De Gids. Jaargang 143(1980)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 480] [p. 480] Wiel Kusters Hoofden Een mand met hoofden wiegde daar, hoofden waarvandaan? De schemering. Ik rilde van die hoofden. De mand ging dalen, maar ik wachtte niet, ik was niet gek, ik was al acht. Een mand. Omlaag. Omhoog. En wiegend. Wie had mijn hoofd erin gedaan? Alsof ik iemand kuste! Al sliep ik in een kamer zonder raam, nooit zag ik hoofden zo en geen. Ik kon me door mijn handen heen verstaan: ‘Ik zie hoofden, hoofden in een mand de grond in gaan.’ Vorige Volgende