De Gids. Jaargang 134

[p. 297]

C. Winkler
De moker en de revolutie

Een arbeider hanteert de drilboor
het asfalt splijt en schokt sidderend open
de sidderingen lopen zijn polsen door
hij zal het later met doofheid bekopen

Zie mens en boor één grote dommekracht
dit is het wonder waar de maatschappij op wacht
de klassen worden mokerend opengespleten
tot zij in verwarring geen weg meer weten

De eerste arbeidersraad wordt gesticht
in Het Vrije Volk verschijnt een bericht
dat arbeiders zich melden kunnen bij hun voorman

Het is het werk van die ene boorman
de revolutie is een zaak van enkelingen
tot allen saam de Internationale zingen