De Gids. Jaargang 136
(1973)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 286]
| |||||
Oproep van Joeri GalanskovGa naar voetnoot* tot de westerse communistische partijen om bij de Communistische Partij van de Sowjet-Unie aan te dringen op een herziening van het strafbeleid op politieke en religieuze gronden en over de rol van deze partijen als vrije oppositie binnen de internationale communistische beweging(zonder ondertekening, plaatsaanduiding of datering; waarschijnlijk kamp voor politieke gevangenen in het district Mordovië, tweede helft van 1969).Ga naar eind1 Op 7 juli 1969 werden de gevangenen Joe. Daniel en V. Ronkin uit de strafinrichting ZjCh-385-17a met onbekende bestemming op transport gesteld. Ik ken zowel Daniel als Ronkin persoonlijk en ik weet dat Daniel en Ronkin zelf dit op handen zijnd transport gewoon beschouwden als weer een overplaatsing naar een volgend kamp. Onlangs is bekend geworden, dat Joe. Daniel en V. Ronkin zich bevinden in de Vladimir-gevangenis, waar zij de hun resterende straftermijn zullen uitzitten (dat wil zeggen Joe. Daniel iets meer dan een jaar en V. Ronkin nog ongeveer drie jaar). Het is algemeen bekend dat overplaatsing naar de Vladimir-gevangenis administratief beschouwd wordt als een strenge strafmaatregel, die wordt toegepast in uitzonderlijke gevallen van stelselmatige overtreding van de gevangenisregels, wanneer wordt aangenomen dat alle andere mechanismen van disciplinaire aard hebben gefaald. Als regel wordt deze overplaatsing uitgevoerd op verzoek van de administratie van de betreffende plaats van gevangenschap langs gerechtelijke weg. Hierbij gaan de gerechtelijke procedure en het gerechtelijk onderzoek op zo'n manier te werk, dat een objectief onderzoek naar de schuld van de gevangene door niets gegarandeerd wordt. Het ontbreken van een vertegenwoordiger van de verdediging tijdens het gerechtelijk onderzoek berooft de gevangene van gekwalificeerde juridische bijstand en brengt hem feitelijk in een positie waarbij hem ieder recht op verdediging is ontzegd. Het is niet mogelijk tegen het besluit van de rechtbank in hoger beroep te gaan. In een gesprek met gevangene V. Kalninsj verklaarde de kampadministratie, dat van haar kant geen verzoek om overplaatsing van Joe. Daniel en V. Ronkin naar de Vladimir-gevangenis was ingediend. Deze verklaring van de administratie is aannemelijk, aangezien noch Joe. Daniel, noch V. Ronkin, naar mij persoonlijk bekend is, de orde hebben verstoord, hetgeen door de kampadministratie in het geval van V. Ronkin meer dan eens is bevestigd in maart 1969, toen de vraag rees over een afschaffing van de verordening waarbij het V. Ronkin niet was toegestaan bezoek te ontvangen. Joe. D. en V.R. werkten normaal, hetgeen de indexcijfers van de grafiek van het produktieproces over het jaar 1968-1969 bewijzen. Alle hierboven uiteengezette omstandigheden in aanmerking genomen is het uitgesloten dat Joe. D. en V.R. op disciplinaire gronden zijn overgeplaatst naar de Vladimir-gevangenis. Al deze omstandigheden bij elkaar brengen mij op de gedachte, dat de overplaatsing van D. en R. naar de Vladimir-gevangenis andere oorzaken heeft.
In februari 1968 kondigden enkele gevangenen een hongerstaking aan, nadat zij hun eisen kenbaar gemaakt hadden, gericht op de normalisering van de positie van op politieke of religieuze gronden veroordeelde gevangenen. Aan deze hongerstaking namen Joe. D. en V.R. actief deel. | |||||
[pagina 287]
| |||||
In april 1969 ondertekenden Joe. D. en V.R. ‘De brief van de zes’ aan de gedeputeerden van de Opperste Sowjet van de Sowjet-Unie naar aanleiding van de op handen zijnde aanvaarding door de Opperste Sowjet van de ‘Grondslagen der verbeteringswerkkampen’. In mei 1969 kondigde Al. Ginzboerg, nadat hij alle juridische mogelijkheden had uitgeprobeerd, een hongerstaking aan om te trachten registratie van het huwelijk met Zjolkovskaja I.S., die in feite zijn vrouw reeds was, te verkrijgen. V. Ronkin sloot zich als een der eersten bij de hongerstaking van A. Ginzboerg aan om daarmee de legale eis van zijn vriend te ondersteunen. Joe. Daniel, die niet rechtstreeks deelnam aan de hongerstaking, ondernam echter verschillende stappen om een zo spoedig mogelijke gunstige beslissing in deze kwestie te bewerkstelligen. In de tussentijd bleven Joe. D. en V.R. stelselmatig gebreken en geknoei in