De Gids. Jaargang 146
(1983)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 777]
| |
Marie-José Heijkant
| |
De liefde als fatale hartstochtFrancesca predikt een oude opvatting van de liefde, die dateert van voor de vernieuwing, tot stand gebracht door de provençaalse troubadours, door de Italiaanse dichters van de Dolce Stil Novo en door Dante zelf. Uit haar woorden: ‘Amor, ch'al cor gentil | |
[pagina 778]
| |
ratto s'apprende’ (Liefde, die 't teder hart licht aangrijpt) en ‘Amor, ch'a nullo amato amar perdona’ (Liefde, die aan geen beminde het minnen kwijtscheldt) blijkt dat liefde wordt gezien als een fatale, almachtige, overheersende kracht, die de harten van man en vrouw aaneensmeedt buiten hun wil en buiten hun schuld om.Ga naar eind6. Liefde wordt bovendien beschouwd als een puur sensitieve ervaring, waar de menselijke rede geen vat op heeft: ‘prese costui della bella persona’; ‘mi prese del costui piacer si forte’ (Beving dezen voor de schone gestalte; greep mij zo sterk aan met behagen in hem).Ga naar eind7. Ook uit haar relaas over het ontstaan van die liefde blijkt dat zij henzelf niet als verantwoordelijk beschouwt voor hun overgave aan de hartstocht:
Noi leggiavamo un giorno per diletto
di Lancialotto come amor lo strinse:
soli eravamo e sanza alcun sospetto.
Per piú fiate li occhi ci sospinse
quella lettura, e scolorocci il viso;
ma solo un puntofu quel che ci vinse.
Quando leggemmo il disiato riso
esser baciato da cotanto amante,
questi, che mai da me non fia diviso,
la bocca mi baciò tutto tremante.
Galeotto fu il libro e chi lo scrisse:
quel giorno piú non vi leggemmo avante.Ga naar eind8.
‘Wij lazen op een dag voor ons genoegen,
over Lancelot, hoe de liefde hem dreef;
we waren alleen en zonder enigen argwaan.
Vele malen voerde dat lezen
onze ogen tot elkaar, en deed ons verbleken;
maar één punt was er, dat ons overwon.
Toen we lazen hoe de geliefde glimlach
gekust werd door zo groten minnaar,
kuste deze, die nooit van mij gescheiden zal worden,
Mij, geheel bevende, den mond:
Galahad was het boek en die het schreef.
Dien dag lazen we niet verder.’Ga naar eind9.
Het boek is verantwoordelijk voor en schuldig aan het ontluiken van hun liefde, zoals de toverdrank Tristan en Isolde ertoe dreef te beminnen. Om deze redenen worden de lussuriosi in de Hel als contrappasso passief meegesleurd door die geweldige storm, als symbool voor hun hartstocht, daarom noemt Dante hen ‘i peccator carnali, che la ragion sommettono al talento’ (de vleselijke zondaars, die de rede onderworpen aan den lust).Ga naar eind10. | |
Liefde als hartstocht en keuzeTegenover deze idee van de liefde hadden de troubadours echter een nieuwe vorm van liefde gesteld, de fin'amor, een liefdescultus, waarin het erotisch verlangen gestuurd en gesublimeerd werd door de geest, waarin lichaam, hart en ziel samenvloeiden en waardoor de rede en de vrije wil niet vernietigd werden. ‘Elle avait pour principe une anatomie morale de l'amour, qui devenait ainsi une fine en soi, un absolu. De cette conception découlaient trois tendances caracteristiques: l'amour est pour une part volonté, élection, choix des élus et des élues; il est lie à la valeur des amants, à leur mérite; sentiment lucide et raisonné, il est l'opposé d'un abandon a la fatalité.’Ga naar eind11. Ook in Noord Frankrijk drong de fin'amor door en André le Chapelain beschreef in zijn traktaat over de hoofse liefde aldus het ontstaan ervan: ‘En effet, quand un homme voit qu'une femme est aimable et qu'elle convient à son gôut, aussitôt il comence à la désirer dans son coeur; ensuite, plus il pense à elle, plus il brûle d'amour pour elle, et enfin sa pensée est tout envahie par cet amour. Bientôt il commence à se représenter la façon dont elle est faite, à détailler ses membres, à imaginer ses occupations; il cherche à pénétrer les secrets de son corps et il souhaite en posséder sans réserve chaque partie.’Ga naar eind12. Maar aangezien niet iedereen het waard is te beminnen of bemind te worden: ‘Amour a laissé à la femme la liberté de choix: quand on l'aime, elle peut aimer en retour si elle veut, | |
[pagina 779]
| |
si elle ne veut pas, rien ne l'y force.’Ga naar eind13. Dezelfde fin'amor bracht Thomas d'Angleterre ertoe om de fatale liefde van Tristan en Isolde, ontstaan buiten hun wil, om te buigen tot een hoofse liefde, door in zijn ‘version courtoise’ van deze legende hun liefde reeds te laten ontstaan voor zij de liefdesdrank drinken.Ga naar eind14. De idee dat liefde zowel een natuurlijke hartstocht is als het gevolg van een weloverwogen keuze, vinden we ook door Dante verwoord:
L'animo, ch'è creato ad amar presto,
ad ogni cosa è mobile che piace,
tosto che dal piacere in atto è desto.
