De Gids. Jaargang 150

Jan Prins en de Rijn

Maar één ding viel niet te verwoesten:
De in de zon stralende rivier.
[...]
Daar ligt zij, gaaf en onbeschadigd,
ons onveranderlijk bezit.
Wie, zoo hij wilde, ontneemt ons dit?
[...]
Zo heeft Jan Prins de Rijn bezongen,
Kort na de val van Rotterdam
En toen tenslotte de bevrijding kwam
En de bezetter was verdrongen
Zijn wij herinnerd aan zijn woord:
De stad herrees, de stroom die vloeide voort.
Helaas, aan zijn onschendbaarheid
Schijnt nu een droevig eind te komen.
Niet het geweld van wapentuig,
Maar sluipend gif heeft laf en vuig
De stroom zijn zuivere kracht ontnomen!

- HBGC