De Gids. Jaargang 139(1976)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 179] [p. 179] Jan van Harten De stilte Het brons Het holle brons sloeg fel uit bij donkere sparren blootgesteld aan guur weer en bleke wind. En er verhieven zich vleugelen en vlammen knetterden in koud vuur langs de gevelmuur omhoog. Geweld van gelast koper op gestort beton, zwak, teveel, deze niet te beteugelen zware symboliek. Baksteen is hard, sintels zijn er in paars en in zwart. Ze glinsteren in het stille van de zon. Deze laatste muur. Ergens begon muziek. [pagina 180] [p. 180] Buiten Achter de muur stonden de sparren donker onder neerslaande rook. Het stonk er naar hars, uitlaatgas en de uitgeslagen vleugelen. De geparkeerde lege lijkwagen. As zou later kunnen worden bijgezet in een urn met naam op marmerplaat. Of in een ijzeren pot doodgewoon met ingeslagen naam. Die asbus staat tussen andere exemplaren jaren te staan. Tot ze ten slotte alles verstrooien gaan. Je as kwam op aarde, niet in een bus terecht, je hebt er nooit iets over gezegd. De gebruiken Bij kremeren is er geen open groeve; wel dezelfde mensen: dode, gewone, aardige, kletsende, stille, dromende, akterende en een enkele droeve. Begraafplaats Het regent vandaag. Het stille fluisteren: iepen en populieren hoor ik over de marmeren akker. Over de grote plastic lelies, die ontluiken. Nooit verder dan ontluiken kunnen komen. Vorige Volgende