de administratieve gang van zaken op plaatsen van vrijheidsberoving aan het licht brengen, of wel door zich rechtstreeks tot verschillende ambtenaren te wenden, of door schriftelijke verklaringen aan staatsorganen en organen van de justitiële inspectie. Hiermede veroorzaakten zij een voortdurende onrust bij de verschillende ambtenaren en vormden een bedreiging voor hun succes in de ambtelijke wereld en hun carrière. Op die manier maakten Daniel en Ronkin zich ambtenaren in verschillende instanties tot vijanden. Zodoende haalden zij zich rechtstreekse vijanden en tegenstanders op de hals van onder naar boven in de trits van M.V.D.Ga naar eind2, K.G.B. en het hof van Justitie. En dat niet alleen. Spoedig haalden zij zich ook vijanden op de hals van boven naar onder in dezelfde trits. Dat ging als volgt in zijn werk. Door een gelukkige samenloop van omstandigheden raakten dergelijke gebeurtenissen als de hongerstaking in februari 1968, ‘De brief van de zes’ en de collectieve hongerstaking ter ondersteuning van A. Ginzboerg na kortere of langere tijd in de publiciteit zowel in binnen- als buitenland. Dit laatste is vanuit het oogpunt van onze nationale belangen zeer belangrijk en waardevol. De westerse pers en in het bijzonder de westerse radiouitzendingen in het Russisch geven aan feiten over ambtelijke willekeur en administratief geknoei uitgebreide publiciteit, brengen hun sociaal karakter aan het licht en noodzaken de overheidsorganen en de ambtenaren tot het nemen van spoedmaatregelen. Op deze wijze wordt de natuurlijke inertie en het conservatisme van de bureaucratie, die door haar aard neigt naar ambtelijk formalisme, lijntrekkerij en conservering van de problematiek, overwonnen. In deze hoedanigheid vervullen de pers en de radio van de westerse wereld de taak van een georganiseerde oppositie, die op dit ogenblik in Rusland ontbreekt, en stimuleren daarmee onze nationale ontwikkeling. Helaas laat het Westen zich dikwijls leiden door sensatielust en ideologische conjunctuur en geeft geen blijk van de zo noodzakelijke vasthoudendheid bij het naar voren brengen van problemen die voor ons van vitaal belang zijn.
Ten tijde van de Stalin-dictatuur was de westerse intelligentsia meer verbijsterd, dan dat men tegenstand bood. Men was geschokt door de afmeting die het kwaad aannam en de reusachtige omvang van onze tragedie. Het ontbrak hen aan karaktervastheid en morele kracht om daadwerkelijk weerstand te bieden aan de uitbarsting van duivelse machten. De westerse intelligentsia bleek principeloos, men gooide het op een akkoordje met zijn geweten en sloot politieke compromissen. Achter de sensationele berichten over Russische concentratiekampen hoorde de intelligentsia het gekerm vanachter het prikkeldraad niet meer. En geen enkele sensatie hielp ons onze intelligentsia te behoeden voor fysieke liquidatie. Geen enkele sensatie hielp ons het proces van uitputting van de menselijke bronnen van de natie stop te zetten. (Zoals de sensationele berichten over de gebeurtenissen in China de nationale tragedie van China, die de wereld dreigt mee te slepen in een catastrofe, niet minder maken. En laat het Westen zich niet al te zeer sussen met veronderstellingen over de waarschijnlijkheid van de Chinees-Russische schermutselingen.) Wie meent dat Rusland een dialoog met het Westen tracht te vermijden, vergist zich. Deze ver- | |||||
[pagina 288]
| |||||
gissing berust op ideologische vooroordelen. Het is juister om te zeggen dat de politiek van de dialoog, die Rusland zeer beslist voert (en die moet het ook wel voeren) bij voortduring stuit op verschillende moeilijkheden. Het essentiële probleem van deze politiek is dat Rusland op dit moment een land is met één staatsideologie. En één staatsideologie leidt tot een declaratieve, doctrinaire houding, men streeft ernaar de binnenlandse politiek te monopoliseren, maar tegelijkertijd kan men zijn antithese beslist niet ontlopen, anders zou ontwikkeling onmogelijk zijn. Hierin ligt een interne contradictie besloten. Wanneer men de concrete politieke situatie in Rusland vandaag de dag eens onder de loep neemt, is het onmogelijk over het hoofd te zien dat na de gebeurtenissen in Tsjechoslowakije in het politieke leven in Rusland de meest dogmatische elementen op de voorgrond zijn getreden en zijn gaan domineren. Wat is er gebeurd in Tsjechoslowakije?
