[Commentaar]
Onder de titel ‘De pacifisten en de Chinese bom’ uit de heer S. Tas in Het Parool van 19 mei 1965 zijn misnoegen. Het geldt ‘de knapen met vlasbaarden en de meisjes met blote benen, die, voorafgegaan door borden met het anti-atoombomteken, de sandalen zetten op de weg naar de atoomfabrieken, het verkeer versperren of het manchester-fluwelen zitvlak demonstratief neerplanten voor de ambassade van het betrokken land’.
S. Tas vindt het vreemd, dat zij zich bij de explosie van China's tweede bom niet hebben laten zien. En hij veronderstelt: ‘De manifestaties van linkse groepen in de westerse landen moeten de militaire macht van het Westen afremmen door het mobiliseren van het westerse geweten of wat daar voor doorgaat. ... Het gaat erom een machtsverhouding te scheppen, die gunstig is voor de revolutionaire volken. Want het doel is uiteindelijk niet de vrede, maar de overwinning der revolutie.’
Wij delen bij het zien van de vlasbaarden, de blote benen, de sandalen en de manchester-fluwelen zitvlakken de zorgen van de heer Tas ten dele. Alleen hebben onze zorgen een andere grond. De heer Tas behoorde op zijn vlasbaarden-leeftijd namelijk tot de revolutionaire socialisten die de S.D.A.P maar een slappe reformistische club vonden. Het is niet aannemelijk dat de heer Tas zijn protest tegen de vigerende orde kond deed, gekleed in grijs flanellen tweerijer met Stetson op het hoofd. Het is eerder aannemelijk dat hij zijn extreme voorkeuren kenbaar maakte door ook zijn zitvlak met manchester fluweel te bedekken. Wanneer wij derhalve vandaag de dag jonge extremen zien opmarcheren, dan bekruipt ons de vrees: Hoeveel Tassen-in-spe bevinden zich onder hen? Vandaag de bom afschaffen. Morgen hem gereedhouden voor het ongestoord genot van nucleaire chantage met de preventieve klap. En opgewekt glimlachend Walter Lippmann een ‘pacifistische leuteraar’ noemen.
|
|