De Gids. Jaargang 139
(1976)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 312]
| |
Adriaan van Dis
| |
[pagina 313]
| |
prozaschrijvers, die in hun werken op nogal onstuimige wijze probeerden af te rekenen met de traditionele waarden die de Afrikaner literatuur hen oplegde. Door hen werd Sestiger het belangrijkste tijdschrift voor jonge debutanten, waarvan Breyten Breytenbach spoedig de belangrijkste en controversieelste dichter zou zijn. Vooral de prozaïsten waren nogal beïnvloed door de ‘nouveau roman’ en sterk Europees gericht, zozeer zelfs dat hun werk alle contact met de Afrikaanse wereld dreigde te verliezen. Dit was dan ook de reden waarom in 1968 een scheuring in Sestig ontstond. Een splintergroepje van schrijvers rond het tijdschrift Kol, dat zich inzette voor een ‘geëngageerde literatuur en compromisloze revolutionaire kunst’, was het resultaat; Breytenbach en André Brink waren de voormannen van deze beweging. Kort daarop verliet Breytenbach Zuid-Afrika. Dertien jaar later confronteerde hij zijn tijdgenoten opnieuw met het oude twistpunt: sociale betrokkenheid of literaire isolatie. Een confrontatie die volgens het verslag in The Observer nauwelijks op prijs werd gesteld: ‘The Sestigers were the only ones in the audience who did not applaud. It was a memorable occasion. The Afrikaans literary world has never seen anything like it. And once Breytenbach has returned to Paris, they will probably never see anything like it again.’ Breytenbach beschouwde zijn bezoek aan Zuid-Afrika als een frustrerende afrekening met het ‘paradijs’ van zijn jeugd. Zijn ervaringen legde hij vast in een serie reisschetsen en essays, die hij tot boek verzamelde onder de naam 'n Seisoen in die Paradys. Hoewel het boek eind '74 in Zuid-Afrika zou verschijnen, is de publikatie uit angst voor censuurmaatregelen nog steeds uitgesteld. Terug in Parijs namen Breytenbachs politieke activiteiten in hoge mate toe. Meer dan eens verklaarde hij dat het gevecht met het woord voor hem niet meer voldoende was. Zoals bekend werd de dichter augustus 1975 in Zuid-Afrika gearresteerd. Op 26 november jongstleden werd hij tot negen jaar gevangenisstraf veroordeeld op grond van de Wet op het terrorisme, omdat hij zich sinds 1972 zou hebben schuldig gemaakt aan illegale activiteiten die een ‘revolutionaire hervorming van de Zuidafrikaanse maatschappij’ beoogden. Twee pogingen tot hoger beroep zijn afgewezen; Breytenbach zit nog steeds in eenzame opsluiting. Met het zeer ongewone proces en het in diskrediet brengen van Breytenbachs idealen hebben de Zuidafrikaanse machthebbers willen aantonen dat de onderdrukte zwarte bevolking op geen enkele wijze hoeft te rekenen op solidariteit van blanke zijde. Gezien de tendentieuze publikaties in de Zuidafrikaanse pers lijkt de vernietiging van het ‘verzetssymbool’ Breyten Breytenbach onverminderd door te gaan. Wie het in volle vrijheid geschreven en geschilderde werk van Breytenbach kent weet dat deze kunstenaar zijn hele leven in dienst heeft gesteld van de strijd voor een rechtvaardiger samenleving in Zuid-Afrika. De in dit nummer opgenomen toespraak is daarvan een blijvende getuigenis.
N.B. Een blik van buiten is niet geschreven om te worden gedrukt maar om te worden uitgesproken. De tekst heeft daar ook alle eigenschappen van. |
|