Toen de communistische partij in Tsjechoslowakije bemerkte dat zij los begon te raken van haar sociale wortels en geen deel meer uitmaakte van het nationaal verband, sloeg de partij de weg in van de democratisering van het economisch en politiek leven om haar positie te beschermen, zonder daarbij een welomschreven positief programma te hebben en zelfs niet in staat er binnen korte tijd een op te stellen. (Uit naam van de partij verklaarde Dubtsjek meer dan eens, dat zij geen overhaaste besluiten zouden nemen.) De nationale krachten hadden eveneens geen duidelijk positief programma. Nu er democratie was ingetreden, kwamen twee tendenties met elkaar in botsing: de socialistische en de nationale tendentie. Er vond een proces van politieke versmelting plaats, dat niet werd afgerond door een wederzijdse assimilatie (dat wil zeggen er waren nog geen sociaalpolitieke assimilatiemechanismen gevonden) en het proces is blijven steken in een negatieve fase. Voor stabilisatie van de situatie was tijd nodig geweest en Tsjechoslowakije had de avant-garde van het socialisme kunnen worden. Maar het proces werd afgebroken door inmenging van buitenaf. Door de aard en de zin van de gebeurtenissen in Tsjechoslowakije te verdraaien, trachten enkele politikasters de zaak zo voor te stellen, als zou de democratisering van het leven automatisch leiden tot ondermijning van de positie van de partij en een bedreiging vormen voor het staatsbestel, hoewel Rusland zich nog maar net heeft hersteld van de bloedige Stalin-dictatuur, die de partij aan de rand van fysieke liquidatie en politieke ontaarding heeft gebracht. Speculerend op de gebeurtenissen in Tsjechoslowakije trachten de demagogen hun prijs op te drijven en een politiek kapitaaltje te vergaren. In de demagogische agitatie weten zij door te dringen in de sleutelposities van de bureaucratische piramide. Door hun intriges tergen zij het partij- en staatsbestel en zetten zij aan tot uitermate kwalijke en zinloze acties. Zij proberen opnieuw het proces van legalisering van het moreel-esthetisch potentieel van de natie in het slop te werken. Er is op een bespottelijke wijze een storm in een glas water ontstaan rondom het tijdschrift ‘Novy Mir’. Er hebben enkele zinloze arrestaties plaatsgehad. In het maatschappelijk leven is een toestand van nervositeit en onzekerheid ontstaan. En daarachter verbergen zich slechts de diep egocentrische belangen en het politiek idiotisme van de demagogen. Natuurlijk mag men het gebeurde niet te zeer overschatten, immers elk egocentrisme heeft uitsluitend daarop haar verwachting gesteld dat in een toestand van onzekerheid en nervositeit de mensen zichzelf bang maken en achter de demagogische machinaties niet meteen de hand van de politieke uitbuiters onderscheiden. Men moet goed begrijpen dat het gebeurde een aan het ogenblik en de omstandigheden gebonden betekenis heeft. Helaas ontwikkelt de situatie zich op het moment zo, dat de autoriteiten niet alleen het belang niet inzien van een dialoog met het Westen en niet onderkennen dat dit een levensbehoefte is voor Rusland, maar zelfs gewoonweg ervoor terugdeinzen de binnen- en buitenlandse politiek te monopoliseren ten nadele van de nationale ontwikkeling, daarbij de conceptie van strijd tussen ideologieën vervangend door de ideologie van administratieve strijd met ideeën. Daarom is het volkomen begrijpelijk dat zodra | |||||
[pagina 289]
| |||||
de hongerstakingen in februari 1968, ‘De verklaring van de zes’ uit maart van dat jaar en de hongerstaking in de maanden mei en juni 1969 internationaal in de publiciteit kwamen, deze gebeurtenissen in het gezichtsveld van de ambtenaren van K.G.B., M.V.D. en het Hof van Justitie kwamen van boven naar onder binnen de trits. Dit maakte het voor de leidinggevende figuren in de K.G.B., M.V.D. en het Hof van Justitie onvermijdelijk een verklaring voor deze gebeurtenissen te geven en maatregelen te nemen. Maar in plaats van de billijkheid en de rechtmatigheid van de eisen van de politieke gevangenen vast te stellen, ging de leiding van K.G.B., M.V.D. en het Hof van Justitie over tot strafmaatregelen. Van boven naar onder werd gewoon de vraag gesteld: ‘Wat is er aan de hand?’ En de vijanden en tegenstanders van Joe. Daniel en V. Ronkin antwoordden van onder naar boven, waarbij zij overeenkomstig hun voorstelling van zaken Joe. Daniel en V. Ronkin als initiatiefnemers aanmerkten. De zaak was rond, de belangen van hoog en laag vielen in dit geval samen, want voor elke ambtenaar is voor alles rust van belang en hij laat zich voor alles leiden door zijn succes in de ambtelijke wereld en zijn carrière en niet door nationale belangen; want vanuit het oogpunt van nationale, en niet van administratieve belangen hadden zij Joe. Daniel en V. Ronkin niet in Vladimir achter de tralies moeten stoppen, maar zij hadden hen ervoor moeten bedanken dat dankzij de bemoeienissen van enkele mensen in kampen de toestand voor diegenen die op politieke en religieuze gronden waren gevangen gezet, aanmerkelijk was genormaliseerd. In principe ging het er Joe. D. en V.R. immers om dat er niet één maar twee aardappeltjes in de soep dreven, dat de gevangenen niet bestolen werden en dat er met hen niet de spot werd gedreven. Wanneer men zich, om maar een voorbeeld te nemen, eens indenkt dat om het huwelijk van A. Ginzboerg met zijn eigen vrouw te laten registreren, niet kon worden volstaan met er moeite voor te doen, maar dat het nodig bleek er tenminste een collectieve hongerstaking voor af te kondigen, omdat alle legale middelen uitgeput waren, dan kan men er zich enigszins een voorstelling van maken hoeveel hoofdbrekens het een gevangene telkens kost om de ambtelijke inertie van de bureaucraten, van wie er geen enkele welke verantwoordelijkheid ook maar op zich durft te nemen, te overwinnen. Om onder de gegeven omstandigheden Joe. Daniel in Vladimir gevangen te zetten is ronduit een schoftenstreek en zoals elke schoftenstreek zonder meer zinloos, er is geen reden hier nog verder over door te gaan. Met het geval van V. Ronkin is het anders gesteld. Daar is nog heel wat over te zeggen en dat moet ook gezegd worden. Wie is V. Ronkin?
