De Gids. Jaargang 136
(1973)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 247]
| |
Oproep van de scheepswerf ‘De Parijse Commune’ Aan alle landen van de wereld!Gdynia, 18 december 1970De arbeiders van de werf ‘De Parijse Commune’ in Gdynia en de havenarbeiders alsmede de hand- en hoofdarbeiders van alle ondernemingen aan de kust smeken om veroordeling van de misdadige moord gepleegd op onschuldige kustbewoners door de Poolse N.K.V.D. (jongens van Moczar, getraind op speciale scholen in Slupstew, Pila en andere steden op Pools grondgebied). WIJ VERZOEKEN deze brief voor te lezen via alle massacommunicatiemedia en wij eisen bestraffing van de schuldigen die het bevel uitgevaardigd hebben tot bestiale moord op kinderen, vrouwen, zwangere vrouwen, moeders, vaders, zoons, die zich allemaal ingevolge de oproep van Kociolek op 17 december naar hun werk haastten op de werf, in de haven en bij de ondernemingen gelegen aan de Polskastraat, de Marchlewskiegostraat en de Oksywiastraat. 16 december 1970 tussen 20 en 21 uur riep Kociolek via de radio alle mensen op de staking te beëindigen en aan het werk te gaan. De arbeiders van bovengenoemde ondernemingen gaven gehoor aan deze oproep en gingen 17 december 1970 nietsvermoedend met de beste bedoelingen naar hun werk. Om de werf, de haven en genoemde ondernemingen te bereiken moet men een loopbrug over het spoor oversteken, zodat men van de Czerwonych Kosynierówstraat, de vroegere Morkastraat, in genoemde Polskastraat uitkomt. Als eerste kwam een zwangere vrouw de viaducttrap af aan de kant van de Polskastraat, een paar treden achter haar kwamen vier arbeiders, waarschijnlijk van de werf, en op dat moment werden zonder enige waarschuwing schoten uit een machinegeweer afgevuurd. De vrouw stortte met de kreet ‘Jezus Maria’ op de straat neer. Weer een salvo van een machinegeweer - één arbeider blijft tegen de trapleuning hangen, drie vallen neer op de treden. Er ontstaat een onbeschrijflijke paniek, er klinken kreten van ontzetting: ‘Moord. Er vloeit bloed.’ Op hetzelfde moment zijn er bij de halte Gdynia-scheepswerf twee treintjes aangekomen met arbeiders uit de richting Gdańsk en Wejherów. Toen de mensen die uit de treintjes stapten, zagen wat er aan de hand was, sprongen ze op de rails en vluchtten over de rails naar Czerwonych Kosynierówstraat. Twee vielen op de rails, vast en zeker door sluipschutters, want de militie van Moczar kon hen niet raken, omdat die zich aan de andere kant van de wagons bevond. In de Czerwonych Kosynierówstraat verzamelde zich een mensenmassa die begon te schreeuwen: ‘Moordenaars, Gestapo!’ Er heerste verwarring en woede tegenover de zogenaamde volksregering die het bevel tot moord en doodslag had uitgevaardigd. Dit ging zo door tot het licht werd. Toen het licht werd kwamen er nog helikopters in actie, die de mensen met traangas bestookten en met machinegeweren schoten, waardoor velen gedood en gewond werden. De mensen renden alleGa naar voetnoot+ | |
[pagina 248]
| |
kanten uit om zich voor de helikopters te verbergen. Een paar mannen haalden zonder op de schoten te letten een deur uit een trappenhuis, legden daarop een jongen die gedood was, terwijl hij op weg was naar school, drenkten de Poolse standaard in zijn bloed en liepen daarmee in de richting van de stad. Bij deze groep sloten zich minstens tweeduizend mensen aan, men begaf zich naar de Stedelijke Volksraad ten einde de situatie op te helderen. Toen ze bij de Swietojanskastraat kwamen, stonden de pupillen van Moczar hen daar al op te wachten. Er vond een verschrikkelijke slachting en moordpartij plaats, één en al gejammer en gehuil van moeders voor wier ogen weerloze mensen vermoord werden. Wij weten niet waarom de regering dit vonnis tegen de bewoners van Gdynia geveld heeft, want in Gdynia heeft niemand van het volk ook maar één ruit ingegooid, niemand heeft er toch iets beschadigd, daarom vragen wij, waarom? De pers bericht dat er eenentwintig personen gedood zijn, maar heeft zich tenminste een nul vergist. De gewonden werden onmenselijk behandeld. De militie zei dat die bandieten konden creperen en dat het niet nodig was hen naar een ziekenhuis over te brengen. Daaruit volgt dat een arbeider in Polen een bandiet is in de ogen van deze zogenaamde Volksregering. Een eeuwige schande voor de volksmacht die zijn eigen leden en zijn volk uitmoordt. Gdynia zal het onschuldig vergoten bloed nooit vergeven aan Moczar en Cyrankiewicz, die het vonnis tegen haar bewoners ondertekend hebben, evenals tegen de bewoners van de steden Gdańsk, Elblag, Sztum, Slupsk en Szczecin. Wij verzoeken de Organisatie van Verenigde Naties van de Poolse machthebbers nauwkeurige gegevens te eisen hoeveel mensen er in genoemde steden vermoord zijn, en om de familieleden de lijken te geven, want ze zijn allemaal in onbekende richting weggevoerd en begraven, een tweede Piaśnica.
DE ARBEIDERS VAN: de werf ‘De Parijse Commune’, van de haven en van de overige ondernemingen.
(Tekst opgenomen in ‘Na antenie’ nr. 95, februari 1971, vertaling: Eva Vondeling)Ga naar voetnoot+ |
|