De Gids. Jaargang 147(1984)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 311] [p. 311] [Nummer 5] Dirk van Bastelaere Pruisisch blauw Berlijn/Anhalter Bahnhof ...Death comes in a casual steel car, yet We vaunt our days in neon and scorn the dark Sylvia Plath Hier begint de verte een moment Staat de lucht stil op zoveel sneeuw En brengt de ontzetting in evenwicht Met de gitzwarte sporen. Geen vraag Meer dan de schuld als een prop In de mond. De oeroude, dichtgetimmerde Treinen rijden de tijd vast, in het slijk. Tot waar de rook nog uit het landschap sijpelt. En de as. Zijn oog een opgespannen druppel Bloed. Hij staat geopend als een tekening Voorbij de trappen, smal van schaduw Om niet te spreken en gevangen in een kooi Van aangeschroefde tekens. Hier hangt Het traag gewricht van het verleden Als een slaghout in het licht en maakt Hem tegenbeeld en oud en gas, versneden. [pagina 312] [p. 312] Berlijn/Kranzler Er is niet veel verschil: je hebt nog grauwe lippen En een buik van deeg. De rest is even onbeweeglijk Als de Tiergarten na maanden koude Oorlog omdat je wacht Tot je weer zichtbaar wordt, als een gordijn, Tot je weer kort en licht En met de dingen evenwijdig wordt. Je draagt geen donker nu, maar wandelt er Doorheen om er uit los te komen. De avond weegt Op deze opgebroken stad. De parken blikkeren, De kraaien zijn fragmenten van een ander leven Zonder meer. Wat niet verroert, is niet verdacht. Je taal is van verloren voorwerpen. Hier neemt de tijd je ziel En daarom zit je traag, Tuberculeus te staren Naar je spiegelbroer tussen de luchters En het koper van de Kranzler. Er is niet veel verschil: het is een sterke afstand Tot de morgen. Je bent een trilhaar In het oude oor van het geluk. Je komt hier nooit van terug. [pagina 313] [p. 313] Berlijn/Strasse des 17. Juni De weg komt niet terecht - misschien Is de namiddag hier onbereikbaar Of niet echt. De sneeuw is onbelangrijk En de tijd is onbekend Want er is niets dat sneller Aan de werkelijkheid voldoet Dan de vernieling. Ook overdag. Ook achteraf. Wanneer de warme Bladeren weer in de bodem verdwijnen, Als teken van onwil of een gebeurtenis. Zolang kan je in leven blijven Door te kijken: het vlees van het verleden Ligt hier blootgewaaid. Je kan de dreiging Eten. Het landschap sneeuwt ten slotte Weer de parken en portieken dicht, De randen in de dingen weg, omdat dat moet. Je kan hier niet lang blijven. Maar De weg blijft weg. De eenzaamheid terecht Tenzij ze zou bedriegen. Berlijn is om er te ontbreken En te liegen. [pagina 314] [p. 314] Berlijn/Schicksal Er zijn de feiten en er is een tijdperk Na de feiten. Zoals er liefde is En liefde na de dood. Zak en as. As en goud. Het slot Charlottenburg Wil weinig leven kwijt: Het koele, overleden hoofd van Nefertete, Het donker erin. Het stof Er onverschillig onder. Wie hier lang genoeg kijkt ziet niet het wonder, Maar een omlaaggetrokken hand Op onze omhooggerichte ogen. Slechts als we praten Wordt de wereld krant: de lucht Van Pruisisch blauw. Het water na de regen Schokkend in de plassen zoals liefde Na de liefde en de akkers veldgrauw. Slechts als je zwijgt kan je veranderen. En dat laat brekend glas na, achter je tanden, En glas dat lood tussen de dingen spuit. Dan wiegt de nacht zich uren later Uit zijn schuilplaatsen omhoog, als schroot: Het glas beslaat. Het goud kapot. We blijven ziende blind. Er zijn de feiten. Er zijn altijd De feiten. Zij laten het lichaam bloedrauw En gedachteloos. En de ogen staalblauw van de pijn. [pagina 315] [p. 315] Berlijn/Die Mauer De langzame wrevel en de regen Ervoor. Je ligt bewaard in de ochtend Als zwart brood. Berlijn is nu overal Binnenkant. Je zag het platgeslagen licht Op de sneeuw en de groeikracht Van teveel verleden, dat zich verweert. Slechts haar bloedrode glimlach bleef je nog over En als een beschuldiging - je maakte haar koud Waar ze stond: bij de rillende muur, Maar al zeer onbereikbaar In de herinnering en er jaren voorbij: Het is de scheidingslijn Met wie we werkelijk zijn. Het is de geduldige onderkant Van de tijd. Daar groeit niet Wat je vergeet, maar wat ontbreekt Voor je het weet. Vorige Volgende