De Gids. Jaargang 129(1966)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 151] [p. 151] Hans Vlek Gedichten Sprakeloos Ik lag er in mijn huid gevangen in het gras te kijk voor iedereen Voor harde guldens zagen ze hoe ik ja knikte als de regen voorbijkwam en mij water bracht en hoe ik huiverde als de wind zijn stem verhief Ook opende ik wel mijn korstige mond voor 'n enkele dove grijsaard die voor half geld binnen mocht. Nu men mij dit verhaal vertelt moet ik lachen, want ik weet dat de regen de dorstige geen water brengt en de taal v.d. wind heb ik nooit verstaan Alleen die dove grijsaard kom ik zondags wel eens tegen Hij licht dan vriendelijk zijn hoed en verdwijnt uit de actieradius van mijn sprakeloze ogen, kreupele - Drente De mond een stotterende wonde. Het oog een raam van hout. De hand een vlerk gestrekt over wat het landschap was. Hondsrug: geen moer te beleven geen flikker te zien. Een droge vrouw van zand ligt onder je, je hapt naar woorden en maalt ze knarsend tot stof tussen je omnivore tanden. (In het geslepen licht van de zon zijn voldoende drogredenen aanwezig om op je schaduw te pissen en dat doe je dan.) Daddy O. Dit doodgewaand gelaat (het heeft wel iets v.e. militair met bloemen tussen de tanden) verheft zijn schorre stem in mij. Een roepen om herkenning schurkt zich behaagziek in mijn keel. Maar ik zeg niets. Het is voorgoed verleden tijd. Er groeit geen klaproos meer waar nu de stadsbus rijdt. Ik tel de dagen terug toen hij gedolven werd : een v.d. 1000 glimlachende heiligen, die de stad bevolkt moeten hebben, toentertijd. Dat was toen de eieren 3 cent per stuk kostten en men trouwde in het wit. en toen God nog in een wolk zat en zelf voor zijn gedichten zorgde. Fatum Of ik nu goede gedichten schrijf of niet, of ik nu 1 liter melk of bier drink, of als het ophoudt te regenen En ga zo nog maar even door - Het is een goedkoop thema zoals ook lucht goedkoop is maar onmisbaar, ik weet het - Mijn haren zullen schaarser, m'n brilleglazen dikker en m'n ogen kleiner worden. Ook zal ik niet meer door voor aanstormende auto's weg te sprinten veilig de overkant bereiken. Ik bedoel dichters gaan ook dood. Iets anders houd ik niet voor mogelijk Vorige Volgende