In 1963 (of in 1964) verscheen in Leningrad de brochure Komsomolia van de Technische Hogeschool. In deze brochure stond een stuk over V. Ronkin, S. Chachajev en nog andere studenten, die in een studentenpatrouille daadwerkelijk optraden tegen jeugdige herrieschoppers. Ronkin en Chachajev hebben meer dan eens blootgestaan aan stiletto en boksbeugel. Hiervan is de hele Technische Hogeschool op de hoogte. Daarmee wil ik maar zeggen dat Ronkin zowel als Chachajev mensen met een goed ontwikkeld sociaal instinct en met een reeds op jeugdige leeftijd aan de dag tredende belangstelling voor het maatschappelijk leven. Nadat op het twintigste partijcongres van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie een gedeelte van de historische en sociaal-politieke problematiek ter discussie is gesteld, is het duidelijk geworden dat de hoofdmoot van deze problematiek geconserveerd is gebleven. Het proces van openlijk ter discussie stellen werd zowel van bovenaf als van onderaf in beweging gezet. Van hogerhand werd ernaar gestreefd de belangstelling die van onderaf was opgekomen, te beteugelen, maar een volledig opengooien van deze problematiek was voor Rusland onontbeerlijk. En dat voelde iedereen aan. En mensen als V. Ronkin en S. Chachajev voelden dat al bijzonder scherp aan. Omdat zij marxist waren qua wereldbeschouwing en denkmethode, kwamen zij vanuit een marxistisch standpunt op voor een correct marxisme en traden op tegen de uitwassen waarbij zij in verschillende richtingen hun kritiek lieten horen. Uiteraard | |||||
[pagina 290]
| |||||
stond daarbij zowel de partijleiding persoonlijk als de partij zelf, die direct verantwoordelijk is voor de tragedie tijdens de Stalin-dictatuur, aan felle kritiek bloot. Nadat Ronkin en Chachajev hun ideeën in enkele artikelen hadden uiteengezet, verzamelden zij enkele mensen om zich heen, noemden zich ‘Unie van communards’ en gaven twee nummers van een getypt blaadje getiteld Kolokol uit. Was deze ‘Unie van communards’ een organisatie? Welnee. Zij hadden geen Programma, geen Statuten, geen discipline en er bestond geen samenzwering - en dat alles sluit het bestaan van een organisatie uit. Was deze ‘Unie van communards’ heimelijk op touw gezet? Ook dat niet. Een samenzwering houdt een bepaalde techniek van samenzweren in, die correleert aan de dreiging van een mogelijke ontmaskering. Dit was een groepje vrienden, die elkaar kenden uit de komsomolpatrouille en die waren overgegaan tot niet-officiële actie en daarbij de elementaire voorzorgsmaatregelen tot zelfbescherming in acht namen. Niet meer dan dat. In elk willekeurig land in West-Europa, waar de marxisten ongestoord zowel de regering als de bestaande orde, zowel andere partijen als zichzelf mogen bekritiseren, zou er voor een ‘Unie van communards’ geen enkele aanleiding zijn geweest zo behoedzaam op te treden. Zij zouden openlijk hun mening ten beste hebben kunnen geven en het zou bij niemand zijn opgekomen hen daarvoor te arresteren. Maar de toestand hier dwong hen tot het nemen van voorzorgsmaatregelen en daarna arresteerden de marxisten een groepje marxistische komsomolleden. Was dat onvermijdelijk? Nee, dat was het niet. Als de K.G.B. na de ontmaskering van de ‘Unie van communards’ had volstaan met een verbod en enig toezicht, dan zou V. Ronkin nu gewoon een baan hebben en voor zijn vrouw en dochtertje kunnen zorgen. Maar zij hebben het voor elkaar gekregen Ronkin en Chachajev te veroordelen tot elk zeven jaar werkkamp (en drie jaar verbanning). Wanneer de K.G.B. een beleid van gedachtencontrole in uitvoering bracht, dan zou dat in deze tijd nog wel begrijpelijk zijn, maar wanneer een beleid van gedachtencontrole tot strafbeleid wordt, wanneer men een stelletje patrouillegenoten-komsomolleden-marxisten voor zeven jaar achter prikkeldraad stopt in een streng strafkamp, oorspronkelijk bedoeld voor oorlogsmisdadigers, in het vervloekte district Mordovië, dat bezaaid is met gebeente van gevangenen en waar je zelfs een vrouwenschedel met een kogelgat erin of het haar van een non kunt vinden, waar de mensen feitelijk op rantsoen worden gezet en geen pakjes of voedselpakketten ontvangen (en nu mogen zij zelfs boeken en drukwerk nog maar twee keer per jaar ontvangen), wat uit de aard der zaak hun gezondheid ondermijnt, wanneer de moeder van haar zoon wordt gescheiden, de man van zijn vrouw, de vader van zijn dochter, dan is dat in deze tijd bepaald niet begrijpelijk maar wel verontrustend en ronduit misdadig.
