De Gids. Jaargang 124(1961)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 244] [p. 244] K. Schippers Naar zee Twaalf zomersproeten telde ik op het gezicht van de jongen die mij iets vertelde over de kleurige kustplaats die ik spoedig zou zien mijn reis ging erheen De bomen waren daar zeer groen de lucht vol merkwaardige vogels de snavel iets te groot voor het kopje maar dat was wel charmant ook om te zien hoe hun grijze kleur mooi afstak bij wat blauw daartussen of andersom en hun geluid was zo dat je haast zou zeggen: ze zingen Ik reisde opgewekt verder vooral toen een dag later een dronken man mij zei dat de kustplaats de moeite van de reis waard was De bomen waren er zeer groen en de lucht vol merkwaardige vogels de snavel iets te groot voor het kopje maar dat was wel charmant ook om te zien hoe de grijze kleur mooi afstak bij wat paars daartussen of andersom en hun geluid was zo dat je haast zou zeggen: ze zingen [pagina 245] [p. 245] Kinderen en dronken mensen zeggen de waarheid de lezer en ik wij weten nu beiden de waarheid verschilt van kleur Een vrolijk gedicht Ster-blauw gebarsten is je gezicht naar alle kanten op zo mooi van onbeholpenheid als een Engelse zin en dan weer een bewegend schip de eekhoorn die zich niet laat vangen het altoos blijvende verlangen muziek die men maar eenmaal hoort waar word ik verder door bekoord eens kijken een treinreis naar een dorp aan zee een spel dat gaat van hup één-twee een schilderij met heel veel blauw de pauw die trots is als een pauw de bomen in een prachtig park waardoor de zon dan schijnt en nog zoveel meer je moest eens weten Vorige Volgende