De Gids. Jaargang 144(1981)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 384] [p. 384] Margot H. de Hartog Drie gedichten Étude voor viool (met gitaarbegeleiding van Wallace Stevens) Varend op stilstaand water in een kano op kussens gebed speelt hij op zijn zijden viool het lied der lijdende waarheid Het kussende biddende water speelt langs de zijden kano kweelt een verleidelijk lied gericht tot de zijden viool In de gladde stilgaande kano glijdt hij van klaarheid naar waarheid naar leugen naar deugen en terug Op de zijden kussen van het zijig lied kweelt biddend en biedend de gladde viool [pagina 385] [p. 385] Mijn broer en ik Als kind deden wij stiekem alles samen jij bedacht het plan ik voerde het uit Toen de oorlog uitbrak nam je een vliegtuig weg wezen en kwam als held terug Daarna had je andere belangen een vrouw - een kind een huis van steen in een ver land Ik zie je nog maar zelden ben me bewust van steelse blik naar mijn besneeuwde hoofd Moeilijk maal je vlees op losse tanden Ik voel je denken: ze wordt oud Stiekem sluipen we elkaar weer nader naar eenzelfde plan: weg wezen [pagina 386] [p. 386] De ruïne Een uitgeholde weg leidt er als een onttande giftslang heen De fundamenten tonen traag waar de vertrekken stonden Een slaapzaal zonder krib eetkamer zonder brood De traptreden van vuursteen tot zandkruim afgetrapt Aan het einde van de lange gang kookt de keuken op te lage pit het aan de kaak gesteld verleden En in te wijd wijds bad - de dode ogen open - drijven de ontbonden lijken van lang verdronken dromen Vorige Volgende