[Simon Vinkenoog]
Ik vind het belachelijk om te vereenvoudigen wat zich, naar mij schijnt, definitief gevormd heeft. In mijn jeugd werden de uitgangs-nen verwijderd (voor den man) - en ik kan me indenken dat zij, die daaraan gewend waren, moord en brand schreeuwden. Ik geloof ook, dat wat er ook vereenvaudigt wordt, ik de taal zal schrijven zoals die mij geleerd is - waarbij ik weet te kunnen smijten met k 'tjes waar ik vroeger wel eens een c gebruikte. Ik zal doen hoe het mij uitkomt, ik speel altijd met de regels, en ik geloof dat het in de taal om veel belangrijker dingen gaat dan de spelling waarin het gezegd wordt - maar het bemoeilijkt wel het tussen-de-regels-lezen: die krankzinnige voorgestelde wijzigingen! Mensen die de ou-klank in woorden in au willen veranderen, hebben totaal geen idee van de gevoelswaarde die er voor mij als dichter in de ou (vrouw, houden van, eenvoud) verscholen gaat. AUI is toch veel scheller? - Simon Vinkenoog