Vostra apprensiva da esser verace
tragge intenzione, e dentro a voi la spiega,
sí che l'animo ad essa volger face;
e se, rivolto, inver di lei si piega,
quel piegare è amor, quell'è natura
che per piacer di novo in voi si lega.
Poi, come 'l foco movesi in altura
per la sua forma ch'è nata a salire
là dove piú in sua matera dura,
cosí l'animo preso entra in disire,
ch'è moto spiritale, e mai non posa
fin che la cosa amata il fa gioire.
Or ti puote apparer quant'è nascosa
la veritate alla gente ch'avvera
ciascun amore in sé laudabile cosa;
però che forse appar la sua matera
sempre esser buona; ma non ciascun segno
è buono, ancor che buona sia la cera.
[...................................]
Onde, poniam che di necessitate
Surga ogni amor che dentro a voi s'accende,
di ritenerlo è in voi la podestate.Ga naar eind15.
‘De ziel, die is geschapen bereid tot liefde,
Wordt in beweging gezet door al wat behaagt,
zodra zij door behagen tot activiteit wordt gewekt.
Uw waarnemingsvermogen ontvangt een indruk
van een reëel ding, en ontvouwt dat beeld in u,
zodat het de ziel zich daartoe doet wenden.
En indien, er op gericht, zij zich daartoe neigt,
dan is die neiging liefde; dit is de natuur
die door vreugde een nieuwen band in u legt.
Dan, gelijk het vuur zich omhoog beweegt,
door zijn wezen, geboren om te stijgen,
daarheen waar het in zijn materie het duurzaamst is,
zo komt de door liefde gegrepen geest tot begeerte,
die een geestelijke beweging is, en hij komt nooit tot rust
voor het geliefd voorwerp hem doet genieten.
Nu kan het u duidelijk zijn hoe verborgen
de waarheid is aan de lieden, die beweren
dat iedere liefde in zichzelf lofwaardig is:
omdat, misschien, de materie ervan
altijd goed schijnt te zijn; maar niet iedere stempel
is goed, hoe goed ook de was mag zijn.
[...................................]
Daarom, laten we aannemen dat onafwendbaar
elke liefde opstijgt, die in u ontbrandt;
in u echter is de macht om ze te weerstaan.’
De liefde als bron van innerlijke vernieuwing
Ofschoon de troubadours probeerden hun erotische verlangens te sublimeren, bleven ze toch streven naar een lichamelijke bevrediging ervan, zoals André le Chapelain het formuleert: ‘Tous les efforts d'un amant n'ont qu'un seul but vers lequel se tournent toute ses pensées: jouir des étreintes de celle qu'il aime.’Ga naar eind16. Terwijl noch de troubadours noch André le Chapelain probeerden de zondige buitenechtelijke liefde, waarin de vrouw als een afgod werd vereerd, te verzoenen met de christelijke moraal, deed Guido Guinizzelli, Italiaans dichter hiertoe wel een poging in het manifest van de Dolce Stil Novo, de Nieuwe Zoete Stijl, de canzone ‘Al cor gentil rempaira sempre amore’.Ga naar eind17. Reeds in Frankrijk bestond de idee dat liefde, in zover deze stimulans is tot perfectie, ‘adelt’, maar het ging hier toch vooral om de profane ridderlijke deugden van de feodale maatschappij, zoals loyaliteit, vrijgevigheid, nederigheid, grootmoedigheid, terwijl de verhouding tussen Vrouw en Minnaar een afspiegeling was van die tussen de Heer en zijn Vazal. | |
[pagina 780]
| |
Bij Guinizzelli, evenals de andere dichters van de Dolce Stil Novo afkomstig uit een milieu waar niet de aristocratie maar de burgerij de macht in handen had, was liefde echter niet meer verbonden met ‘nobiltà’ maar met ‘gentilezza’, adel van de geest, gebaseerd op kennis, op moreel en cultureel overwicht. Liefde maakt zich niet meester van het hart, maar zoekt haar toevlucht ‘rempaira’ tot ieder ‘cor gentile’ als was het haar woonplaats. De vrouw, van wie de liefde uitgaat, staat nu in hoger aanzien dan de man vanwege haar geestelijke deugden, en door haar ‘saluto’, groet, transformeert zij ook hem en brengt hem aldus ‘salute’, heil. Daarom is zij het waard als geen ander geprezen te worden. Maar als de ziel van Guinizzelli na zijn dood in het Paradijs komt, verwijt God hem zijn liefde te hebben gegeven aan een aards en ijdel wezen, háár geprezen te hebben terwijl ‘A Me conven le laude e a la reina del regname degno’ (aan Mij alle lof toekomt en aan de koningin van het ware koninkrijk).Ga naar eind18. Op een subtiele wijze echter verdedigt Guinizzelli zich door te antwoorden dat, aangezien de vrouw die hij liefhad leek op een engel uit Gods koninkrijk, hij, door van haar te houden, van God hield: ‘Non me fu fallo, s'in lei posi amanza’ (het was geen zonde van mij, als ik van haar hield).Ga naar eind19. | |
