Medewerkers aan dit nummer
w.j.c. buitendijk. Geb. 1906. Leraar Nederlands aan het Reviuslyceum te Doorn. Publiceerde o.m.: Het Calvinisme in de spiegel van de Zuidnederlandse literatuur der Contra-Reformatie (diss., 1942), Op de keper beschouwd (essays, 1951) en Nederlandse strijdzangen uit de 16e en de eerste helft der 17e eeuw (1954).
elisabeth eybers. Geb. 1915. Zuidafrikaanse dichteres. Woont thans te Amsterdam. Haar bundels werden, aangevuld met ongebundeld werk, herdrukt in Versamelde gedigte (1957). Daarna verschenen nog Neerslag (1958) en Balans (1963).
a.g.m. van melsen. Geb. 1912. Hoogleraar in de wijsbegeerte te Nijmegen en Groningen. Publiceerde o.m.: Het wijsgerig verleden der atoomtheorie (diss., 1941), Natuurwetenschap en wijsbegeerte (1946), Van atomos naar atoom (1949), The philosophy of nature (1953) en Natuurwetenschap en techniek (1960).
k. rijsdorp. Geb. 1911. Publiceerde tal van werken op het gebied van de sport, zoals: Over echt en onecht bewegen (1948), De lichamelijke opvoeding als probleem (1949), Over training (1952) en Jeugdsport en karaktervorming (1961).
a. roland holst. Geb. 1888. Was van 1920 tot 1934 redacteur van De Gids. Recente dichtbundels: Onder koude wolken (1962) en Onderhuids (1963).
j.w. schulte nordholt. Geb. 1920. Lector aan de Rijksuniversiteit te Leiden in de cultuur van Noord-Amerika. Publiceerde enige dichtbundels en reisboeken, en over Amerika: Het volk dat in duisternis wandelt (1956) en Abraham Lincoln (1959).
koos schuur. Geb. 1915. Was van 1935 tot 1942 werkzaam in de journalistiek en van 1945 tot 1951 in de uitgeverij; emigreerde in 1951 naar Australië en keerde dit jaar terug. Publiceerde o.m.: Herfst, hoos en hagel (gedichten, 1946), En de kookaburra lacht... (brieven, 1954) en Fata morgana voor Nederlanders (gedichten, 1956). Ter perse: Gedichten 1940-1960.
r. wiarda. Geb. 1893. Verbonden aan de Centrale opleidingscursussen voor Middelbare Akten te Utrecht (voor Frans M.O.-B). Publiceerde Taine et la Hollande (diss., 1938).