven al schreef, het zijn juist deze culturele waarden die een niveau van collectieve zorg en verantwoordelijkheid hebben doen ontstaan en in stand houden dat in de Verenigde Staten te enen male onbekend is. Tot besluit zou ik nog een laatste gevolg van de sterke nadruk op het verlaten van het ouderlijk huis in de Verenigde Staten willen bespreken. Het zal u nu duidelijk zijn dat de meeste contacten in de Amerikaanse samenleving plaatsvinden tussen mensen die geen herinneringen bewaren aan een gemeenschappelijk verleden of enige persoonlijke kennis hebben van elkaars familieachtergrond. In zulke omstandigheden verloopt het sociale leven geolieder wanneer de algemene instelling er een van wederzijds vertrouwen is. Aan formele en informele relaties ligt een vertrouwenssysteem ten grondslag van een omvang die in Nederland onbekend is. In de Verenigde Staten wordt in het algemeen aangenomen dat de meeste mensen zijn wat zij voorgeven te zijn, dat hun gedrag naar buiten toe een betrouwbare graadmeter is voor hun karakter en intenties, dat zij in de grond het goede voor hebben en zich redelijk zullen gedragen. Het is, zoals Crozier schrijft, dit simplistisch geloof in de goedheid van de mens en het uitgaan van vertrouwen dat alles op het vlak van menselijke relaties in de Verenigde Staten oneindig veel gemakkelijker maakt.Ga naar eind14. Veel meer dan in Nederland gaat men er in het algemeen vanuit dat mensen woord zullen houden, hun verplichtingen zullen nakomen en doen wat ze moeten doen zonder dat daar dreiging, dwang, geboden, toezicht of controle door middel van gedetailleerde regels en bepalingen aan te pas behoeft te komen. In plaats van de uiterst nauwkeurige, zeer specifieke soorten doelgerichte regels die vrijwel elk aspect van het Nederlandse leven lijken te beheersen, volstaan in de Amerikaanse samenleving in het algemeen eenvoudige procedurele regels en algemene principes. Natuurlijk biedt een samenleving die op wederzijds vertrouwen berust talloze mogelijkheden tot bedrog en andere vormen van misbruik van vertrouwen. De hoge criminaliteitscijfers in de Verenigde Staten getuigen daarvan. Dit uitgangspunt van wederzijds vertrouwen verklaart echter mede, zoals Crozier al opmerkt, waarom Amerikanen met zo heftige morele verontwaardiging reageren op verraad of oneerlijkheid van degenen die openbare functies bekleden en het vertrouwen van de kiezers genieten. De woede over de leugens van Lyndon Johnson over Vietnam en de escapades van Richard Nixon in de Watergate-affaire illustreren hoe Amerikanen reageren op het beschamen van hun vertrouwen. Deze grondslag van vertrouwen is ook een van de oorzaken van de hardvochtige, intolerante en genadeloze benadering van wetsovertreders en anderen die het postulaat van vertrouwen in de Amerikaanse samenleving hebben geschonden. De Nederlandse reacties zijn heel anders van aard. De typische reactie van de Nederlander op wetsovertreding of misbruik van vertrouwen zal in het algemeen zijn: ‘Omdat wij allen tot op zekere hoogte zondaars zijn, moeten wij niet te hard over anderen oordelen.’ Dit is de houding die ik keer op keer bij mijn vrienden en collega's aantref - de mens behoort niet te hard te oordelen over anderen of hun hun wandaden na te dragen. Doch - zoals Crozier schrijft - ‘de Amerikaanse samenleving wil van dit soort zwakheid niets weten’.Ga naar eind15. Zowel de grote nadruk op vertrouwen en persoonlijke verantwoordelijkheid als de daarmee samenhangende zware sancties op allerlei vormen van wangedrag ontbreken in de Nederlandse samenleving nagenoeg geheel. Deze | |
[pagina 184]
| |
tolerante houding gaat ver terug in de Nederlandse geschiedenis, zoals al blijkt uit het geringe aantal terechtstellingen in de achttiende en negentiende eeuw, uit het betrekkelijk vroege afschaffen van de doodstraf in 1876 (vergeleken met het barbaarse beleid dat tot op heden in sommige Amerikaanse staten bestaat) en uit het zeer kleine aantal nsb'ers dat na de oorlog in Nederland is gelyncht.Ga naar eind16. Heden ten dage blijkt uit de clemente wijze waarop de wet wordt toegepast en de strafmaat voor veroordeelde wetsovertreders wordt bepaald, dat strengstraffend optreden tegenover mensen die inbreuk maken op de normatieve maatstaven de Nederlander vreemd is.Ga naar eind17. Hetzelfde blijkt uit de houding van ‘alles is vergeven en vergeten’ ten aanzien van wandaden begaan door openbare persoonlijkheden als Lubbers en Van Aardenne - een houding die een Amerikaan merkwaardig aandoet. Misschien houdt ook dat verband met dat typische Nederlandse gevoel van saamhorigheid.Ga naar eind18.
vertaling Nelleke van Maaren |
|