Heeft de regering het vonnis van Ronkin en Chachajev gesanctioneerd? Welzeker. En waarom? Daar bestond immers geen bijzondere noodzaak toe, volgens ideologische begrippen kwam het zelfs niet erg gunstig uit. Ongetwijfeld was de regering verkeerd geïnformeerd door een natuurlijke deformatie van het feitenmateriaal dat aan de regering ter beoordeling werd voorgelegd. De natuurlijke deformatie van het feitenmateriaal draagt het volgend karakter: 1. Toen na het twintigste partijcongres van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie duidelijk was geworden dat overdrijving van de belangrijkheid van de K.G.B. in binnenlandse aangelegenheden leidt tot sociale hypertrofie (dat wil zeggen degeneratie) van de K.G.B. en een sociaal gevaar in zich bergt, toen is de autoriteit van de K.G.B. aanmerkelijk verminderd en het personeelsaantal is belangrijk teruggebracht. Daarom trachtte de K.G.B. in de jaren die op het partijcongres volgden in elk concreet geval de zaak in de ogen van de regering gevaarlijk te doen lijken met het politieke motief de regering schrik aan te jagen, het gezag van de organisatie in de ogen van de regering te verhogen en haar belangrijk te doen | |||||
[pagina 291]
| |||||
schijnen in veiligheidskwesties en waar het ging om politieke stabilisatie. En dat is volledig begrijpelijk. Afhankelijk hiervan werd de kans op een personeelsinkrimping van de K.G.B. kleiner, men kon rekenen op een verhoging van de staatssubsidies en ook alle andere voorrechten die K.G.B.-medewerkers genieten, waren over het algemeen hiervan afhankelijk. 2. De tweede oorzaak van de natuurlijke deformatie van het feitenmateriaal dat ter beoordeling aan de regering ter sanctionering werd voorgelegd, ligt in het volgende besloten. Wanneer iemand gearresteerd wordt, moet een gerechtelijk onderzoek de schuld aantonen en de elementen van het strafbaar feit overeenkomstig de wet formuleren. In de loop van dit proces verliest het gebeurde zijn oorspronkelijke betekenis en omdat de feiten worden onderworpen aan de logica van het gerechtelijk onderzoek, wordt het gebeurde geladen met een betekenis die het in beginsel niet had. Ten eerste laat het gerechtelijk onderzoek essentiële symptomen die in tegenspraak zijn met zijn opdracht, namelijk het bewijzen van de schuld, buiten beschouwing. Ten tweede stelt het gerechtelijk onderzoek het materiaal (zelfs al wordt dat gevormd door de eigen woorden van de verdachte) selectief samen met de aanklacht in gedachte. Ten derde tracht het gerechtelijk onderzoek het gebeurde te beschrijven in juridische taal overeenkomstig de formule van de wet; door het gebruik van deze gespecificeerd juridische taal wordt aan het gebeurde een complementaire betekenis gegeven, die inherent is aan de juridische terminologie. Dientengevolge kan de betekenis van de aanklacht niet slechts vervormd zijn, maar zelfs diametraal tegenovergesteld aan de betekenis van het gebeurde. De aanklachten volgens artikel 70 zijn voor het merendeel op die manier samengesteld. Op die manier wordt een groep patrouillegenoten-komsomolleden-marxisten tot de antisowjetorganisatie ‘Unie van communards’. En de Regering sanctioneert het vonnis van zeven jaar strafkamp en drie jaar verbanning. De ‘Unie van communards’, een groep komsomolleden-patrouillegenoten-marxisten, wordt tot een groep staatsgevaarlijke misdadigers. Wanneer men de zaak van de ‘Unie van communards’ objectief beschouwt, dan zal het evident zijn dat geen enkel woord, geen enkele zin, geen enkele daad van Ronkin en Chachajev tot opzet en doel heeft de Sowjet-regering of de staat te ondermijnen of te verzwakken, of zelfs maar de opzet tot agitatie tegen de Sowjet-Regering verraadt. Alleen al de grondgedachte van de ‘Unie van communards’ sluit een dergelijke opzet en een dergelijk doel uit. En om nog verder te gaan, reeds de marxistische wereldbeschouwing en V. Ronkins denkwijze maken dit onmogelijk (Chachajev ken ik niet persoonlijk, maar ik heb over hem niet anders dan in lovende bewoordingen horen spreken, over zijn uitzonderlijke eerlijkheid, zijn bescheidenheid en zijn theoretische onderlegdheid). Alle hierboven uiteengezette overwegingen in aanmerking genomen moet ik wel tot de conclusie komen, dat indien de overplaatsing van V. Ronkin naar de gevangenis op een misverstand berust, dat dan het arrest van de groep ‘Unie van communards’, hun veroordeling en het verder verblijf van Ronkin en Chachajev in gevangenschap het gevolg is van een onverantwoordelijk strafbeleid. Daarom zou de zaak van de ‘Unie van communards’ herzien en Ronkin en Chachajev in vrijheid gesteld moeten worden. (De andere veroordeelden in de zaak van de ‘Unie van communards’ hebben hun straf al uitgezeten en bevinden zich aan gene zijde van het prikkeldraad). Op het eerste gezicht lijken alle omstandigheden gunstig om een herziening van de zaak van de ‘Unie van communards’ mogelijk te maken, behoudens deze ene factor. Dat is de omstandigheid dat de K.G.B., de Rechtbank en het Hof van Justitie, die de zaak van de ‘Unie van communards’ hebben behandeld, zich hiertegen zullen verzetten. Noch bij de K.G.B., noch bij de Rechtbank, noch bij het Hof van Justitie (zowel persoonlijk als institutioneel) zijn de daarvoor onmisbare morele vastberadenheid en intellectuele durf aanwezig. Niemand van hen is in staat menselijke en nationale belangen te stellen boven succes in de eigen carrière. Laten wij echter aannemen dat er in de wereld nog goede mensen zijn en dat die zich ook onder de ambtenaren van K.G.B., de Rechtbank en het Hof van Justitie bevinden. Daar | |||||