De liefde als weg tot een Nieuw LevenAlle dichters van de Dolce Stil Novo prijzen en beminnen hun geliefde als een engel; alleen Dante prijst en bemint een vrouw die een engel is, gestorven opjeugdige leeftijd in het jaar 1290. De Italiaanse criticus Vittore Branca heeft aangetoond hoe het jeugdwerk van Dante La Vita Nuova, dat het verhaal is over deze liefde, maar tevens een biografie van Beatrice, geconstrueerd is volgens de legenden van de franciscaanse hagiografie van vrouwen als de heilige Clara en de heilige Margareta.Ga naar eind20. Hij wijst daarbij onder andere op de volgende overeenkomsten: de lotsbeschikking die reeds in de naam Beatrice besloten ligt, haar komen op aarde als een verschijning, de getallen drie en negen die haar leven bepalen, de franciscaanse hoofddeugd der nederigheid die haar karakteriseert en waardoor zij zelfs in de slechtste mens het goede doet ontwaken, de voortekenen van haar naderende dood en vooral haar dood zelf, die geen dies irae is, maar een dies natalis, ‘un'assunzione piú che uno sfacimento’ (een hemelvaart meer dan een ontbinding).Ga naar eind21. De dood is de geboortedag, waarmee het Vita Nuova, het Nieuwe Leven, aanvangt. De dood, die door de heilige Franciscus in zijn Zonnelied genoemd wordt ‘sora nostra morte corporale’ en waarvoor hij God evenzeer prijst als voor onze andere broeders en zusters, de zon, de maan, de sterren, de wind, het water, het vuur en de aarde, maakt met hen deel uit van de schepping.Ga naar eind22. Het is dankzij de liefde van en voor Beatrice dat Dante gered wordt uit het selva oscura, het duistere woud waarin hij verdwaald is, zodat ook voor hem het Vita Nuova zal kunnen aanbreken. Liefde leidt, moet leiden tot leven. In de Hel, de controcreazione, waar de zon, maan en sterren afwezig zijn en waar de vier elementen van de schepping, ‘broeder vuur, broeder water, zuster moeder aarde en broeder wind’ verontreinigd zijn, in staat van ontbinding verkeren en een bedreiging vormen voor de mens, zegt Francesca tot Dante: ‘Amor condusse noi ad una morte: Caina attende chi a vita ci spense’ (Liefde voerde ons beiden tot enen dood. Caina verwacht, die ons leven bluste).Ga naar eind23. Waar slechts het lichaam bestaat wordt de dood van het lichaam gevolgd door de ‘seconda morte’, de tweede dood, die van de ziel, en betekent hij het einde, destructie. Liefde die leidt tot de dood, zoals de liefde van Tristan en Isolde deze reeds in zich draagt bij de oorsprong: ‘Tristan but toute plaine la couppe, et puis commande que on le doint à Yseult, et on lui donne. Et Yseult boit. Ha! Dieu! quel boire! Or sont entrez en la rote qui | |
[pagina 781]
| |
jamais ne leur fauldra jour de leurs vies, car ilz ont beü leur destruction et leur mort.’Ga naar eind24. Dante, die gered wordt door een daad van liefde, kan onmogelijk afgunst voelen bij het aanhoren en aanschouwen van deze lussuriosi.
Er zou volgens Borges geen liefde bestaan tussen Dante en Beatrice; Beatrice is volgens Francesco de Sanctis een symbool, geen levende vrouw. Maar om haar geliefde te redden verlaat zij haar zetel in het Paradijs om af te dalen in de Hel en Virgilius te smeken Dante te helpen.
‘I' son Beatrice che ti faccio andare;
vegno del loco ove tornar disio;
amor mi mosse, che mi fa parlare.’
(Ik ben Beatrice, die U doe gaan; Ik kom van een plaats, waar ik verlang te keren; Liefde bewoog mij, die mij doet spreken.)Ga naar eind25.
Meer nog dan door haar smeekbede echter wordt Virgilius gedreven door de tranen in haar ogen:
‘Poscia che m'ebbe ragionato questo
li occhi lucenti lacrimando volse’
(Toen zij mij deze dingen had gezegd, wendde zij wenend de lichtende ogen.).Ga naar eind26.
Wanneer Dante op de Louteringsberg door een muur van vuur moet, omdat ook hij moet branden voor de zonde van wellust, alvorens hij Beatrice mag aanschouwen, kunnen slechts de volgende woorden van Virgilius hem, die zovelen op de brandstapel heeft zien sterven, ertoe brengen zijn angst voor het vuur te overwinnen: ‘Or vedi, figlio: Tra Beatrice e te è questo muro’ (Zie nu eens, zoon! Tussen Beatrice en u is deze muur).Ga naar eind27. |
|