De Gids. Jaargang 124(1961)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 291] [p. 291] J.W. Schulte Nordholt Weldra Lezende in de hand, de lijnen lopen in elkander over. Kijk het zonlicht schijnen door het lover. Als een hand ligt de zomerdag open, de vingers der bomen wenken mij. Mag ik komen? In de holte der schaduw past het mensenhart bij wat het verlangt. Deze winter wit op zwart schrijf ik de genade van het gezang. [pagina 292] [p. 292] Liefde Het lichaam heeft een begin binnenin, zoals in een huis een vrouw is, in een hemel blauw, er binnenin, maar ook er helemaal doorheen, rook door een schoorsteen. Als ik je liefheb, is dat met mijn ziel waarvan mijn handen de takken zijn, mijn mond het gouden lover is, ik ben een boom, ik kniel in het zand voor je, ik lijd pijn. Vorige Volgende