[pagina 292]
| |||||
moeten goede mensen onder zitten en die zijn er natuurlijk ook. Het knelpunt van dit probleem is, dat deze ambtenaren in een situatie geplaatst worden, waarin zij geen initiatief kunnen ontplooien. Daarom zullen de K.G.B., de Rechtbank en het Hof van Justitie de herziening van deze kwestie tegengaan. Bovendien zal om een herziening van de zaak van de ‘Unie van communards’ te verkrijgen, iemand zijn fouten moeten toegeven, hoewel het helemaal niet gaat om fouten maar om het foutief karakter van het strafbeleid op politiek en religieus terrein, dat strafmechanismen invoert, die automatisch worden ingeslepen volgens de normen van de gebruikelijke juridische technologie. En toch is iedere concrete herziening van een rechtszaak gekoppeld aan het aan de dag treden van gerechtelijke dwalingen. De onwil om een vergissing toe te geven brengt de mensen tot demagogische uiteenzettingen. De demagogen beginnen direct luidkeels te verkondigen dat iemand zogenaamd de rechtspraak in de Sowjet-Unie in opspraak wil brengen. Maar er is nauwelijks enige noodzaak de rechtspraak in opspraak te brengen, waar deze door de politieke rechtszaken reeds zo in diskrediet is gebracht. Dit heb ik aan den lijve ondervonden. Het is hier niet de plaats om op die zaak in detail in te gaan. Misschien mag ik één facet van de zaak hier naar voren halen. Het gaat om het volgende. Bij een huiszoeking bij DobrovolskiGa naar eind3 werd beslag gelegd op 2000 roebel. Naar aanleiding van dit geld gaf Dobrovolski als zijn versie ten beste dat hij dit geld van Joe. Galanskov had ontvangen om het te gebruiken voor politieke doeleinden. Deze versie van A. Dobrovolski bracht Joe. Galanskov in een uiterst gecompliceerde situatie. Maar voor Dobrovolski was de situatie nog ingewikkelder. Bij een confrontatie raakte Dobrovolski de kluts kwijt. A. Dobrovolski: ‘Het zal hem (dat wil zeggen Joe. Galanskov) niet duidelijk zijn waar ik dat geld vandaan heb’..., begon hij. Joe. Galanskov: ‘Hoezo zou mij dat niet duidelijk zijn, als je zegt dat ik het je heb gegeven?’ Dobrovolski werd de situatie weer meester en zweeg. Uit deze bekentenis van Dobrovolski valt direct af te leiden dat het Joe. Galanskov niet duidelijk zal zijn waar Dobrovolski al dat geld vandaan heeft. Dobrovolski was bang dat Joe. Galanskov enkele voor hem belastende vermoedens zou uiten over de herkomst van dat geld, maar Joe. Galanskov onderbrak hem... De ambtenaren bij het gerechtelijk onderzoek deden het voorkomen alsof zij dit niet hadden opgemerkt (en misschien hadden zij werkelijk niets opgemerkt) en gingen voort met het kunstmatig opbouwen van de zaak. Dit voorval is vastgelegd op de band en een getypt afschrift, waarbij de woorden verdraaid zijn, bevindt zich in de akten van dit proces. In mijn verzoek om cassatie heb ik deze kwestie te berde gebracht. De zaak is langs alle bovenvermelde gerechtelijke en justitiële instanties gegaan en van geen van hen heb ik een antwoord ontvangen, hoewel zij verplicht waren te antwoorden. Rechtbanken en rechters zwijgen, omdat in het onderhavige geval het bekennen van een gerechtelijke dwaling gelijk staat aan een wijziging van het vonnis. Rechtbanken en rechters zwijgen. Maar wij moeten vasthouden aan de gedachte dat men eens in Rusland zal ophouden te kletsen over een streng naleven van legaliteit en een begin zal maken met het in acht nemen van de wetten. Overigens is dit voorval met de som gelds een uniek geval, zoals trouwens onze gehele rechtszaak. Te zijner tijd zal die zaak nog opschudding verwekken onder de juristen. - Het ligt dus voor de hand, dat het geen zin heeft om herziening van elke rechtszaak afzonderlijk te verzoeken. Een dergelijke manier van verzoeken smoort in ambtelijke en departementale intriges. Maar uit dit alles volgt niet zonder meer dat deze kwestie onoplosbaar is. Juist aan de regering moet de vraag over een herziening van het strafbeleid op politieke gronden worden voorgelegd. En wanneer ik hier spreek over een herziening van de zaak van de ‘Unie van communards’, dan wil ik daarmee tevens de evidente noodzaak van herziening van het strafbeleid aantonen. Wanneer immers duidelijk wordt dat er in de zaak van de ‘Unie van communards’ fouten zijn gemaakt, dan wordt het ook duidelijk dat er in het strafbeleid op politieke gronden fouten zijn gemaakt. | |||||
[pagina 293]
| |||||
- In 1964 stelde de algemeen secretaris van de Italiaanse Communistische Partij Palmiro Togliatti in zijn ‘Memorandum’, gepubliceerd in de ‘Pravda’, resoluut de vraag aan de orde, dat de Italiaanse communisten niet begrijpen waarom Rusland tot op heden vasthoudt aan het regime van onderdrukking en beperking van democratische en persoonlijke vrijheden dat destijds door Stalin is ingevoerd. Deze vraag bleef onbeantwoord...
- Maar mag deze vraag bij de communisten in West-Europa onbegrip en, in het beste geval, ergernis opwekken, voor ons is het een zaak van levensbelang. Voor ons houdt een regime van onderdrukking en beperking van democratische en persoonlijke vrijheden onderdrukking van politieke en economische activiteit van de nationale krachten in, zo'n regime onderdrukt en verstikt elk creatief initiatief, doodt in de mens het geloof en ontneemt hem elke hoop. De verwarring van de mens die zijn geloof heeft verloren, die verpletterd wordt onder de puinhopen van zijn ineengestorte verwachtingen, betekent de desintegratie van het magisch kristal van zijn wereldbeeld en de ontworteling van zijn ziel. Dat is het gevaar wat Rusland van binnen uit bedreigt.
- Er wordt wel beweerd dat het Westen kapot gaat aan de vrijheid. Dat is allerminst waar. Ik zou willen zeggen dat zelfs de vrijheid op zichzelf niet krachtig genoeg blijkt om de moeilijkheden waar het Westen op het ogenblik mee te kampen heeft, te overwinnen.
- Wij hebben vrijheid nodig om al onze nationale krachten te kunnen mobiliseren.
- Wij hebben vrijheid nodig om alle mechanismen die dienen om deze taak te volbrengen, in werking te zetten.
- Wij hebben vrijheid nodig om onze verplichtingen tegenover Rusland en tegenover het leven te vervullen.
- Behalve de Aarde heb je nog zoiets als de Russische Aarde, waar jij op staat en die jou voedt. En als vandaag de dag er op jouw stuk Aarde mensen achter prikkeldraad zitten, die vroeger gehoor hebben gegeven aan de stem van hun geweten en daaraan trouw zijn gebleven, dan ben jij verplicht daaraan te denken, want jij bent verantwoordelijk voor dit stuk aarde en het leven erop.
- Het standpunt van P. Togliatti en de kritiek van de vertegenwoordigers van Communistische Partijen in West-Europa op de binnen- en buitenlandse politiek van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie zijn geen toevallig verschijnsel. Het karakter van de binnen- en buitenlandse politiek van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie en het bestaan van de Communistische Partijen in West-Europa staan rechtstreeks met elkaar in verband. Dat zit zo.
- De Italianen, Fransen, Engelsen, Amerikanen, Japanners, Oostenrijkers etcetera vragen aan de Italiaanse, Franse, Engelse, Amerikaanse, Oostenrijkse, Japanse communisten: stellen jullie ons een sociaal stelsel in het vooruitzicht waarbij men iedereen met een afwijkende mening eerst zal drijven tot niet-officiële en illegale actie en daarna zal onderdrukken en achter prikkeldraad stoppen met de loop van het geweer op hem gericht? Stellen jullie ons een sociaal stelsel in het vooruitzicht waar niet alleen geen oppositiepartij kan bestaan, maar waarbij zelfs een ‘Unie van communards’ achter het prikkeldraad moet zitten? Stellen jullie ons een maatschappelijke orde in het vooruitzicht, waarbij men de moeder van haar kind (de zaak L. Bogoraz-Broechman), de vader van zijn kinderen (K. Babitski) en de man van zijn vrouw (P. Litvinov) zal scheiden en deporteren en dat alles om een gewone protestdemonstratie? - Dat in geen geval!, zijn de westerse communisten gedwongen te antwoorden. Een dergelijke politiek veroordelen wij en wij distantiëren ons ervan. Ons communisme zal zo niet zijn, wij garanderen alle politieke en creatieve vrijheden en wij zullen ons tolerant opstellen tegenover andersdenkenden. Dan zullen de communisten in West-Europa vragen: Waarom zouden wij jullie moeten geloven? | |||||
[pagina 294]
| |||||
Jullie zeggen zelf dat het criterium voor de juistheid van elke leer de praktijk is, en de praktijk heeft uitgewezen dat de twee machtigste communistische mogendheden (de U.S.S.R. en China) een politiek voerden en nog voeren die jullie zelf in het verleden veroordeelden en nog veroordelen. Daar komt nog bij dat de praktijk heeft uitgewezen dat de twee machtigste communistische mogendheden zich op de rand van een oorlog bevinden, die het Russische en het Chinese volk tot de vernietiging kan voeren. Jullie spreken over moeilijkheden en vergissingen, maar hoe kunnen jullie bewijzen dat zulke verschijnselen als stalinisme en maoisme niet onvoorwaardelijk voortvloeien uit de praktijk van het communisme? Hoe kunnen jullie bewijzen dat jullie Italiaans, Frans of Engels communisme geen nationale tragedie wordt voor het Italiaanse, Franse en Engelse volk?
- Jullie willen ons ervan overtuigen dat het communisme in staat is de democratische en persoonlijke vrijheden beter te garanderen dan de westerse wereld dit doet? Maar het westers systeem stelt jullie, communisten, alle technische en organisatorische mogelijkheden ter beschikking om jullie activiteiten, die gericht zijn op liquidatie van dit systeem, te kunnen bedrijven. Jullie hebben eigen partijen, eigen kranten, eigen uitgeverijen en boekhandels en genieten politieke vrijheid,... de ‘Unie van communards’ zit in een werkkamp. Het zou nog iets zijn, als de communisten zich om de een of andere reden hielden aan een beleid van gedachtencontrole, dat wil zeggen de ‘Unie van communards’ officieel verboden en de leden van deze groep in hun woonplaats onder toezicht gesteld zouden hebben, maar de zaak staat er immers veel slechter voor.
- Jullie veroordelen een dergelijke politiek, jullie distantiëren je ervan. Jullie verzekeren ons dat een regime van onderdrukking en beperking van democratische en persoonlijke vrijheden niet in de aard van het marxisme ligt besloten. Jullie verzekeren ons dat dit regime slechts het resultaat is van moeilijkheden en vergissingen. Jullie verzekeren ons dat de Communistische Partij van de Sowjet-Unie in staat is haar vergissingen in te zien en het regime van onderdrukking en beperking van democratische en persoonlijke vrijheden te boven kan komen. Dit alles verzekeren jullie ons. Dien in dat geval bij de Communistische Partij van de Sowjet-Unie het verzoek in om:
- Jullie dragen immers als geestverwanten van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie voor dat alles de moreel-politieke verantwoordelijkheid. En als jullie je onttrekken aan deze verantwoordelijkheid, als jullie het strafbeleid van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie oogluikend toestaan met de uitvlucht dat je je niet kunt mengen in de interne aangelegenheden van een zusterpartij, dan klagen wij jullie aan wegens amoreel gedrag en gebrek aan politieke principes. En tegen de kiezers zeggen wij ronduit dat een regime van onderdrukking en beperking van democratische en persoonlijke vrijheden in de aard van het communisme ligt besloten en onherroepelijk voortvloeit uit de praktijk van het communisme. Wij zullen jullie vogelvrij verklaren, jullie dwingen tot onderduiken en jullie achter prikkeldraad houden met het geweer op je gericht zolang de Communistische Partij van de Sowjet-Unie alle dissidenten achter prikkeldraad houdt.
- Zo is niet alleen de politieke populariteit, maar de bestaansmogelijkheid zelf van de westerse communistische partijen rechtstreeks afhankelijk van binnen- en buitenlandse politiek van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie. Iedere knoeierij in de binnenlandse politiek leidt onherroepelijk tot verscherping van de tegenstelling, tot theoretisch meningsverschil en politieke versplintering binnen de internationale communistische beweging. Een dialoog tussen de Communistische Partij van de Sowjet-Unie en de communistische partijen van het Westen over de interne ideologie is onver- | |||||
[pagina 295]
| |||||
mijdelijk geworden. De verschillende kanten aan dit ingewikkelde proces buiten beschouwing gelaten, brengen wij slechts één facet, dat voor ons van onmiddellijk belang is, naar voren. Steeds vaker en met steeds meer aandrang treden vertegenwoordigers en persorganen van verschillende westerse communistische partijen ten opzichte van de politiek van de communistische partij in de Sowjet-Unie als vrije oppositie binnen de communistische beweging op. Deze omstandigheid is daarom des te waardevoller wanneer men bedenkt dat hierdoor de dialoog binnen de communistische beweging mogelijk wordt gemaakt en daarmee de ontwikkeling wordt gegarandeerd.
- Hoeveel er ook gezegd mag zijn over de eigen wetmatigheid van nationale ontwikkeling, toch valt niet te ontkennen dat het lot van Rusland in veel opzichten afhankelijk is van de wijze waarop de communistische partij van de Sowjet-Unie als regeringspartij zich zal ontwikkelen. En de manier waarop de communistische partij van de Sowjet-Unie zich zal ontwikkelen, is rechtstreeks afhankelijk niet alleen van de dialoog met het Westen, maar vóór alles van de dialoog over de interne ideologie binnen het systeem van internationale communistische betrekkingen. De leiders van de westerse communistische partijen moeten goed begrijpen, dat de Communistische Partij van de Sowjet-Unie het regime van onderdrukking en beperking van democratische en persoonlijke vrijheden niet handhaaft omdat de communistische partij van de Sowjet-Unie van kwade wil is, maar omdat de Communistische Partij niets kan doen en ook niet weet, wat te doen. Zo is bij voorbeeld al meer dan tien jaar geleden een constitutionele commissie ingesteld om een nieuwe grondwet op te stellen, maar in Rusland is nog steeds de zo genaamde Stalin-grondwet van kracht, waarin sommige artikelen de meest verregaande vrijheden afkondigen en de volgende artikelen de vrijheden die eerst zijn afgekondigd, weer volledig intrekken of de macht tot intrekking toevertrouwen aan administratieve organen. Dit staat in de praktijk gelijk aan het ontbreken van een grondwet. Dit schokkende voorbeeld van juridische steriliteit zet ons aan het denken. Nog een voorbeeld. Op het eenentwintigste partijcongres van de Communistische Partij van de Sowjet-Unie werd een partijprogramma aangenomen waarin stond, dat over twintig jaar de materieel-technische basis voor het communisme gelegd zou zijn en meer van dergelijke fantastische uitspraken, wat te denken geeft over de theoretische betrouwbaarheid van dit programma.
- Deze twee voorbeelden sporen aan tot voorzichtigheid en duiden op de ernst van de situatie. Daarom is het ook duidelijk dat de communistische partijen van het Westen een bijzondere verantwoordelijkheid dragen als vrije oppositie binnen het systeem van de internationale communistische beweging. Van hun initiatief, van hun beginselvastheid en van hun weigering tot het sluiten van compromissen hangt de evolutie van de communistische partij van de Sowjet-Unie af en dus het lot van Rusland, en van het lot van Rusland is voor een belangrijk deel het beeld van de politieke wereldkaart afhankelijk. Daarom staat gebrek aan initiatief en beginselvastheid en bereidheid tot het sluiten van compromissen met het geweten in de gegeven situatie gelijk aan verraad van het wereldbelang.
(vertaling: E.M. 't Hart.) |
|